Inhoud
Hoofdstuk 4: De placenta en de vruchtvliezen.......................................................................................2
4.1 Placenta........................................................................................................................................2
4.1.1 Ontwikkeling van de placenta................................................................................................3
4.1.2 Functies van de placenta........................................................................................................7
4.1.3 Cijfermateriaal over de placenta............................................................................................8
4.2 Amnionholte en navelstreng.......................................................................................................12
4.2.1 Samenstelling van het amnionvocht....................................................................................16
4.2.2 Enkele pathologische toestanden in verband met amnionvocht.........................................16
4.3 Dooierzak....................................................................................................................................16
4.3.1 Functies van de dooierzak....................................................................................................17
4.4 Allantoïs......................................................................................................................................17
4.4.1 Toepassingen i.v.m. de placenta en de vruchtvliezen...........................................................19
4.5 Tweelingen..................................................................................................................................20
4.6 Abnormale ontwikkeling van het trofoblast................................................................................21
4.6.1 Mola hydatiformis – Genomic imprinting............................................................................21
1
,Hoofdstuk 4: De placenta en de vruchtvliezen
4.1 Placenta
In de anatomische literatuur werd in 1559 voor het eerst de term placenta
geïntroduceerd, en dit door Realdus Columbus. De term placenta betekent in
feite ronde koek waarmee direct verwezen wordt naar de ronde vorm van
deze moederkoek
De placenta is een ingenieus systeem dat, stevig ingebed in de binnenwand van de
baarmoeder of uterus zorgt voor de verbinding tussen de moeder en de zich ontwikkelende
foetus. Vastgehecht aan de wand van de zwangere baarmoeder, is de placenta via de
navelstreng verbonden met de foetus.
Dubbele aanleg:
- Deel van foetale oorsprong
(pars fetalis, ontstaat uit chorion)
chorion frondosum
- Deel van maternale oorsprong
(pars maternalis, ontstaat uit deciduale laag of decidua van endometrium)
decidua basalis
Decidua:
o Deel waarin deciduareactie zich voordeed
o Deciduus = ‘wat zal afsterven’
o Men onderscheidt 3 gebieden:
Decidua basalis:
gebied waar implantatie gebeurd is; ligt aan diepe zijde kiem
Decidua capsularis
bevindt zich ook thv implantatieplaats en ligt kapselvormig v/d kiem
Decidua parietalis
overige deel van decidua
Naarmate vrucht ontwikkelt: decidua capsularis en decidua parietalis vergroeien
Uterus bezit vanaf dat moment geen lumen meer !!!
2
, 4.1.1 Ontwikkeling van de placenta
Aanvankelijk chorionvlokken of villi* aanwezig over hele oppervlak van chorion
Vanaf week 8: degeneratie villi aan de zijde van decidua capsularis
deze worden dichtgedrukt tussen decidua capsularis en groeiende vrucht
o Gedeelte chorion zonder villi = chorion laeve (gladde chorion)
Tegenover decidua basalis= villi nemen toe + vertakken
o Dit gedeelte chorion = chorion frondosum
Vorm = platte, bijna ronde schijf
deze platte schijf noemt men de chorionplaat
De vena en arteriae vertakken zich in chorionplaat en bereiken
stam v/d villi
Villi aan 1 zijde ingeplant
Deel v/d villi reikt tot decidua basalis, ze verankeren chorionplaat
met decidua = hechtvlokken
Ander deel die niet tot tegen decidua reiken = vaatvlokken
totale oppervlak villi = 5 tot 15 m2
Aan andere zijde zit navelstreng
Hierin verlopen 2 aa. Umbilicales en 1 v. umbilicales
(+ de regresserende dooierzaksteel)
*in deze fase spreken we al van tertiaire villi!!!
EXAMEN: goed het onderscheid kennen tussen ≠ villi
A) Heeft syncytiotrofoblast & cytotrofoblast
B) A) + mesoderm
C) B) + capillairen
3
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur kaatvanderbauwhede. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €2,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.