Het personenrecht regelt wie, als natuurlijke persoon, in welke mate mag deelnemen aan het (burgerlijke)
rechtsverkeer. Daarbij kan een onderscheid worden gemaakt tussen algemene personenrecht en
bijzondere personenrecht.
WIE IS PERSOON?
§ Wettelijke aanknopingspunten
Voorwerpen
Cat. Dieren
Natuurlijke
personen
Personen
Rechtspersonen
§ Persoon = iemand die deelneemt aan rechtsgemeenschap.
• Art 6 OBW: de staat van een persoon = bepaalt de rol van een persoon in een
rechtsgemeenschap.
Þ Wordt bepaald door: persoonlijke kenmerken (vb: leeftijd, identiteit)
§ Antropocentrisch recht = mensen gecentreerd recht (gemaakt door mensen) vs
instrumenten= attributen (alles wat niet door de mens is gemaakt, geen personen)
§ 2 soorten personen in het recht:
• Natuurlijke personen (hfd. 2)
Þ Alle Mensen zijn personen, alle personen zijn mensen. Elke mens is een
natuurlijke persoon vanaf zijn geboorte (art. 44 OBW) tot aan zijn overlijden
(art. 56 OBW)
Þ Van vlees en bloed, gedachten en gevoelens maakt u mens: daar zijn een
aantal regels rond gemaakt = persoonlijkheidsrecht
Þ Naast unieke identiteit geeft de wetgever natuurlijke personen ook een
identiteit met een juridische rol
1
, Þ Omwille van eenieders unieke feitelijke en juridische identiteit, is het voorts
nodig om alle personen te kunnen identificeren: je bent anders dan anderen dat
maakt wie jij bent en zo kan je mensen onderscheiden van elkaar.
• Rechtspersonen – enkel entiteiten door en met mensen?
§ Er zijn 3 categorieën
§ Personen, dieren en voorwerpen
• Alles behoort tot een categorie, en slechts tot één categorie
• Mensen kunnen alleen behoren tot personen, omdat wij gevoelens hebben en kunnen
denken en omdat wij rechten en verplichtingen hebben
• Subject vs object
Þ denken en voelen
Þ bevoegdheden
• Gematerialiseerde vs gedematerialiseerde opvatting van recht
Þ Horloge is een eigendom= iemand anders mag dat niet aanraken, niet verkopen
(niks mee doen). Horloge maakt deel uit van een web van relaties (je hebt een
relatie tot jouw horloge)
• Actor-netwerktheorie en achterhaalde categorieën
§ Dieren
• Gevoelsvermogen en biologische noden
• Symbolische bescherming: hond niet beschermen als een instrument van de mens maar
als eigenwaarde
• Specimen vs species – bv. Huisdier
Þ Ook al kan een dier niet zelf een recht opnemen, maar het kan een stelling zijn
van de plichten van anderen.
• Instrumentele bescherming
• Eigen-waardige bescherming = dier waardigheid die loopt tot juridische bescherming
• Dieren als rechtspersonen?
• Afschaffing concept persoon?
§ Dieren en andere dragers van leven: omdat er een bijzondere bescherming wordt verleend aan
dieren, willen sommige mensen dat aan zowel dieren als aan andere dragers van leven rechten
worden toegekend. vb: bomen
§ Geen dragers van leven
• We hebben plichten ten opzichte van andere entiteiten die geen drager zijn van leven.
Vb: goudentanden van overlede grootmoeder (kan je dat verlopen?) à draagt een
2
, herinnering van de overledene (hebben we verplichtingen tov
nalatenschap/persoonlijkvoorwerpen?)
ALGEMENE PERSONENRECHT
Algemene personenrecht is van toepassing op alle personen.
• Feitelijke en juridische identiteit als individu & wijzigingen erin
• Identificatie
BIJZONDERE PERSONENRECHT
Bijzonder personenrecht: waarin wij specifieke regels gaan bestuderen die van toepassing zijn op
personen die we in bepaalde categorieën hebben ingedeeld.
§ Identiteit in de natie (hfd. 3)
• Belgische staatsburgers vs vreemdelingen (ihb EU-burgers)
• Nationaliteit vs burgerschap
§ Persoonlijke kenmerken
• Leeftijd, gezondheidstoestand en morele opvattingen: onbekwaamheid en bewind (hfd.
4)
• Minderjarigen (hfd. 5)
• Beschermde meerderjarigen (hfd. 6)
• Personen met een geestesziekte (hfd. 7)
2. FAMILIERECHT
§ Geen wettelijke definitie (familie (etym.)/gezin/huishouden/uitgebreide familie)
§ 3 familierechtelijke betrekkingen
• Partners (‘horizontaal’ – binnen één generatie): tafel en/of bed; drie relatievormen
• Ouders en kinderen (‘verticaal’ – over generaties heen): wie en wat
• De uitgebreide familie: (bloed- en aan) verwantschap (over generaties heen); sociaal
netwerk
§ Partners: horizontaal familierecht
• Levensgemeenschap
§ Partners: horizontaal familierecht
• Drie vormen (en afgeleide vormen zoals latrelatie)
• Calqueeroefening
• Volgorde van bespreking
• Regels over aanvang, inhoud en einde
• Samenwoning als aanknopingspunt?
Þ Hoe meet je het bestaan van een relevante levensgemeenschap?
Þ Volstaan met een algemeen kader?
Þ Samenwoning of verklaring als aanknopingspunt?
• Grondrechten
§ Ouders en kinderen: wat
• Kinderen
• Opvoeding
Þ Wat
Þ Wie
• Onbekwaamheid
§ Verwanten
• Identiteit
• Belonging
• Wat
• Wie
§ Familierecht = Recht over families binnen het kader van personen- en familierecht
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur sinem1903. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €10,26. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.