De fylum cnidaria (fylum ctenophora) zijn neteldieren, Radiaal symmetrisch organisme op
verschillende manieren in gelijke helfen verdelen en delen zijn elkaars spiegelbeeld
Structuur
De cnidaria bestaat uit een eenvoudig bouwplan: zak met 1 opening (zowel mond als anus)
naar centrale holte: gastrovasculaire holte; rond opening: tentakels
- Spijsverteringsholte voedselpartikels gaan erin en worden gedeeltelijk verteerd
doordat cellen daarin spijsverteringsenzymen gaan afscheiden en voor voorvertering
gaan zorgen zdd kleine deeltjes vrijkomen die door fagocytose/pincytose door
gastrodermis kan worden opgenomen
Het zijn diploblastische dieren: celtypes georganiseerd in 2 cellagen:
- Buitenste epidermis (ectoderm) met binnenste gastrodermis (endoderm) met
ertussen gelatineuze laag = mesoglea
o Doet ook aan sponzen denken
o Gastrodermis: bedekkende laag dat spijsverteringsholte gaat afakenen
1
, o Epidermis: echt epitheel dat aan buitenkant voor bedekkings- en
beschermingsfunctie zorgt
o Mesoglea te vergelijken met amorfe mesohyl; is geleiachtig cnidaria en
vooral kwallen: jellyfsh
twee variaties op dit bouwplan: vastzittende poliep en beweeglijke medusa (kwal)
- Van poliep naar medusa:
omdraaien en erop duwen
spreidt uit en verdik laag
mesoglea meer geleiachtig
materiaal
- Gastrovasculaire holte poliep:
toegang toe(mond) maar enige
toegang of uitgang MAAR bij kwal:
soort trechtervormig kanaal uit mond = manubrium; verbindt mond met eigenlijke
gastrovasculaire holte (heef ook centraal gedeelte en vertakkingen die naar rand
kwalscherm lopen; uiteinden ervan zijn via ringkanaal dat rand kwalscherm volgt
verbonden)
- Van bijna alle kwalsoorten bestaat er ook een poliepstadium (en vaak ook
omgekeerd) als de 2 vormen bestaan van eenzelfde soort: kwal zorgt voor
geslachtelijke vermenigvuldiging, poliep voor ongeslachtelijke (slechts 1 stadium
bestaat zowel geslachtelijke als ongeslachtelijke)
Beperkt aantal celtypes: Op tentakels: cnidocyten (netelcellen) met
nematocysten: hierin lange draad opgewonden (met aan uiteinde kleefschijf
of holle harpoen); hele draad hol en vol met klieren: scheiden gif af; capsules
die exploderen en een ‘tentakele uitstulpen. Stekende nematocysten voor
verdediging en vangen van prooiten en klevende draden voor vasthechting
en vangen van prooien
o Kan ook op bv. verlengde vertakkingen van mondtrechter OF
op kwalscherm (niet vaak)
o Altijd tactiele receptor (soort haartje) cnidociel bij
aanraking: speciale reactie in membraan cnidocyt: enkele
membraankanaaltjes (veel aanwezig) gaan helemaal openstaan veel water
kan binnendringen overdruk in cel neteldraad wordt naar buiten
gekatapulteerd
o Kunnen ook geprikkeld worden door chemische stofen errond
o Netelcellen altijd op epiderm; zijn niet enige zintuigcellen: ook nog
receptorcellen die verbonden zijn met neuronen, zenuwbanen vormen difuus
netwerk, kunnen ook contact maken met andere zenuwbaan i.p.v. meteen
met andere cel
2
, Aan basis ectoderm
Aan basis gastroderm
Zijn grotendeels onafankelijk van elkaar maar soms door mesoglea
verbindingen ertussen
o Onze zenuwbanen: omgeven door isolerende myelineschede
prikkeloverdracht kan heel snel en efciënt gaan
Bij cnidaria: geen isolerende laag prikkels veel trager
o Wanneer prikkel waargenomen wordt bij ons door receptorcel: gaat
doorheen zenuwbaan & gaat naar andere zenuwbaan of naar efector (spier)
of naar klier en zet die aan om iets te doen maar kan alleen van receptor
richting efector (niet omgekeerd) hier kan dat wel: synapsen (punten waar
zenuw contact maakt met andere zenuw of met efector of met kliercel) laten
zenuwsignalen in 2 richtingen door 1 zelfde zenuwbaan: signaal van RnL en
ook van LnR = eenvoudig zenuwstelsel: zintuigcellen en neuronen met
uitlopers
Eenvoudig spierstelsel: longitudinale en circulaire spiervezels in epidermis en
gastrodermiscellen: samentrekken van gastrovasculaire holte :
o Aan de basis cellen: myofbrillen = korte contractiele vezelachtige
structuurtjes (gastroderm: puntjes; epiderm: lijntjes doordat oriëntatie
verschilt)
o Alle myofbrillen van alle myoepitheelcellen van het ectoderm van een
neteldier hebben allemaal dezelfde oriëntatie als ze allemaal
samentrekken lijkt het op een doorlopende spier omdat myofbrillen
volgens lengte as georiënteerd zijn aan basis van epiderm longitudinale
spierfunctie kan verkorten of verlengen (bij gastroderm: rond om rond
gastrovasculaire holte circulaire spierlaag kan versmallen of uitrekken)
Geen circulatorisch stelsel: voedselpartikels opgenomen door pinocytose/ fagocytose van de
myoepitheelcellen gastrodermiscellen en rechtstreeks doorgegeven doorheen mesoglea aan
epidermis :
- In gastroderm ook veel kliercellen: produceren spijsverteringsenzymen en dan
losgelaten in gastrovasculaire holte
3
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur fraukedelvaeye. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.