Samenvatting fysiologie
Hoofdstuk 1: histologie of weefselleer
1. Inleiding
Anatomische structuren met het blote oog: anatomie
Microscopische anatomie: cytologie en histologie
Weefsel: groepering van cellen die gelijkaardige kenmerken en functies hebben.
Combinatie weefsel vormt orgaan en organen zijn gegroepeerd tot orgaanstelsel die het lichaam
vormen.
4 soorten weefsels:
1. Epitheel/dekweefsel: bedekken en aflijnen
2. Bindweefsel: steun geven en inwendige ruimten opvullen
3. Spierweefsel: actieve beweging
4. Zenuwweefsel: info geleiden
→ om orgaan goed te laten werken moeten deze samenwerken. (meeste organen alle 4 types
weefsel)
Toepassing in de praktijk:
histopathologie: microscopische studie van ziekte in de weefsels
Er wordt een biopt van een weefsel genomen en gefixeerd, een dunne weefselcoupe van gesneden
en dat wordt gekleurd en zo kan je naar weefsels onder de microscoop kijken. Veranderingen in
aantal, vorm grootte… van de cellen kan helpen om diagnose van een bepaalde ziekte te stellen.
2. Epitheel
2.1. Algemene eigenschappen van epitheel
epitheel = dekweefsel
bedekt in- en uitwendige oppervlakten & bekleedt inwendige transportbuizen.
kenmerken:
o dicht opeen geplakte cellen die in lagen gerangschikt zijn (kan 1 of meer lagen zijn)
o polaire cellen met apicaal oppervlak richting lumen orgaan/lichaamsholte en basaal
oppervlak richting onderliggend bindweefsel.
o Avasculair: geen bloedvaten (ontvangt zuurstof & voedingsstoffen vanuit
onderliggend bindweefsel). MAAR ze zijn geïnnerveerd = bevatten zenuwen en
geven belangrijke sensorische info door.
o Beschadigde epitheelcellen worden continu vervangen of hersteld (door vb.
schade/ziektekiemen)
2.2. Functies van epitheel
Fysieke bescherming aan onderliggende weefsels. (bescherming tegen schaven, uitdroging…)
Regelt doorlaatbaarheid van biochemische stoffen. (sommige epithelia ondoorlaatbaar
andere meer doorlaatbaar)
Sensorische informatie ontvangen.
Moeten stevig verbonden zijn om andere weefsels te beschermen.
Zijvlakken zijn gegolfd, daardoor passen ze in elkaar als een puzzel.
Tussen naburige epitheelcellen zijn er kanaaltjes met matrix die voedings- en
transportstoffen transporteren vanuit en naar onderliggende weefsels.
zijkanten epitheelcellen zijn verbonden aan naburige cellen door:
o Tight junctions: samensmelting van buitenste lagen plasmamembranen van 2
naburige cellen. Er wordt een ondoordringbare barrière gevormd. (vb. urineblaas,
spijsverteringstelsel)
o Gap junctions: verbinding via connexons (:kanaaleiwitten die van cytoplasma ene cel
naar cytoplasma andere cel lopen). Door connexons is transport van ionen,
voedingstoffen en elektrische signalen van ene naar andere cel mogelijk (vb.
hartspierweefsels & glad spierweefsel, rol in coördinatie van spiercontracties)
o Desmosoom: verdikking gevormd door intercellulaire filamenten die in elkaar passen
als klittenband. Is goed bestand tegen spanning en uitrekking (vb. huid, hart)
o Hemidesmosoom: ziet eruit als een half desmosoom. Verbindt epitheelcel met
basaal membraan eronder.
2.4. Het basale membraan
Fundering epitheelcel
Netwerk van vezels dat epitheelcel vasthecht aan onderliggend bindweefsel.
Gedeeltelijke barrière: laat o2, co2, voedingstoffen… door
Sterk en elastisch
2.5. Het epitheeloppervlak / oppervlaktespecialisatie
Epitheel in bloedvaten: glad oppervlak zodat bloed zonder wrijving kan stromen.
Microvilli: oppervlaktevergroting voor absorptie/secretie
Cilia/trilharen: gecoördineerde bewegingen waardoor stoffen langs het oppervlak van het
epitheel kan verplaatst worden. (vb. slijm, vreemde stoffen)
Keratine/verhoorning: beschermend en waterdicht (vb. huid)
2.6. Classificatie van epitheel
Ingedeeld volgens 3 criteria:
Aantal cellagen (eenlagig of meerlagig)
Vorm van de cellen (plaveiselepitheel, kubisch epitheel, cilindrisch epitheel)
Aanwezigheid oppervlaktespecialisatie (trilharen, microvilli, verhoornde cellen…)
2.7. Types van epitheel
2
, 2.7.1. Eenlagig plaveiselepitheel
Afgeplatte cellen met schijfvormige kern
Dun en fragiel (passage water, o2, co2 en kleine moleculen in longen en nieren)
Vlak en glad = geen wrijving
Endotheel: aflijning bloed- en lymfevaten
Mesotheel: aflijning borst- en buikholte
Komt voor in lymfevaten & bloedvaten
2.7.2. Eenlagig kubisch epitheel
1 laag kubische cellen met ronde, centrale kern
Op plaatsen waar secretie en absorptie gebeurt
Komt voor op oppervlakte eierstokken, in schildklier, lever
2.7.3. Eenlagig cilindrisch epitheel
Lange dunne cellen met ovale kernen
Epitheel is dikker dus meer bescherming
Betrokken bij secretie en absorptie (afvoergangen exocriene klieren, wand maagdarmstelsel)
Eenlagig cilindrisch epitheel met trilharen komt voor in luchtwegen, baarmoeder en eileiders
Komt voor in luchtwegen, baarmoeder en eileiders
2.7.4. Meerlagig plaveiselepitheel
Bestaat uit meerdere cellagen
Bescherming tegen wrijving en blootstelling aan chemische stoffen
Mond, slokdarm, vagina…= onverhoornd meerlagig plaveiselepitheel
Huid= verhoornd meerlagig plaveiselepitheel
2.7.5. Meerlagig kubisch epitheel
Meestal uit 2 lagen kubische cellen
Bescherming weefsels in grote afvoergangen exocriene klieren
Komt voor in zweet, melk en speekselklieren
2.7.6. Meerlagig cilindrisch epitheel
Beschermt onderliggende weefsels
Komt voor in grote afvoergangen van melkklieren en een deel van de urethra bij sommige
mannelijke dieren.
2.7.7. pseudomeerlagig cilindrisch epitheel
Ziet er meerlagig uit maar is het niet
Alle cellen zijn verbonden met basaal membraan, niet alle reiken tot luminale oppervlak
Kernen op verschillende hoogten
Vaak trilharen en slijmbekercellen
Komt voor in ademhalingsstelsel & delen mannelijk voortplanting stelsel
2.7.8. overgangsepitheel
3
, Kan uitrekken
Is waterdicht
Komt voor in de urinewegen
2.8. Klieren
Klieren zijn cellen die secreties of excreties produceren. Er is een onderscheid tussen endocriene
klieren en exocriene klieren
Endocriene klieren: hebben geen afvoergang, hormonen worden via de bloedbaan getransporteerd
naar de plaats in het lichaam waar ze hun functie uitvoeren
Exocriene klieren: voeren hun secreties/excreties via afvoergangen naar lichaamsholte of
celoppervlakken.
3. Bindweefsel
3.1. Algemene eigenschappen van bindweefsel
Bestaan vooral uit niet-levende extracellulaire matrix (extracellulaire vezels +
grondsubstantie)
De matrix omgeeft cellen en zorgt voor voeding en steun
Daardoor kunnen bindweefselcellen overleven terwijl ze verder uit elkaar liggen dan
epitheelcellen
Gevasculariseerd: bevat bloedvaten die zuurstof en voedingstoffen aanvoeren & co2 afvoeren
Graad van vascularisatie varieert
Bindweefsel bevat vaak sensorische receptoren die pijn, druk… registreren.
3.2. Functies van bindweefsel
Andere weefsels verbinden
Steun voor het lichaam
Beschermende laag rond organen
Isolatie lichaam
Energiereserve
Transport stoffen door lichaam
Herstel beschadigde weefsels
Afweer tegen micro organismen
3.3. Bestanddelen van bindweefsel
3.3.1. Grondsubstantie
Amorf, homogeen materiaal
Kan vloeibaar, vast of gel zijn
Bestaat uit glycosaminoglycanen ( ketens glyocoproteïnen die hyaluronzuur… bevatten)
Functies:
o Uitwisseling voedingsstoffen en afvalstoffen tussen cellen en bloed
o Schokbrekend kussen
o Beschermt de bindweefselcellen
o Barrière voor binnendringen van micro-organismen
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur VANHL. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €9,06. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.