Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Leereenheid 8, Europees recht, RS0432 €15,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Leereenheid 8, Europees recht, RS0432

 11 vues  0 fois vendu
  • Cours
  • Établissement

Leereenheid 8, Europees recht, RS0432 Open universiteit

Aperçu 3 sur 22  pages

  • 9 juin 2024
  • 22
  • 2023/2024
  • Resume
avatar-seller
Europees recht



LEH 8: Economische en monetaire unie

Inleiding: cursussite
Het EU-beleid is voor een groot deel gericht op economische integratie.

De belangrijkste pijlers voor de interne markt zijn:
 De vier fundamentele vrijheden:
o Goederen
o Diensten
o Personen
o Kapitaal
 De harmonisatiemaatregelen
 De mededingingsregels
 De EMU

In deze LEH staat centraal:
 De vrijheid van kapitaal- en betalingsverkeer
= Het gaat hierbij om o.a. transacties in het kader van betalingsverkeer en grote investeringen,
beleggingen, overdrachten en fysieke in- en uitvoer van financiële activa
 Het economische en monetair beleid van de EU
 Het onderscheid tussen het vrije dienstverkeer en de vrijheid van vestiging.
 De uitzonderingen op de werkingssfeer
 De rechtvaardigingen van belemmeringen
 Economische beleidscoördinatie door de EU en de toepassing ervan bij de Europese schuldcrisis
(2009/2010) en de coronapandemie (2020/2021)

Het economische en monetair beleid is voor niet-economen vaak lastig, maar de vraagstukken over
interpretatie en toepassing van bepalingen uit het VWEU zijn van juridisch aard.


Leerdoelen
 Onderscheid maken tussen de vrijheid van kapitaalverkeer en de andere fundamentele vrijheden
(goederen, diensten, personen).
 Herkennen wanneer sprake is van een beperking van het vrije kapitaalverkeer en aan te geven
wanner een beperking gerechtvaardigd is.
 De essentie van het economisch en monetair beleid uitleggen en hierop te reflecteren in het licht
van de Europese schuldencrisis.

Arresten
Europees recht:
 Konle
 Albore
 Fidium Finanz
 Pringle
 Gauweiler e.a

Lesstof
 Studieboek: H7 (paragrafen 6 en 7)
 Studieboek H9 (geheel)
 VK 2024
 VK over EMU van 2021 (oud, facultatief dus niet verplicht wel ondersteunend)




Pagina 1 van 22

,Samenvatting studieboek: H7 (paragrafen 6 en 7)

Vrij verkeer van kapitaal

 Het recht op vrije verkeer van kapitaal
Artt. 63-66 VWEU = Recht op vrije verkeer van kapitaal. Dit is een fundamentele vrijheid.
Dit is de enige fundamentele vrijheid die zowel van toepassing is tussen:
- (1) EU-lidstaten onderling
- (2) EU-lidstaten en derde landen (ofwel niet EU-landen)

Bijlage I van Richtlijn 88/361/EG van de Raad = Van belang bij het bepalingen van wat als
kapitaalverkeer kan worden beschouwd.
Deze richtlijn:
 bevat ene lange en niet-uitputtende lijst van categorieën kapitaalbewegingen ingedeeld naar
de economische aard van de activa en passiva waarop zij betrekking hebben.
 Heeft betrekking op activiteiten zoals directe investeringen d.m.v.:
o de oprichting van filialen die toebehoren aan degene die het kapitaal verstrekt, of
o de volledige verwerving van:
 bestaande ondernemingen
 transacties in effecten op de kapitaalmarkt
 beleggingen in onroerend goed
 overdrachten i.h.k.v. prestatie- of verzekeringscontracten en persoonlijke
kapitaal bewegingen
 de fysieke in- en uitvoer van financiële activa

HvJ-EU heeft pas in 1995 zijn eerste arrest gewezen inzake de beperking van het vrije kapitaalverkeer.

Voorbeeld:
In de zaak Sanz de Lera e.a. (niet verplicht arrest) werden Sanz de Lera, Jimenez en Kapanoglu elk
afzonderlijk aangehouden toen zij probeerden zonder de vereiste vergunning grote sommen Spaanse
peseta’s (= munteenheid van Spanje voor de euro) over de grens van Zwitserland en Turkije over te
brengen.

Volgens de Spaanse wet was een voorafgaande vergunning vereist voor de uitvoer van het bedrag aan
peseta’s dat elk van de drie personen bij zich had.
In de strafzaak die tegen heb was aangespannen stelde zij dat dit vereiste een beperking van het vrije
verkeer van kapitaal vormde.
Het HvJ-EU was het met hen eens, omdat een dergelijke vereiste de uitoefening van het vrije verkeer
van kapitaal afhankelijk wordt gesteld van het goedvinden van de administratie, waardoor de vrijheid
illusoir kan worden gemaakt.

Voorbeeld:
In de zaak Baars (niet verplicht arrest) voorzag Nederland in een vrijstelling van vermogensbelasting,
maar alleen voor aanmerkelijke deelnemingen in vennootschappen die in de EU-lidstaat waren gevestigd.

De 100%-deelneming van de heer Bars in een Ierse vennootschap kwam dus niet voor deze vrijstelling in
aanmerkingen. Het HvJ-EU oordeelde dat dit een beperking van de vrijheid van vestiging was. Het heeft
zich dus niet uitgesproken over het vrije verkeer van kapitaal.

Voorbeeld:
In de zaak Trummer en Mayer arrest, niet verplicht ging het om een Oostenrijkse regeling volgens welke
alleen in Oostenrijkse schilling (= munteenheid van Oostenrijk voor de euro) luidende hypotheken in het
daartoe bestemde register konden worden ingeschreven. Aangezien de heer Mayer in Duitsland woonde
wenste hij dat de hypotheek in Duitse marken (= munteenheid van Duitsland voor de euro) zou luiden.
De heer Trummer, die een aandeel in de betrokken onroerende goed had gekocht, stemde hiermee in
Toen de transactie uiteindelijk mislukte omdat de hypotheek niet kon worden ingeschreven stelden Mayer
en Trummer een gerechtelijke procedure in die aanleiding gaf tot een verzoek om een prejudiciële
beslissing.

In antwoord op dit verzoek oordeelde het HvJ-EU dat wisselkoersschommelingen de aantrekkelijkheid
van de transactie konden verminderen, waardoor de betrokken partijen ervan konden worden
weerhouden de transactie in de valuta van hun keuze te laten luiden. Aangezien de Oostenrijkse regel
bovendien extra kosten voor de partijen met zich zou kunnen brengen kwam het HvJ-EU tot de conclusie
dat deze regel een beperking van het vrije kapitaalverkeer vormde.



Pagina 2 van 22

, Voorbeeld:
In de zaak Konle (verplicht arrest) ging het om een Duits onderdaan die een stuk grond in Tirol had
gekocht op voorwaarde dat hij de door de Oostenrijkse wet voor buitenlanders vereiste vergunning zou
krijgen. Toen deze vergunning werd geweigerd leidde Konle een procedure in die uiteindelijk heeft geleid
tot het arrest Konle (verplicht arrest) waarin het HvJ-EU heeft geoordeeld dat een beperking van de
mogelijkheid om in een andere EU-lidstaat te investeren d.m.v. een vergunningseis een beperking van
het vrije verkeer van kapitaal vormt.

Voorbeeld:
Het HvJ-EU heeft geoordeeld dat het aanhouden van golden shares (= bijzondere aandelen die meer
invloed met zich meebrengen dan o.g.v. het gehouden deel van het aandeelkapitaal) of het anderszins
uitoefen van controle op wie de aandelen in deze ondernemingen kan verkrijgen, investeringen in deze
ondernemingen minder aantrekkelijk maken, waardoor er sprake is van een beperking van het vrije
verkeer van kapitaal.

Voorbeeld:
Fiscale voorschriften die het minder aantrekkelijk maken om in ondernemingen in andere EU-lidstaten te
investeren is kunnen ook een beperking van het vrije kapitaalverkeer vormen.


 De afbakening van het vrije kapitaalverkeer en andere vrijheden
Het HvJ-EU maakt onderscheid tussen het vrije verkeer van kapitaal en de vrijheid van vestiging
o.g.v. de vraag: of een investering erop is gericht een beslissend invloed op een vennootschap
uit te oefenen heeft het HvJ-EU het volgende geoordeeld:

I. Er is sprake van het recht van vestiging wanneer een onderdaan van een EU-lidstaat een
deelneming in het kapitaal van een in een andere EU-lidstaat gevestigde vennootschap
houdt die hem een zodanige invloed op de besluiten van de vennootschap verleent dat hij de
activiteiten ervan kan bepalen.

II. Er dient rekening te worden gehouden met het voorwerp van de wettelijke regeling in
kwestie. Het gaat dus om het doel van de betrokken beperkende maatregelen en om de
vraag of de betrokken economische activiteit al dan niet neerkomt op vestiging in het
buitenland.

Het HvJ-EU maakt onderscheid tussen het vrije verkeer van kapitaal en het vrije verkeer van
vestiging o.g.v. de vraag: of de gedane investering de investeerder een zodanige invloed op de
besluiten van de vennootschap verleent dat hij de activiteiten ervan kan bepalen.

De scheidslijn tussen het vrije verkeer van diensten en het vrije verkeer van kapitaal kan soms
moeilijk te trekken zijn.

Een voorbeeld van de problemen die zich voordoen bij de afbakening tussen het vrije verkeer van
kapitaal en de andere fundamentele vrijheden is te vinden in de zaak Fidium Finanz (verplicht arrest).
In deze zaak ging het om een Zwitserse onderneming die krediet verleende aan klanten in Duitsland.
Bijgevolg was het vrije verkeer van diensten niet van toepassing. Het vrije verkeer van kapitaal, dat ook
van toepassing is op derde landen, zou wel relevant zijn voor deze zaak.
Het HvJ-EU oordeelde dat kredietverlening een dienst is en dat de gevolgen voor het vrije verkeer van
kapitaal alleen een onvermijdelijk gevolg waren. Het vrije verkeer van diensten is niet van toepassing op
de belemmeringen die de Zwitserse onderneming ondervond en dus bood het EU-recht geen soelaas (=
zorgen dat het minder erg wordt).



 Uitzonderingen op de werkingssfeer van het vrije verkeer van kapitaal
Art. 64 lid 1 VWEU = Dit artikel bevat een uitzondering op de werkingssfeer van het vrije verkeer van
kapitaal die betrekking heeft op derde landen (ofwel niet EU-landen).
Deze bepalingen:
 gaat over bestaande overeenkomsten tussen de EU-lidstaten en derde landen (niet EU-lidstaten)
die op 31 december 1993 bestonden uit hoofde van nationaal recht of EU-recht en die betrekking
hebben op het vrije verkeer van kapitaal.
 heeft alleen betrekking op overeenkomsten over directe investeringen, vestiging, het verrichten
van financiële diensten of de toelating van effecten tot de kapitaalmarkten.




Pagina 3 van 22

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur demeta. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €15,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

78998 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€15,49
  • (0)
  Ajouter