Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Alle colleges blok 1 Kinder- en jeugdpsychopathologie GGZ2021 €3,99   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Alle colleges blok 1 Kinder- en jeugdpsychopathologie GGZ2021

 60 vues  1 fois vendu
  • Cours
  • Établissement

Uitgebreide uitwerking van alle colleges van het blok kinder- en jeugdpsychopathologie GGZ2021. Inclusief plaatjes, uitwerking collegeslides en opgeschreven wat de collegegever vertelde wat niet op de slides staat. Handig voor het tentamen!

Aperçu 4 sur 48  pages

  • 5 juillet 2019
  • 48
  • 2018/2019
  • Resume
avatar-seller
Colleges blok 1 Kinder- en Jeugdpsychopathologie
c.meesters@maastrichtuniversity.nl

• Training Intake Proces blok 1
Een intakegesprek gaat vooraf aan een behandeling. Met als doel om een diagnose te stellen en te
koppelen aan een behandelplan.

Intakeproces
- Begint met verwijzing/aanmelding
- Stap 2: Beschrijving van pathologische fenomenen: psychiatrische classificatie
- Stap 3: Verkenning van factoren die de klachten veroorzaken, bevorderen of in stand houden
→ Werkhypothese of verklarende diagnose formuleer je → een korte samenvatting wat er
met iemand aan de hand is. Hoe komt het? Wat maakt het erger? Wat is een beschermende
factor? Wat houdt de klachten in stand?
- Stap 4: Voorspelling over Natuurlijk verloop van stoornis: prognose
- Stap 5: indicatiestelling en behandeling gericht op genezing van klacht of hanteerbaar maken
van klacht – Adviesgesprek en Therapie
- Stap 6: Plan ontwerpen om terugval te voorkomen – Secundaire preventie

Met de DSM 5 zet je er een code aan, dit heeft een zorgverzekeraar nodig voor de bekostiging van de
behandeling.

• Inleidend college en college 1 Theorieën in de ontwikkelingspsychologie door Cor
Meesters
Twee basisboeken in het blok:
- Psychopathologie basisboek → abnormal child psychology van Mash en Wolfe 6e editie
- Normale ontwikkeling → Ontwikkelingspsychologie → theorieën die iets zeggen over
ontwikkelingsprocessen van kinderen van Schaffer 9e editie
- E-reader via Reference list

Ontwikkeling: veranderingen in individuen, de veranderingen beginnen op het moment van de
conceptie en stoppen als een persoon overlijd.
De veranderingen verlopen systematisch, met bepaalde patronen. De veranderingen worden
beïnvloedt door twee basale processen: rijping (biologische ontplooiing) en leren (leerproces,
ervaringen leiden tot permanente veranderingen).
Verandering en ontwikkeling zijn niet hetzelfde. Verandering kan van tijdelijke aard zijn, als het
kouder wordt trekken we andere kleren aan. Als een kind gedurende zo’n winterperiode zijn veters
kan strikken is het ontwikkeling, een permanente verandering in gedrag.

Domeinen van ontwikkeling
- Fysieke ontwikkeling
o Zenuwstelsel, spieren, botten, lichamelijke veranderingen, motorische ontwikkeling
seksuele ontwikkeling
- Cognitieve ontwikkeling
o Leer of problemen oplossen, ontwikkeling van taal
- Psychosociale ontwikkeling

, o Emotionele ontwikkeling (uiten en herkennen), sociale relaties, empathie,
identiteitsontwikkeling
➔ Vorderingen in het ene domein werken door in het andere domein, maar stoornissen in het
ene domein hebben ook consequenties in het andere domein. Voorbeeld: goede motorische
ontwikkeling van de mond, leidt tot betere ontwikkeling van taal.

Zes fundamentele kwesties
1. Nature vs. nurture?
2. Rol sociaal-culturele context?
3. Actieve rol kind? -> geven de kinderen zelf sturing aan hun ontwikkeling? Temperament
kenmerken en kinderen zijn zelf actief bezig
4. Ontwikkeling verloop: (dis)continue? -> bewijzen van stadia in de ontwikkeling is moeilijk,
toch geloven veel mensen dat het stapsgewijs verloopt
5. Kritieke perioden? -> gevoelige periode: kind is maximaal gevoelig voor omgevingsinvloeden.
Het nut van kritieke periode daar is niet iedereen het overeen. De eerste 3 levensjaren zijn
cruciaal voor de emotionele ontwikkeling (hechting). Er zijn ook veel voorbeelden van
kinderen met ontzettend veel negatieve gebeurtenissen en toch opgroeien tot een stabiele
gezonde volwassene.
6. Interactie domeinen?
➔ Wat zijn de antwoorden van de verschillende theorieën in deze kwesties?

Een goede theorie moet aan drie belangrijke voorwaarden voldoen: 1)beknopt en spaarzaamheid, 2)
falsifieerbaarheid (een goede theorie levert voorspellingen op, en deze voorspellingen kun je gaan
toetsen, theorie blijft waar totdat de hypothese verworpen wordt), 3)heuristische waarde (elke
goede theorie moet nieuwe vragen oproepen)

THEORIEËN
- Leertheoretische benadering
Verklaart ontwikkeling op grond van fundamentele klassieke en operante leerprincipes (Watson &
Skinner)
Heel veel gedrag bij de ontwikkeling van kinderen kan worden verklaard aan de hand van klassieke
en operante leer principes.

Bandura legde de nadruk op biologische en interne processen. Je moet ook rekeningen houden met
motivationele, emotionele en denkprocessen. Albert Bandura kwam met de sociale leertheorie, want
met de klassieke en operante had je niet alle waarheden te pakken. Nieuw gedrag komt ook alleen
met observeren → observationeel leren
Sociale leertheorie: imitatie, observationeel leren, modeling, 4 cognitieve processen (aandacht,
geheugen, (motorische) reproductie, motivatie)

Kwesties Behaviorisme (klassiek en operant) Bandura (Sociale leertheorie)
1 Omgeving controleert gedrag Interactie reinforcement en biologische &
andere factoren
2 Universaliteit leerprincipes Bandura vond de sociaal-culturele context
een zeer belangrijke rol spelen bij de
ontwikkeling van kinderen

, 3 Kind is passief, Skinner Kind heeft veel actievere status, Bandura: er
eenrichtingsverkeer van interactie: de is een wisselwerking tussen het kind en de
omgeving naar het kind omgeving
4 geen verschil tussen beide: Ontwikkeling verloop is
ontwikkeling verloop is continu/gradueel/kwantitatief
continu/gradueel/kwantitatief
5 Geen nadruk op kritieke perioden Geen nadruk op kritieke perioden
6 Ontwikkeling in elk domein Interactie tussen domeinen van
onderworpen aan fundamentele ontwikkeling
leerwetten

Behaviorisme funderen zich op klassieke en operante leerprincipes. Behaviorisme is vooral
aanhanger van nurture. Bandura stelt dat de ontwikkeling alleen tot stand komt als er interactie is
tussen nature en nurture.

- Cognitieve ontwikkelings benadering: Jean Piaget
Kinderen zijn actief betrokken en actief gemotiveerd om kennis te verwerpen. Kinderen zijn intrinsiek
gemotiveerd, kinderen zijn geboren met het verlangen om de wereld te begrijpen en om grip te
krijgen. De handeling is de basis van alle cognitieve activiteit volgens Piaget. Piaget is van oorsprong
een bioloog.
Twee basis assumpties
1. Normale (normaal begaafde) kinderen vertonen gelijksoortige mentale en sociale
vaardigheden ondanks ver uiteenlopende vaardigheden (los van de cultuur, zie je dat
kinderen dezelfde soort veranderingen ondergaan en ontwikkelingsprocessen laten zien)
2. Normale kinderen ondergaan gelijksoortige veranderingen in vaardigheden op ruwweg
dezelfde leeftijden
➔ Of dit altijd overeenkomt met de werkelijkheid is een tweede

Piaget: basisconcepten 1
- Adaptatie: geneigdheid om aan te passen aan condities opgelegd door de omgeving
- Organisatie: neiging van intellectuele structuren en processen om meer systematische en
coherent (samenhangend) te worden
- Schema: een gecoördineerd en systematisch patroon van handelingen, gedragingen en
redeneerwijzen, dat wordt toegepast op gelijke klassen van objecten of situaties.
Adaptaties en organisaties leiden tot schema’s
De schema’s hebben de neiging om steeds complexer te worden:
Piaget basisconcepten 2
- Assimilatie: het interpreteren van een ervaring in termen van huidige manieren van
begrijpen van dingen (schemata)
- Accommodatie: veranderingen in het denken die optreden wanneer oude denkpatronen om
iets te begrijpen (de oude schemata) niet meer voldoen
Assimilatie en accommodatie zijn voortdurend met elkaar in werking, twee kanten van medaille. Op
het moment dat een kind merkt dat het niet meer werkt, de oude schema’s doen het niet meer dat is
geen fijne ervaring voor het kind → equilibratie
- Equilibratie: een aangeboren zelfregulerend proces dat via assimilatie en accommodatie
voortdurend plaatsvindt.

Je kunt pas naar een volgend stadia als het vorige stadia is afgesloten.

, De stadia van Piaget
- Sensorimotorisch (0-1,5 jaar)
o Schema’s zijn heel primitief, sensomotorische acties.
o Object permanentie: kinderen krijgen het besef dat een voorwerp blijft bestaan ook
al is het buiten het gezichtsveld (balletje met theedoek)
- Pre operationeel (1,5-7 jaar)
o Symbolisch denken
o Symbolen voor objecten
- Concreet operationeel (7-11 jaar)
o Logische (concreet) denken
- Formeel operationeel (vanaf 11 jaar)
o Deductief/abstract denken

Piaget en de 6 kwesties
1. Interactionistische (alle biologische factoren interacteren met de ervaring).
2. Rol van sociaal-culturele context is beperkt (tempo & eindniveau ontwikkeling)
3. Kind is zeer actief: intrinsieke motivatie is volgend Piaget de motor van alle ontwikkeling
4. Discontinu (stadiamodel van ontwikkeling)
5. Geen nadruk op kritische perioden
6. Veel implicaties voor andere ontwikkelingsdomeinen

➔ Piaget is ook bekritiseerd: Piaget heeft nooit experimenteel onderzoek gedaan, 99% van alle
ideeën heeft die getoetst op zijn eigen 3 zonen. Hoe objectief ben je met je eigen kinderen?
Daarnaast erg eenzijdig onderzoek gedaan, eenzijdig gefocust op de cognitieve ontwikkeling.
Het stadiamodel is ook een kritiekpunt, hoe bewijs je dat kinderen met sprongen van het ene
stadia naar het andere stadia gaan.

Neo-piagetiaanse benadering
- Het gebruiken van klassieke Piagetiaanse thema’s om te komen tot een heel ander soort
theorie (voorbeeld: Chomsky: LAD)
o Mensen die niet echt neo-piagetianen zijn. Zetten zich af tegen de ideeën van Piaget.
Hebben veel thema’s/ideeën gebruikt om een andere weg in te slaan. Voorbeeld is
Chomsky: LAD = hij behoort tot de nativisitische stoming. Nativisten zijn mensen die
stellen dat er sprake moet zijn van een flinke dosis aangeboren kennis. Chomsky zit

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur sannevw. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

76669 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€3,99  1x  vendu
  • (0)
  Ajouter