GEDRAGSVERANDERING
Hoofdstuk 1: inleiding
1. Inleiding
Gezondheid is staat van volledige fysiek, mentaal en sociaal welzijn en niet enkel afwezigheid van ziekte en invaliditeit.
2. Biomedisch-biopsychosociaal perspectief
o Oudheid: ziekte ontstaat door kwade geesten die lichaam binnendringen, behandeling: geesten uitdrijven
o Oude Grieken: erkenden als eersten de rol van lichaamsfactoren in ziekte en gezondheid, ziekte als gevolg van onbalans
van diverse sappen in het lichaam
o Middeleeuwen: opnieuw overtuiging dat ziekte veroorzaakt wordt door bovennatuurlijke krachten, behandeling: uitdrijven
slechte krachten door lichaam te geselen, functie van geneesheer: uitgeoefend door priesters
o Renaissance: ziekte heeft specifieke biochemische etiologie, lichaam behandelt als machine (robot)
2.1 BIOMEDISCH PERSPECTIEF
Ziekte → ziek-zijn → ziekterol
2.1.1 Vaak geen rechtlijnig verband
- Iemand krijgt diagnose dat hij besmet is met HIV-virus, heeft nog geen klachten, kans klein ziekterol op zich neemt.
- Persoon met chronische kaakpijn, geen biomedische afwijkingen vastgesteld, arts weigert doktersattest te schrijven.
- Kanker wordt toevallig ontdekt bij patiënt, geen klachten maar wordt toch operatief opgenomen in ziekenhuis.
2.1.2 Dualistische visie op lichaam en geest
Organisch (echt) ↔ psychogeen (niet echt)
2.1.3 Organische versus psychogene ziekte
- We weten niet alles over het lichaam
- We weten niet wat psychogene ziekte is
- Diagnose is niet indicatief voor behandeling
- Nadelig voor relatie tussen arts en patiënt
2.2 BIOPSYCHOSOCIAAL PERSPECTIEF
2.2.1 Verandering in sterfte en ziekte cijfers
75% sterfte door kanker worden in verband gebracht met gedrag (30% tabak, 35% voeding, 3% alcohol, 7% seksueel gedrag)
- 7 tot 8 uren slapen per dag
- Een ontbijt elke dag
- Niet eten tussen maaltijden
- Geen overgewicht
- Niet roken en geen of matig gebruik van alcohol
- Regelmatig lichaamsbeweging
2.2.2 Effectiviteit en kosten hoog-gespecialiseerde curatieve geneeskunde
2.2.3 Aanvaarding door medische disciplines
Wetenschappelijk vlak: psychoneuro-immunologie poorttheorie van pijn
Toegepast vlak: multidisciplinaire aanpak, dus diagnose omvat biologische, psychologische en sociale factoren
2.2.4 Politieke evoluties
Kwaliteit van het leven: gezondheid is meer dan afwezigheid van ziekte (biopsychosociaal)
2.3 Verschillen tussen beide perspectieven
Biomedisch perspectief Biopsychosociaal perspectief
- Ziekte heeft specifieke biochemische etiologie - Biologische, psychologische en sociale factoren maar
→ Lichamelijke oorzaak ook voorbeschikkend, uitlokkend en onderhoudend
- Lichaam kan behandeld/gerepareerd worden als machine - Probabilistisch: individueel vs groepsniveau
- Metafoor: lichaam als robot - Gezondheid is meer dan afwezigheid van ziekte
, 2.4 Doelstellingen en preventie
2.4.1 Vormen van preventie
Door te doen aan gezondheidsbevordering en gezondheidspromotie.
Primaire preventie: voorkomen optreden van ziekte gericht op oorzaken
(poetsen met een fluoride tandpasta)
Secundaire preventie: voorkomen voortschrijden van ziekte en kans op
herstel zonder blijvende schade verhogen (jaarlijkse controle)
Tertiaire preventie: voorkomen van gevolgen van ziekte (nemen van RX)
Quaternaire preventie: persoonspecifieke zorgverlening (verslavingen)
3. Gedragsverandering binnen ziektepreventie en gezondheidspromotie
3.1 Gedrag en gezondheidsbevordering
Gedragsverandering heeft een belangrijke rol in het gedrag/leefstijl bij veel moderne ziektes, het wordt gebruikt als middel om
gezondheid te verbeteren of ziekte te vermijden.
3.2 Gezondheidsgedrag
“Behavioral patterns, actions, and habits that lead to health maintenance, health restoration, or health improvement”.
"Gedragspatronen, acties en gewoonten die leiden tot gezondheidsonderhoud, herstel van of verbetering van gezondheid".
3.3 Gezondheidsgedrag en preventie
- Primaire, secundaire en tertiaire preventie
- Zelfgericht gedrag (roken, gezonde voeding, mondhygiëne gedrag, bewegen)
- Medische dienstverlening (screening, vaccinatie)
- Naleven medische voorschriften (medicatie)
4. Planmatige aanpak en kwaliteit
4.1 Kwaliteitstandaarden
Samenwerking met de doelgroep Bij uitvoering; plannen, ontwikkelen, uittesten, evalueren, implementeren
- Hun noden en behoeften
- Hoe gemotiveerd houden?
- Hoe zelf-effectiviteit stimuleren?
- Laten dragen door hun sociale netwerk
Werken vanuit objectief feitenmateriaal Het is altijd zo gedaan dus geen middelen voor grondige analyse
Verantwoorde keuzes maken Vanuit een duidelijke doelstelling mbt de doelgroep, strategie en methode
voor verandering en gebaseerd op theorieën van gedrags en
omgevingsbeïnvloeding
Concrete en realistische doelen formuleren Volgens SMART (specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch, tijd)
Planmatige en systematische werkwijze Stapsgewijs opbouwen van interventie
- Wat is probleem
- Welke factoren beïnvloeden het probleem
- Hoe beïnvloeden deze het probleem
- Interventie toepassen
- Niet onmiddellijk actie!
Evalueren Afvragen of het goed verlopen is en wat het effect ervan is
(tussen alsook eind evaluaties nodig)
, 4.2 Systematisch
Veel voorkomende blunder hier is dat men voor elk willekeurig probleem onmiddellijk een vaak te ondoordachte oplossing zoekt.
Systematiek in gezondheidsvoorlichting-opvoeding en gezondheidspreventie kent 4 stappen:
1) Probleemanalyse: wat is de relatie tussen het gezondheidsprobleem en het menselijk gedrag?
2) Gedragsdeterminanten-analyse: wat zijn de determinanten van gedrag?
3) Gedragsbeïnvloeding: hoe is dat gedrag te beïnvloeden?
4) Evaluatie: wat is het effect van die beïnvloeding?
4.3 Doelgericht
Twee belangrijke valkuilen:
1) Focus op finale doelen: terwijl eerder een stapsgewijs proces
2) Doelen op een te hoog abstractieniveau: zie verder hoe doelen te stellen
Bijvoorbeeld:
Voorlichting geven om blessures te komen <-> 5% reductie aantal knieblessures bij voetballers van 15-20 jaar binnen 2 jaar
4.4 Planmatig
Planning is een systematisch en procesmatig voorbereiden, afstemmen en nemen van besluiten, waarvan de
uitvoering noodzakelijk is voor bereiken van bepaald doel. Veranderen van attitude en gedrag is geen eenvoudige taak
aangezien gedrag diep wortelt in cultuurpatronen, opvoeding systemen, waarden en groepsnormen. Het is dus belangrijk om
een realistisch gedragsbehoud te hebben die dan ook een zorgvuldige overwogen gefaseerde aanpak heeft.
5. Gezondheidsbevordering en Intervention mapping
Dit is een planmatige aanpak van interventieontwikkeling en een
goede heuristiek voor “scientific practitioner”.
Scientific practitioners kunnen een gezondheidsprobleem in het
werkveld op een systematische en wetenschappelijke manier
analyseren, met behulp van een planmatige aanpak en zo hiervoor een
gezondheidspsychologische interventie ontwikkelen, daarbij optimaal
gebruik makend van empirische onderzoeksresultaten en beschikbare
theoretische inzichten/modellen.
5.1 Waarom doen aan intervention mapping
- Goede analyse van probleem
- Structureren van interventie design
- Faseren van interventie design
- Monitoren van interventie design
- Documenteren van beslissingen en hun gevolgen
,
,Hoofdstuk 2-3: needs assessment
6. Intervention mapping
7. Logic model for needs assessment
De needs assessment is een beschrijving van de gezondheidstoestand van een individu of een bevolking.
Onderverdeling in drie stappen:
STAP 1: analyse van gezondheidsprobleem en levenskwaliteit
STAP 2: analyse van risicofactoren op gezondheidsprobleem
STAP 3: analyse van oorzaken van risicofactoren
7.1 Enkele definities
Epidemiologische Verzamelen van gegevens rond voorkomen van gezondheidsproblemen en de samenhang
analyse tussen gezondheidsproblemen en het voorkomen van aan het gezondheidsprobleem
gerelateerde verschijnselen
Gezondheidsindicatoren Meetbare en objectiveerbare grootheden van gezondheid en ziekte
Prevalentie Hoeveel mensen er lijden op een gegeven moment aan het gezondheidsprobleem
Incidentie Hoeveel mensen dat het gezondheidsprobleem binnen een bepaalde tijdsperiode krijgt
Multimorbiditeit Het hebben van meerdere gezondheidsproblemen tegelijkertijd
Mortaliteit/ sterfte Het percentage personen dat aan een bepaalde aandoening sterft gedurende een bepaalde
tijdseenheid
Levensverwachting Het aantal verwachte levensjaren gemeten vanaf de geboorte
,7.2 STAP 1: analyse van gezondheidsprobleem en kwaliteit van leven
GEZONDHEIDSPROBLEEM
7.2.1 Omvang of morbiditeit
Wat is het gezondheidsprobleem en wat is de omvang van het gezondheidsprobleem?
- Prevalentie en incidentie
Wat is de spreiding van het probleem?
- Over de tijd naargelang leeftijd, plaats, geslacht, etniciteit, socio-economische status,…
Wat is de impact/ernst van het gezondheidsprobleem?
- Op individueel vlak (sterfte, social gevolgen)
- Op collectief vlak (kosten voor maatschappij)
7.2.2 Spreiding
Hoe lager de opleiding, hoe vaker mensen aangeven over geeneigen gebitselementen meer te beschikken.
7.2.3 Multimorbiditeit
Voorbeelden: Gevolgen:
- Morbide obesitas en depressie - Compliceren van behandeling
- Diabetes en coronaire hartziekten - Negatieve impact op kwaliteit van leven
- Meer en langere ziekenhuisopnamen
- Grotere kans op complicaties en sterfte
LEVENSKWALITEIT
7.2.4 Ernst of kwaliteit van leven
Dit heeft een impact op individu (fysisch, psychisch, sociaal), gezin, familie en maatschappij.
Diverse indicatoren:
- Sterfte
- Levensverwachting
- Verloren levensjaren
- Ziekenhuisopnamen
7.2.5 Mortaliteit of sterfte
De mortaliteit is vaak gerapporteerd omdat het makkelijk te registreren is. Er zijn gestandaardiseerde sterftecijfers maar met
een correctie voor de bevolkingsgrootte (sterftecijfer hoger in populatie van 20.000 dan 500 man) en demografische
statistieken (HIV sterfte hoger in oudere populatie, of waar meer mannen leven of waar andere seksuele voorkeruren zijn).
7.2.6 Levensverwachting
Een gezonde levensverwachting is het aantal jaar dat in goede gezondheid wordt doorgebracht (hoe ervaart u uw
gezondheid). De levensverwachting is gestegen doorheen de jaren en zal de komende decennia nog toenemen, deze
toename noemen we gezondheidswinst. Vrouwen hebben een hogere levensverwachting, maar die extra jaren brengen zij
doorgaans in ongezondheid door.
QUALY (Quality Meting van de kwaliteit van leven bij gewonnen levensjaren, het varieert tussen 0 (minst goede
Adjusted Life Year) kwaliteit van levensverlenging) en 1 (optimale kwaliteit van leven)
Voorbeeld: mensen met chronische ziekten hebben gemiddeld 0,7
DALY (Disability Het aantal gezonde jaren dat een populatie verliest door ziekte en aandoeningen
Adjusted Life Year) (gezondheidslast), 1 DALY is 1 verloren levensjaar.
Voorbeeld: hogere scores komen voor bij hartvaatziekten, kanker en psychische stoornissen
ADL (Algemeen Meting van mate waarin stoornissen het dagelijks leven belemmeren, dit kan aan de hand van
Dagelijks Leven) een vragenlijst (specifiek per stoornis).
Voorbeeldvragen: Kunt u eten en drinken? Kunt u gaan zitten en opstaan uit stoel?
,7.3 STAP 2: analyse van risicofactoren op het gezondheidsprobleem
GEDRAG
7.3.1 Gezondheidsrisico’s: endogene persoonsgebonden risico’s
Erfelijke factoren:
- Afwijkingen in genen
- Afwijkingen in chromosomen
- Aanleg voor gezondheidsproblemen (depressie, epilepsie, reuma)
Verworven eigenschappen:
- Hoge bloeddruk
- Verstoord immuunsysteem
- Hoge cholesterol
- Wisselende glucosespiegel
- Overgewicht en obesitas
- Psychische ongezondheid
- Veroudering
7.3.2 Gezondheidsrisico’s: leefstijl en gedrag
Alle gedragingen die een positieve of negatieve invloed hebben op de gezondheid en/of op een gezondheidsprobleem
Mate van samenhang met gezondheidsprobleem?:
Relatief risico ofwel de sterkte van het verband tussen risicofactor en gezondheidsprobleem.
R1 (individuen met risicofactor) / R0 (individuen zonder risicofactor)
Hoe veranderen we dit relatief risico?:
Bijvoorbeeld bij hart en vaataandoeningen kunnen we diverse factoren (hoge bloeddruk, vettig eten, veel drinken, roken,
weinig fysieke activiteit) aanpakken al zijn deze niet allemaal even belangrijk. Vooral het rook en beweeggedrag zijn belangrijk
om aan te pakken want deze kunnen het gezondheidsrisico sterk inperken
Voedingsgedrag:
Hierbij is het belangrijk dat men voedingsrichtlijnen zoals een voedingsdriehoek en mondvriendelijke voeding toepast.
- Primair voedingsgedrag is gerelateerd aan gezondheidsproblemen (zoals cariës, overgewicht, ondergewicht)
- Secundair voedingsgedrag is gerelateerd aan gezondheidsproblemen (zoals darmkanker) via ernstig overgewicht
en lichamelijke inactiviteit
Beweeggedrag:
Belang van leeftijdsspecifieke normen en sedentair gedrag
Mondhygiëne:
Bestaande normen zijn poetsen van de tanden, gebitsprothesen, tandvlees en slijmvliezen, tong en ook het gebruik van
flossdraad. Deze richtlijnen zijn leeftijdsgebonden en er is een specifieke aandacht gericht naar kwetsbare groepen.
OMGEVINGSFACTOREN
7.3.3 Gezondheidsrisico’s: omgeving
Invloed van omgeving:
Er kunnen invloeden uit omgeving zijn die direct of indirect verband houden met gezondheidsprobleem zoals fysiek, sociaal-
cultureel, economisch en politiek. Deze kunnen voorkomen op diverse niveaus, namelijk micro / meso /macro of
interpersoonlijk / organisatorisch / community / overheidsbeleid.
Analyse van gedrag en omgeving:
Gezondheidsstatistieken (gezondheidsenquête, dataregistratie van de mondgezondheid of Vlaams agentschap Zorg en
Gezondheid) of wetenschappelijke literatuur kunnen gedrag en omgeving makkelijk analyseren.
, 7.4 STAP 3: analyse van oorzaken van risicofactoren
DETERMINANTEN
7.4.1 Analyse van oorzaken
Hierbij vragen we ons af welke factoren het gedrag van individu dat het risicovolle gedrag vertoont en het gedrag van de
omgevingsfactoren bepaalt. We willen een antwoord formuleren op de vragen waarom mensen zich ongezond gedragen,
waarom gedragen mensen zich gezond gedragen en waarom mens zich met iemand identificeren.
Identificatie van belangrijkste en veranderbare determinanten aan de hand van:
- Theoretische modellen
- Kwalitatief onderzoek binnen doelpopulatie (focusgroepen, interviews)
- Kwantitatief onderzoek (verificatie van gevonden determinanten op grote schaal)
7.4.2 Gedragsverandering is een proces
Stages of Change = gedragsverandering is een proces dat kan lopen volgens het trans theoretisch model. Het kan toegepast
worden op het stoppen met roken, voedingsgewoonten, fysieke activiteit, drugs- en alcoholverslaving,...
De complexiteit van menselijk gedrag is niet te vatten in één enkele theorie. Gedragsverandering is een proces dat zich
ontwikkelt in tijd en in fasen verloopt. In elk stadium zijn andere processen dominant en elk stadium vereist andere aanpak.
PRECONTEMPLATIEFASE OF Niet de bedoeling om gezond gedrag te stellen in nabije toekomst
VOORBESCHOUWINGSFASE Drie types:
- Gebrek aan risicoperceptie
- Gebrek aan kennis: algemene kennis ontbreekt technieken: bewustwording
door kennisvermeerdering
- Gebrek aan motivatie: weerstand tegen verandering, zonder succes reeds
geprobeerd. Kan voorkomen als ontkenning, rationalisatie, projecteren en
externaliseren, internaliseren technieken: aanvaarding en non-directiviteit via
luisteren, empathie tonen, vragen stellen, contact houden
CONTEMPLATIEFASE Intentie om binnen 6 maanden gedrag te veranderen
OF BESCHOUWINGSFASE Beslissingsbalans:
- Afwegen van voor- en nadelen van gezond en ongezond gedrag er zijn 2
keer meer voordelen dan nadelen nodig
- Bij uitstelgedrag is de balans in evenwicht
PREPARATIEFASE Bedoeling om in directe toekomst (<1 maand) gedrag te veranderen
OF VOORBEREIDINGSFASE - Gebruik maken van actiegerichte programma’s en oplossingen zoeken voor
hindernissen en barrières
ACTIEFASE Veranderingen in gedrag in de laatste 6 maanden
Doelstellingen formuleren volgens SMART:
- Specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch, timemanagement
CONSOLIDATIEFASE Het gezond gedrag duurt langer dan 6 maanden, niet langer dan 5 jaar
Er is een grote kans op herval:
- Roken: 43% na 1 jaar / 7% na 5 jaar
- Sport: 50% na 3 maand
Risicosituaties in verslaving:
- Emotionele distress
- Positieve sociale situaties
- Hevig verlangen (craving)
EINDE Geen enkele neiging om in oude gedrag te hervallen
- Moeilijk om te bereiken, slechts bij 20% lukt het