Samenvatting
Veterinaire volksgezondheid
Inhoudsopgave
Algemene VVG........................................................................................................................................................................ 2
Oriëntering 1.1.................................................................................................................................................................................2
Structuur van voedselketen, begrippen en taken van dierenarts 1.2..............................................................................................6
Wetgevende structuren 1.3...........................................................................................................................................................11
Primaire fase......................................................................................................................................................................... 16
Hoofdstuk 1 – De dierlijke voedselproductie..................................................................................................................................16
Hoofdstuk 2 – Het bedrijf en de gezondheidsstatus......................................................................................................................19
Hoofdstuk 3 – pathogenen die belangrijk zijn voor de voedselveiligheid en zoönosen.................................................................28
Hoofdstuk 4 – het bedrijf en de functie van de dierenarts.............................................................................................................33
Hoofdstuk 5....................................................................................................................................................................................39
Transformatie fase................................................................................................................................................................. 42
3.1 soorten slachtingen..................................................................................................................................................................42
3.2 transformatie herkauwers.......................................................................................................................................................43
3.3 transformatie varken...............................................................................................................................................................46
3.4 transformatie pluimvee............................................................................................................................................................48
Technologie........................................................................................................................................................................... 54
1 oriëntering en wetgeving............................................................................................................................................................54
2 ingrediënten................................................................................................................................................................................57
2.1 grondstoffen van dierlijke oorsprong..................................................................................................................................57
2.2 kruiden en specerijen..........................................................................................................................................................58
2.3 additieven............................................................................................................................................................................64
3 technologische processen...........................................................................................................................................................69
3.1 drogen, zouten, pekelen......................................................................................................................................................69
3.2 verhitten..............................................................................................................................................................................70
3.3 fermenteren........................................................................................................................................................................74
3.4 roken....................................................................................................................................................................................75
4 verpakken....................................................................................................................................................................................80
Productkennis....................................................................................................................................................................... 84
Productie gedroogde ham..............................................................................................................................................................84
Productie gekookte ham................................................................................................................................................................85
Productie salami.............................................................................................................................................................................87
Productie pastei.............................................................................................................................................................................88
1
,Algemene VVG
Oriëntering 1.1
Veterinaire volksgezondheid = VVG = wettelijk onderdeel dat door toedoen van competitie en kennis van
de dierenarts de gezondheid van de mens beschermt en verbeterd
-> gaat over:
- Gezelschapsdieren
- Mag niet geslacht worden
- Dier komt nooit in de voedselketen terecht
- Alle diergeneeskundige medicijnen zijn tot beschikking
- Voedselproducerende dieren
- Hebben een gereduceerde lijst van medicijngebruik -> verschillende antibiotica mag niet
gebruikt worden omdat deze dan in voedselketen terecht komt en uiteindelijk kan leiden tot
antibiotica resistentie
- Zoönosen = ziektes die overdraagbaar zijn van dier naar mens
- Direct contact is hiervan een grote factor bij zowel gezelschapsdieren en
voedselproducerende dieren
Vb. Hond die mens likt op gezicht is direct contact, dit is een overdracht van ziektes, mensen sterven
van contact met honden (likken van wonden bij mensen, hondenbeet)
Schildpaden zorgen voor Salmonella bij verschonen van verblijf, exotische dieren vaak veroorzaker
van infecties bij mensen
Rund komen ringwormen voor en bij direct contact zijn deze overdraagbaar op de mens
VVG gaat over ziektes van dier, mens, milieu -> One Health speelt grote rol -> dierenarts moet verder
kijken dan alleen genezen, ook naar omgeving kijken voor de effecten van de gevolgen
Geschiedenis VVG
- << -500
Mensen en dieren behandeld door dezelfde arts -> dieren en mensen hebben zielen en als je dier goed
behandelde zou je na je dood migreren naar dier = metempsychosis
- -580 – 500 -> Pythagoras
Transmigratie van mens naar dier, dieren verdienen zelfde respect als mensen
- -430 – 350 -> Plato
Mens en dier zijn verschillend, dierlijk ziel heeft geen rede, mens zelf weten wat ze met een dier doen, dier
wordt gezien als goederen
- -390 – 320 -> Aristoteles
Mens is een rationeel dier, mens mag dier gebruiken hoe je zelf wilt
- 50 – 130 -> Plutarchus
Aanbeveling vegetarisme uit gezondheidsredenen
- 100
Filosofie wordt theologie
2
, - 1220 – 1270
Wreedheid van dieren is verwerpelijk, dieren hebben geen vrijheid van handelen, dieren zijn goddelijke
voorbestemming voor de mens
- 1600 -> Descartes
Dieren zijn machines, dieren zijn niet in staat om pijn te voelen, mens mag doen met dier wat ze willen
- 1800 -> Kant
Ontwikkeling dierenethiek, dieren hebben geen zelfbewustzijn, mensen hebben plichten -> visie van dier
als gebruiksvoorwerp verandert
- 1750
Vak dierenarts ontstaat -> in beginstadium alleen nog voor paard (gebruikt voor vervoer, oorlog)
VVG heeft eigenlijk altijd al bestaan -> dmv emperisch onderzoek = iets dat je kan vaststellen (pijn, horen,
zien, voelen), je kan het vaak opmerken nadat je je onderzoek hebt uitgevoert
Om bepaalde situaties te voorkomen, om VVG te verbeteren is vaak lastig te reguleren, je zult altijd
mensen hebben die zich wel aan regels houden, die zich er niet aan houden, of die twijfelen
-> goede manier: verwerken in religie, als dwangmiddel gebruiken, straffen als ze zich niet aan regels
houden (je ziet dit terug in religie) -> komt voor in de islam (vb. geen vlees van spleethoevige eten, geen
vlees van kadavers eten, niet van verbloedde dieren eten, vasten in periodes)
VVG bestaat uit fasen:
- Fase 1a (+- 1900)
- Dierenarts verantwoordelijk post-morthem = bekijken van karkassen voor het kijken van
aandoeningen die slecht zijn voor mensen
- Lokale slachthuizen waar dierenartsen de karkassen checken
- Focus op macroscopische (zoönotische) dierziekten, aandoeningen die je met het blote oog
kan zien
- Focus op maximale recuperatie = gebruik van vlees voor voedsel (voedselproductie >
voedselveiligheid)
- Vlees was niet belangrijkste voedselproductie
- Fase 1b (+- 1950)
- Nationale wetgeving voor keuringen, overheid = regulerend, controlerend, verantwoordlijk
- Dierenarts is keurder en verantwoordelijk voor post-mortem en ante-mortem = levende
keuring
- Focus op macroscopische aandoeningen
- Focus op maximale recuperatie
- Toename van: geïndustrialiseerde veehouderij, import/ export levensmiddelen,
diergeneeskundige inspectie en bedrijfsbegleiding
- Afname: voedselschaarste (want meer vee als voedsel), dierziekten, vleesconsumptie
- Voedselschandalen: voedselgeassocieerde infecties bij consumenten, aandacht voor
dierenwelzijn
- Fase 2
3
, - Europa neemt wetgeving over -> voordeel: opleiding, hoe lang je studeert, wat je studeert is
overal in EU hetzelfde, je kan in heel EU gaan werken want je hebt een geschikt diploma
- België complex: voedselveiligheid is federaal, dierenwelzijn is regionaal -> wat geld in Gent
geldt niet in Antwerpen
- Dierarts niet meer gebruikt als keurder
- Focus meer op voedselveiligheid i.p.v. voedselproductie -> recuperatie minder -> zodra
aandoening gesignaleerd gaat heel karkas uit keten
- Overheid: regulerend, controlerend -> gebruikt risicoanalyse
- Producent verantwoordelijk -> zodra iets verkeerd gedaan word je getraceerd en
aangesproken en eventuele gevolgen
- Huidige aanpak kan effectief zijn (daling ziekten vb. Salmonella en Yersinia), huidige aanpak
kan ook niet effectief zijn (voedsel gerelateerde bacteriële infecties blijft stijgen)
- Voedselinfecties mens stijgt
- Voedsel-pathogenen die mens ziek maken zijn niet pathogeen voor het dier zelf ->
hierdoor lastiger voor dierenarts/ veehouder om letsel en symptomen op te merken
- Wie gaat er wat mee doen: primaire dierenarts niet, ziekenhuis alleen als mens heel
ziek is om te genezen -> VVG wel, die komt in actie
- Vooruitzichten: 70% bestaande/ ontstaande ziektes zijn dier-gerelateerd
- Fase 3
- Klassiekers
- ‘Antibioticaresistentie’ -> probleem voor veterinair maar ook humane geneeskunde
- ‘Emerging pathogens’ -> ziektes die eerst tropische ziektes waren komen terug en
worden niet meer gezien als tropisch (vb. blauwtong)
- ‘Waar zal volgende pandemie uitbreken’ -> weten we niet, wel waar verhoogde
kans heeft -> door veel mensen en dieren dichtbevolkt op elkaar leven
- ‘Ideale situatie vanuit VVG’
VOEDSELPRODUCERENDE DIEREN MENSEN
Gesloten, isoleren, all-in-all-out -> gecontroleerde Vakantie eigen land, lokale voedselproductie en
leefomgeving consumptie
Vaccineren Vaccineren
Eradicatie = opruimen stal bij infectie Lockdown
- Minder gekende uitdagingen
- Importeren bush meat = vlees van dieren die niet uit Europa komen
- Van migratie van mensen
- Statussymbool -> mensen laten zien dat ze het kunnen permitteren
- Economisch -> mensen worden rijk van importeren en vervolgens verkopen
- Groot risico infecties -> controle door dierenarts
Herintroduceren wild life, reabiliteren wild life
- Vos, wolf, everzwijn
- Uit eigen belang -> als mens willen we deze dieren graag zien
- Dieren worden geromantiseerd, het gevaar wordt overzien
4