Inleiding in de Rechtsfilosofie
Studiemateriaal er zijn facultatieve als verplichte teksten met wekelijkse ppt-slides die
verplicht zijn.
PowerPoint is helemaal te kennen zoals sociologie en rechtssociologie, zowel de slides die
verborgen zijn als de gewone slides, ze zijn allemaal verplichtte lectuur. Zie per les, de
verplichtte literatuur die door te nemen is.
Leerdoelstellingen van dit vak – inhoudelijk:
- Geeft een overzicht van de belangrijkste rechtsfilosofische theorieën sinds het
ontstaan van het Christendom tot heden.
o Recht relateren met moraliteit – verhouding – gescheiden of samenhang
o Recht – politiek – moraliteit! De legitimatie van de staatsmacht, de staat heeft
het monopolie op de macht, geweld. Waarom mag de staat wel geweld
gebruiken, het idee hierachter!
o De normatieve grondslagen van de democratische rechtsstaat,
“machtshebbers onderworpen aan het recht, met verkozen
vertegenwoordigers” + de binding van de machtsuitoefening aan recht.
o Recht is onafhankelijk domein geworden van verschillende domeinen, steeds
meer zelfstandig en onafhankelijk geworden van verschillende systemen.
“Recht als een relatief autonoom en functioneel gedifferentieerd
maatschappelijk deelsysteem”.
1. Wat is Rechtsfilosofie
Deel I. Historische ontwikkeling van de rechtsfilosofie “Van de Middeleeuwen tot de 20 ste
eeuw”:
Deze studie zal leiden tot een panorama der rechtsfilosofen, waaronder Thomas van
Acquino, Thomas Hobbes, …
Rechtsfilosofie betekent fragmenten lezen uit de rechtsfilosofen, zie verplichtte literatuur.
Heel veel van de filosofische theorieën zijn ontwikkeld in een periode van grote
maatschappelijke Historische gebeurtenissen, waaronder antwoorden op belangrijke vragen.
Naast de teksten ook de context, begrijpen dus in het verdere verloop ook de Historische
gebeurtenissen een actieve rol.
Zo zien we eerst en vooral de Europese Godsdienstoorlogen (1524 – 1648), In Engeland de
Engelse Burgeroorlog en de Glorious Revolution allebei in de 17de eeuw. De Amerikaanse en
de Franse revoluties die kort op mekaar hebben gevolgd in de 18de eeuw en ten slotte de
Tweede WOII van (1939-1945),
Deel II. Rechtsfilosofische Thema’s:
In dit deel zullen er 4 thema’s worden verder behandeld waaronder:
I. Gewoonte – Recht (“van rechtsfilosofen tegen conceptie van levend recht van
Erlich uit de rechtssociologie”), verschil tussen gewoonte van sociale moraliteit,
sociale regels met de juridische regels. Gewoonterecht, gewoontes in de
maatschappije die als recht kan worden erkend.
, II. Wetgeving – het liberale schadebeginsel (buitengrens), innerlijke moraliteit en
sociale moraliteit.
III. Rechtspraak – nadenken over relatie tussen wetgever en rechter zie SDM, als de
rechter beslist over de vrijheid hoeveel onafhankelijkheid heeft men dan wordt
aangeduid met het begrip discretie.
IV. Straf – Waarom mag de overheid straffen, en welke theorieën zijn er op recht op
straf.
College 1(A). Wat is Rechtsfilosofie?
Thema’s die zullen worden behandeld, ten eerste de filosofische benadering, en het begrip
filosofie. Ten tweede de verschillen tussen de juridische, rechtssociologische en de
rechtsfilosofische benadering. Ten slotte de verschillen tussen recht, politiek, moraal en
wetenschap.
- Wat is Recht?
Een jurist, gaat het geheel van regels die neerslag vinden in de bronnen van het recht
accepteren. (Algemene principes, wetten, gewoonten, etc.)
Deze regels vinden een toepassing in de praktijk van rechtspraak en rechtsleer.
Zoektocht binnen dit systeem naar meest adequate juridische oplossing van een bepaald
probleem (vb. euthanasie).
Een Socioloog, gaat niet om de vraag wat geldend recht is. Wilt een extern perspectief
nemen een ziet het recht als sociaal fenomeen. Maatschappij beïnvloedt het recht, maar het
recht beïnvloedt ook de maatschappij. Zo zijn er 2 manieren:
1° Recht nauwe blik, maatschappelijke controle uitgeoefend door systematische aanwending
van macht.
2° Recht brede blik, geheel van collectieve gedragingen en normen die het sociale leven
structureren.
Een Filosoof met een rechtsfilosofische benadering, Recht heeft meerdere betekenissen. De
Natuurrechtsleer, is een stroming die gaat kijken naar de verbindingen tussen recht en
moraliteit, noodzakelijk verband tussen recht en rechtsvaardigheid, die niet breekbaar is.
Aan de andere kant is recht puur juridisch. Rechtspositivisme, bestaand positief rechtsstelsel,
een juridische ordening die feitelijk effectief is binnen een bepaald grondgebied (bepaald
door macht). Ordenende functie van recht, ook bij onrechtvaardigheid. 2 grote stromingen
binnen de filosofie.
- Wat is Rechtsfilosofie?
De definities zij onbevredigend, want elke definitie levert direct problemen op. Tonen via
voorbeelden dus daadwerkelijk lezen van filosofische teksten om zo een beeld te krijgen van
primaire teksten.
,De Typische vragen die de rechtsfilosofie probeert te beantwoorden zijn:
- In hoeverre houdt recht verband met moraal en rechtvaardigheid?
- In hoeverre is recht louter een machtsinstrument?
- Hoe kun je juridische dwang rechtvaardigen?
- Wanneer moet men aan het recht gehoorzamen? (Wanneer wel, niet?)
- Tot welke mate mag de overheid zich met het leven van haar burgers bemoeien?
De vraag naar het nut van de rechtsfilosofie, de juristen:
- Westerman visie, ieder rechtsfilosofie moet nooit los komen te staan met de
rechtspraktijk. Er moet altijd een link zijn met de rechtspraktijk, nadenken over wat ze
doen. Meeste juristen, gaan in juridische beroepen terecht. Het is zinvol om afstand
te nemen als jurist van het juridische en de elementen van politiek en moraliteit
anders aan te pakken. Bijvoorbeeld:
o Strafrechter: Is het strafrecht wel de geschikte manier om mensen te bewegen
regels na te leven? Niet louter binnen het recht beantwoorden, maar over het
recht.
o Wetgevingsjurist: Is het maken van de wet überhaupt de beste oplossing om
een situatie aan te pakken? Welke zaken moeten wel en niet door de overheid
geregeld worden?
o Rechter: Moet ik wetten toepassen die fundamenteel onrechtvaardig zijn of
tot een onrechtvaardige uitkomst leiden? Moet de rechter toch passen of is er
een zekere discretie.
Deze vragen zijn niet beantwoordbaar binnen het recht zelf.
De Filosofische benadering van de filosofen hebben geen ander onderwerp dan de juristen
die gaan bv. Ook nadenken over recht en milieu, euthanasie, alternatieve straffen MAAR wel
een andere benadering en ander perspectief. Niet alleen een intern perspectief, vragen
vanuit het terrein van het recht. Maar een extern perspectief van buiten, van een afstand,
over het recht. Het is zinvol voor juristen om van tijd tot tijd de eigen activiteit kritisch van
afstand te bekijken.
Wetenschap is een bepaalde stabiele beschrijving of verklaring van de werkelijkheid.
Filosofie is een bepaalde visie op de wereld voorstellen en daarvoor beargumenteren.
Er zijn verschillende benaderingen tussen filosofen, ‘de stromingen’.
De Filosofie is een zoektocht naar de grondslagen van ethiek van morele oordelen over goed
en kwaad. Van wetenschap van wetenschappelijke en niet-wetenschappelijke kennis. Van
recht van juridische en niet-juridische regels.
Recht, Ethiek en Politiek
De Juridische regels dienen als deelverzameling van sociale regels die zien op het samenleven
tussen mensen in de maatschappij hieronder vallen de religieuze regels, etiquette, sociale
regels, gewoonte, morele regels, … Recht deels autonoom systeem is historische
ontwikkeling, ontwikkeling van aparte beroepsgroep met een eigen taal, gebruiken, kleding
en ceremonie.
Het is niet in isolatie te zien van andere praktijken en maatschappij, vragen van moreel en
politiek.
, Volgens Westerman, is Rechtsfilosofie een poging om enigszins geordend en systematisch na
te denken over aard, functie, rijkwijdte en legitimiteit van het recht.
DEEL I – Historische Ontwikkeling van de Rechtsfilosofie ‘Van de Middeleeuwen tot de 20ste
Eeuw’
College 1(B). Middeleeuwen “God & Recht”:
Thema’s die in dit deel zullen worden behandeld:
- Verhouding van recht, moraal en godsdienst
- Hoger Recht
- Goddelijk Natuurrecht
- Grondslagen van de staat & legitimatie staatsmacht
- Soevereiniteit
Achtergrond dit deel:
- Historisch begrip van grondslagen van onze huidige democratische rechtstaat
- Inzicht in de legitimatie van de staat en recht
- Terug naar de Middeleeuwen waar er heel anders over het doel van staat en recht
werd gedacht dan nu
- Geen basis in vrijheid en gelijkheid
- 2 denkers: Augustinus & Thomas van Aquino
Het Feodalisme
Is ontstaan met de chaos door het ineenstorten van de maatschappelijke orde in West-
Romeinse rijk in vierde eeuw. De Wereldlijke macht ligt bij de keizer. De Feodale
maatschappij opgedeeld in kleinere eenheden onder leiding van de adel, de Geestelijke
macht ligt bij de Rooms-Katholieke kerk. De Standenmaatschappij in deze tijden zijn:
geestelijken, adel, boeren & burgers.
Het Feodalisme, is een complex stelsel van wederzijdse verplichtingen tussen standen. In dit
hiërarchisch systeem heeft individu zelf geen rechten en plichten. Mens niet als autonoom
individu, maar ontleent identiteitaan de stand waartoe men behoort. De vrijheidsrechten als
groepsrechten van een stand: voorrechten van bepaalde groep tegen opkomende centrale
macht van vorst. Verdragen als Magna Carta (1215): bescherming collectieve privileges van
adel tegen aanspraken koning.
Res Publica Christiana (RPC),
Is internationale gemeenschap van christelijke volkeren en staten. De Geestelijke macht
beruste bij de Rooms-Katholieke Kerk. Augustinus van Hippo (354 – 430 n Chr.) schrijft het
boek Stad van God begin 5de eeuw. Hij introduceert het begrip res publica Christiana, de
internationale gemeenschap van christelijke volkeren en staten. Het Christelijke Kerk positief
afgezet tegen de aanspraken van het Romeinse Rijk op de res publica (re-publiek/ publieke
zaak als de gemeenschap en haar welzijn).
Betwisting legitimiteit van Rome als staat omdat het rijk was veroverd met geweld en niet
door rechtvaardigheid. De Christelijke kerk wel als echte res publica, opgericht voor welzijn
van mensheid.
Res Publica Christiana (RPC)