Algemene rechtsleer
Inhoudstafel
Deel I. Wat is recht?
Titel I. Fundamentele transformaties van de mensenmaatschappij
Titel II. Kenmerken van recht
Deel II. Functies en finaliteit van het recht
Titel I. Functies van het recht
Titel II. Finaliteit van het recht
Deel III. Normen en hun samenhang
Titel I. Wat is een (rechts)norm?
Titel II. Algemene bestanddelen van rechtsregels
Titel III. De samenhang van rechtsregels: recht als systeem?
,Deel I. Wat is recht?
Titel I. Fundamentele transformaties van de mensenmaatschappij
Sociale ontwikkeling
Mensen zijn sociale wezens en het leven krijgt betekenis wanneer we interageren
met anderen; bij het interageren met anderen komen er 2 soorten facetten van ons
bestaan naar boven:
1. Materiële facetten
= technologische, economische en ecologische grondstoffen
2. Ideële facetten
= kennis, overtuigingen, waarden, concepten, gewoonten;
sturen en vormen ons gedrag.
Het samenspel van materiële en ideële facetten met sociale instituten & praktijken
maakt sociale ontwikkeling binnen een gemeenschap mogelijk.
Sociale instituten: onderwijs, sportclub, politie, gezin, ziekenhuis, …
Sociale praktijken: ruzies maken & oplossen, op café gaan, feest vieren, schaken,
wachten bij de dokter, …
Maatschappelijke organisatie
Elke gemeenschap neemt basisbehoeften voor haar rekening; de maatschappelijke
organisatie wordt gekenmerkt door 2 vormen van specialisatie.
1. Horizontale specialisatie: mensen met een even hoge rol bepalen wat er
moet gebeuren in de maatschappij.
2. Verticale specialisatie: er is een hiërarchische orde waarbij er een hogere
macht is die bepaald wat er moet gebeuren over degenen die een lagere
functie bekleden op de hiërarchische orde.
Voorbeeld: Belgische staat > bedrijf > gezin.
, Door de verschillende organisationele structuren van een gemeenschap, kunnen
we concluderen dat de betekenis en functie van recht niet altijd en overal hetzelfde
is.
Er zijn 2 benaderingen voor het recht:
1. Recht als een geheel van gedragsregels
2. Recht als normatieve instructies voor gedragsregels
Soorten samenlevingen
1. Jager-voedselverzamelaars
Ontstaan mensheid – intrede landbouwsamenleving
Nomadische stammen
Clans van +- 25 mensen (familiegebaseerd)
Grotendeels egalitair: geen leiderschap; één iemand baas => opstand
o Enkel bij cruciale beslissingen
Leider werd gekozen op basis van persoonlijke kwaliteiten
Deze samenleving kende diverse regels en gebruiken betreffende:
o Land & waterbronnen
o Roerende goederen
o Geschoten wild
o Huwelijken
De professor denkt dat er in deze samenleving recht bestaat.
We onderscheiden twee soorten clans (afhankelijk van korte en lange
termijnoriëntatie):
a) Onmiddellijke wederkerige clans
Verbruiken het vergaarde voedsel direct
, Gebruiken zeer primitieve, eenvoudige, draagbare gereedschappen &
wapens
Zeer flexibel in het verplaatsen
b) Uitgestelde wederkerige clans
Arbeidsintensieve artefacten (boten, netten, vallen, bijenkorven) die er
maanden over doen vooraleer ze voedsel opbrengen
Voedselbewaring
Uithuwelijken (banden tussen clans werden versterkt op lang termijn)
Onderhouden plekken waar voedsel in het wild voorkomt
Talloze primitieve samenlevingen waren vertrouwd met gedragsregels en
voorschriften met betrekking tot diefstal, moord, overspel, incest en fysiek geweld.
2. Chiefdoms
5 000 v.C.
Sedentaire stammen
100’en – 10 000’en
Erfelijke leider (chef) met daaronder een elite
o Leider wordt beschouwd als een goddelijke persoon
o Leiding over taken, goederenverdeling en land
, Noodzakelijk voor coördinatie
In grootschalige chiefdoms had men:
o Opperchef (paramount chief)
o Local chef (local chief)
3. Rijken
4 000 – 3 000 v.C.
Groot territorium
o Dwingend retributiesysteem => belastingen
o Staatsreligie => goddelijke leider
o Schrift => bureaucratische organisatie
o Rechtbanken
o Handelsnetwerk (intern & extern)
Rechtsregels afkomstig van de goden aan de leider geopenbaard
o Dient voor de ordening van de menselijke maatschappij
Codex Hammurabi: illustreert hoe samenlevingen tewerk gingen met
zulke rechtsregels; er zijn 282 wetten die betrekking hebben op burgerlijk
recht, misdrijven, handel, huwelijk, echtscheiding, …
Regels hebben betrekking op:
1. Onderhouden staatsapparaat
2. Afdwingen sociale & economische hiërarchie
3. Magische & religieus-ideologische overtuigingen
4. Familie- en seksuele verhoudingen
5. Lichamelijke schade
6. Toebedeling