Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
samenvatting communicatiewetenschappen II €7,66   Ajouter au panier

Resume

samenvatting communicatiewetenschappen II

 9 vues  0 fois vendu

samenvatting communicatiewetenschappen II hoc en boek

Aperçu 4 sur 40  pages

  • 9 août 2024
  • 40
  • 2022/2023
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (7)
avatar-seller
oumaimahallaoui2
Communicatiewetenschappen II
Les1 – 4/10/2022
Voorafgaande opmerkingen;
 3 I’s: interdisciplinair (versch disciplines), internationaal (chinese jongeren VS eu
jongeren) & intersectoreel (andere sectoren bestuderen)
 Geen lineaire vooruitgang
 En/en bendadering ! (jongeren of ouders =/ maar jongeren EN ouders)

Verlichting, humanisme & postmordernisme

Moderniteit als historische fase:
Moderniteit = historische periode vanaf Europese verlichtingsdenken (17e eeuw) tot en minste
jaren 1980
- Belang van de rede  via wetenschap antwoord ipv geloof
- Geloof in maakbaarheid van maatschappij (mens & maatschappijbeeld)
- Humanisme !
- Wereldbeeld verklaard via wetenschap
Secularisering :
 einde dominantie religeuze autoriteit
 vervangen door rationeel wetenschappelijk denken
Rationalisering:
 efficientie, voorspelbaarheid, controle over proces, alles berkenbaar
Kapitalisme:
 winstmaximalisatie en vrije markt
Industrialisering:
 machines om mens en dier te vervangen
 technologische ontwikkelingen
Urbanisering:
 nt langer nodig om op platteland te wonen vr werk
 grootschalig verhuis van landelijk naar verstedelijkt gebied
Bureaucratisering:
 regels werden gemaakt (wnr mag je trein nog op), procedures en aanspreekpunten
 bv; onderwijs, gezondheidszorg, openbaar vervoer
Democratisering:
 inspraak en medezeggenschap
 parlementair stelsel (feminisme)
Globalisering:
 samenlevingen minder in isolatie
 transnationale productie, handel en consumptie
 media etc, meer mobiel
Consumentisme:
 verlangen naar consumptie wordt als positief beschouwd (persoonlijke voldoening)
 materialisme en massaconsumptie

,  middel om status & identiteit uit te drukken
Modernisme als cognitief denkkadder
- Verlichiting & vooruitgangsdenken; universele, rationele en ware kennis
- Wetenschap & waarheidsvinding: leidt tot vrijheid
- Grote ideologieen; liberalisme, socialisme, communisme, marxisme, …

Modernisme als artistieke stroming
- Kritisch en experimenteel
- Herdefineren kunst en originaliteit; kleur was nu belangrijk en gebruiken van vormen
- Werkelijkheid vatten in haar kern, expressief niet puur de werkelijkheid schilderen
- Post-impressionisme, expresionisme,…
Geometrische figuren; kubussen, kegels,…  ook platten daken
Kritische stemmen in/over moderniteit
Ook negatieve consequenties;
- Sociale ongelijkheden
- Oorlogen
- Mileuvervuiling, ..
“waarheid” bestaat niet; globalisering & media stimuleren reflexieve benadeing in een
gepercipeerde werkelijkheid

Postmoderniteit als historische fase
 Artistieke ontwikkeling
Geen onderscheid tss -isme en -teit
Anti-essentialisme = er kan verandering zijn, rol staat niet vast (man & vrouw). Wat nu vast
staat kan nog altijd veranderen (homosexualiteit)

Postmodernisme als denkkader
 Einde verlichtingsdenken, er bestaat geen absolute waarheid
Einde waarheid (Lyotard) = we zien de waarheid niet, we MAKEN de waarheid
 aan tijd, plaats en macht gebonden constructie
 narratief concureert met andere verhalen
Einde werkelijkheid (Baudrillard) = we zien de werkelijkheid niet, we zien de beelden die
MEDIA creeren
- Hyperrealiteit = je denkt dat de realiteit zo is door beelden die je ziet op media (tv),
niet omdat je het al zelf hebt gezien of meegemaakt ( kent het beeld van rechtbank, je
bent er nog niet geweest)
- Simulacrum = een kopie van het origineel (film van neerstortende vliegtuig). Als je
het beeld van de werkelijkheid enkel baseert op dat beeld.

 Deconstruvistisch postmodernisme (lyotard): absolute waarheid bestaat nt meer
 Pessimistisch postmodernisme (jameson & beudrillard): einde van betekenis, er is
enkel simulatie
 Celebratief postmodernisme (jencks)

,Deconstructivistisch postmodernisme (lyotard):
= gedachte dat betekenis afhankelijk is van de wijze waarop teksten in elkaar grijpen, elkaar
hernemen, op elkaar verbouwen -> absolute waarheid bestaat nt meer
(media nemen van elkaar over, etc) vb; GIF; wordt steeds in andere cobtext gebruikt nt meer
waar het eerst voor staat
 Intertekstualiteit = een vermelding/ verwijzing naar iets anders afhankelijk van de
context (liedje selena gomez let it be)
Lyotard: geen waarheid meer, afhankelijk van de context gaat ied het ander ervaren
 habermas: maatschappijkritiek is nt gediend met relativering, er is juist behoefte aan
algemene normatieve uitgangspunten, zoals emancipatie & solidariteit
Pessimistisch postmodernisme (Jameson):
= nieuwe fase in kapitalisme, sociale fragmentering op basis van ‘symobilsiche waarden ‘
 Geen echte waarde, maar gebaseerd op status, mode, presitge = ‘ephemera’ (rayban
zonnebril)
 Toekennen van die waarde gebeurt door beeldvorming, massamedia, info
= periodiek concept
- Spektakelcultuur (ied bezig met merk etc)
- Parodie & pastische (=iets hernomen op neutrale manier)
 Gebrek aan vernieuwing
Pessimistich postmodernisme (Baudrillard):
Tv overlaadt consument met stimulaties en dat ondermijnt oorspronkelijke betekenis
Einde van eenduidige stromingen in media  eclectisime in mediateksten = gebruiken van
bestaande stromingen, genres, stijlen
- Cross-over = vermening van gengers
- Vermening van hoge en lage cultuur (culturle omnivoor bv pop art, genieten van
beide)
- Recycling & retro = gerbruiken van oud materiaal (muziek etc)
- Ironisch citeren = bewust verwijzen naar bestaande clichés
Celebratief postmodernisme
Veel positiever
Double-coding = moderne technieken met traditionele elementen
Postmodernisme is inclusief met immense mogelijkheden
Postmodernisme als artistieke stroming
- Kunst = product in een cotext
- Grenzen tussen hoog & laag verdwijnen
- Kunst = electisch
- Kunst = pluralistisch en open voor polyinterpretatie
- Intergratie met oude realitieten in nieuwe realiteiten

, Alles in context bekijken;
 Dominant mens-en maatschappijbeeld
 Historische achtergrond
 Geografische demensie
 Reflectie rond eigen positie
Les 2 – 11/10/2022
Evolutie in onderzoeksvragen
Communicatiewetenschappen:
= Jong onderzoeksveld, moeilijk aftebakenen (want moeilijk om onderzoeksvragen
vastteleggen)
 Enorme diversiteit en hetrogeniteit van discipline




Kritieken:
Geen interne dynamiek, worden gedreven door:
- Ontwikkelingen in andere en aan verwante disciplines
 multidisciplinariteit; psychologie (effectonderoek etc), geschiedenis (evolutie
materiele commu) & sociologie (commu als groepsgebeuren)
- Technologische ontwikkelingen (ontstaan internet)
- Etische vragen (wnr nieuw medium nr voor komt)
Technologische ontw:
 Boom & Doom scenario’s (wat positief of negatief is vr de samenleving)
 Informatiemaatschappij (facebook generatie)
 Groei onderzoek & academische opbouw CW lopen samen met tech ontw
Etische kwesties;
 Macht en onmacht v/d media
 “moral panics” (invloed van games, gewelddadig worden) vb; fake news
 Moralisme (bv; genoeg diversiteit)
 Relatie tss culturele & economische component

Evolutie van discipline:
“Waarom worden er op bepaald ongenblik bepaalde onderzoeksvragen gesteld?” ;
- Mens- en maatschappijbeeld (paradigma)
- Financiele bepalingen
- Evolutie van en machtsstrijd met andere wetenschappen
Mens- en maatschappijbeeld:
Thomas Kuhn (definitie pardadigma) : “Een soort diciplinaire matrix die door de leden van
de wetenschappelijke gemeenschap voor een bepaalde tijd aanvaard wordt als
richtinggevend voor hun wetenschappelijk onderzoek.”
1. Structureel element: veranderingen binnen het m&m-beeld binnen langere termijn
(constante visie gedurende bepaalde tijd)
 Macht vn media: 4 pardigma’s

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur oumaimahallaoui2. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,66. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

62890 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€7,66
  • (0)
  Ajouter