Week 1a
Negatief overheidsoptreden: geboden en verboden, besluit nemen waarbij eenzijdig belangen van de
burger kunnen worden geschaad wettelijke grondslag vereist op grond van het legaliteitsbeginsel.
(vergunningen zijn ook een vorm van negatief overheidsoptreden, in de basis mag iets namelijk niet)
Positief overheidsoptreden: de overheid presteert iets, niet altijd een wettelijke grondslag vereist.
Attributie: toekennen van een nieuwe bevoegdheid (aan bestuursorganen met of zonder politieke
verantwoordelijkheid (zbo’s)) wettelijke grondslag vereist.
Art. 10:22 Awb: ambtenaar wordt na attributie een bestuursorgaan, maar het politiek
verantwoordelijke orgaan is bevoegd tot het geven van instructies.
Delegatie: overdracht van een bestaande bevoegdheid van het ene bestuursorgaan naar het andere
bestuursorgaan wettelijke grondslag (art. 10:15 Awb) en delegatiebesluit (art. 10:19 Awb) vereist.
art. 10:14 Awb: geen delegatie aan ondergeschikten. Reden: De ondergeschikte krijgt in dit geval
een eigen bevoegdheid terwijl hij als ondergeschikte verplicht blijft alle regels van de delegans op te
volgen, er is dan geen sprake meer van een zelfstandige bevoegdheidsuitoefening. art. 10:16 Awb:
delegans mag (slechts) beleidsregels vaststellen. beleidsregels van de delegans gaan voor op die
van de delegataris, de delegans had namelijk oorspronkelijk de bevoegdheid en is het hogere
bestuursorgaan. (zie ook art. 4:81 lid 1 Awb: bevoegdheid tot het vaststellen van beleidsregels)
indien er geen rechtstreekse delegatie mogelijk is: de stichting/vereniging als bestuurscommissie
inrichten (art. 83 Gemw) waarna delegatie dan wel mogelijk is (art. 165 lid 1 Gemw).
delegatie niet toegestaan: bij.
delegatie wel toegestaan: bij of krachtens.
Mandaat: opdracht om namens een ander bestuursorgaan een bevoegdheid uit te oefenen, dit
bestuursorgaan blijft verantwoordelijk geen wettelijke grondslag vereist, wel een mandaatbesluit
(art. 10:5 Awb). (mandaat mag verleend worden aan ondergeschikten en niet-ondergeschikten)
mandaat kan mondeling worden verleend.
art. 10:3 lid 1 Awb: mandaat verlenen, tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald of wanneer
de aard van de bevoegdheid zich tegen de verlening verzet. Lid 2: gevallen waarin niet mag worden
gemandateerd. Lid 3: mandaat tot beslissen op bezwaarschrift én tot het nemen van besluit waar het
bezwaar zich tegen richt mag niet.
art. 10:4 Awb: instemming vereist bij mandaatverlening aan niet-ondergeschikte.
beleidsregels vaststellen en door mandateren in mandaat mag alleen wanneer dit ook in het
mandaatbesluit gemandateerd is.
Rechtsgeldige bevoegdheidsuitoefening:
1. Is er een bevoegdheid?
2. Voor welk orgaan?
3. Hoe kan er worden gehandeld?
Conversie: algemene regels worden aangemerkt als beleidsregels, wanneer ze niet als algemene
regels kunnen worden aangemerkt. (door rechter)
Transformatie: beleidsregels worden aangemerkt als algemene regels, wanneer ze niet als
beleidsregels kunnen worden aangemerkt. (door bestuur)
Vrijstelling: een uitzondering op een verbod, geldt voor iedereen die aan de voorwaarden voor de
vrijstelling voldoet algemene regeling.
Ontheffing: een uitzondering op een verbod, maar deze uitzondering wordt namens een besluit in
een individueel geval gemaakt. beschikking.
,Week 1b
Vertrouwensbeginsel: Amsterdamse dakopbouw
Stappen:
1. Kan de uitlating/gedraging worden gekwalificeerd als een toezegging?
2. Kan deze toezegging aan het bevoegde bestuursorgaan worden toegerekend?
3. Moet het gewekte vertrouwen worden nagekomen en zo ja, wat is de betekenis daarvan voor de
uitoefening van de betreffende bevoegdheid? zijn er zwaarder wegende belangen, dan die van
degene bij wie de gerechtvaardige verwachtingen gewekt zijn, die het honoreren van de
verwachtingen in de weg staan? (strijd met wet, algemeen belang, belang van derden).
(zijn er zwaarder wegende belangen, dan krijgt degene van wie het vertrouwen geschaadt is een
schadevergoeding) belangenafweging
Transparantiebeginsel:
Transparantiebeginsel speelt vooral een rol bij concurrentie; openheid in verdeling van schaarse
publieke rechten. doel is gelijkheid voor partijen.
Stappen:
1. Is er sprake van een schaars recht? En welk soort schaarste?
2. Welke beslissingscriteria is gehanteerd?
3. Is de beslissingscriteria goed geïnformeerd/toegepast?
Schaarse vergunning: de som van de omvang van de aanvragen (hoeveel publieke rechten worden
er opgevraagd?) overtreft het aantal beschikbare publieke rechten.
Fysiek schaarste: schaarse natuurlijke hulpbron
Beleidsmatig schaarste: blijkt uit regelgeving
BO moet tijdig informeren over de beschikbaarheid van het recht, de verdelingsprocedure, het
aanvraagtijdvak en de toe te passen criteria. BO moet de verdelingscriteria voor schaarse
vergunningen gelijkelijk toepassen op alle aanvragen en mag niet meer wisselen van
verdelingsprocedure: BO is onbeperkt in mogelijkheden, zolang er maar sprake is van
transparantie.
Wie het eerst komt, wie het eerst maalt
Inhoudelijke criteria
Loting
Gelijkheidsbeginsel:
Non-discriminatie: op bepaalde gronden geen onderscheid maken
Formele gelijkheid: gelijke gevallen gelijk behandelen en ongelijke gevallen ongelijk behandelen in
kader van dezelfde bevoegdheid van hetzelfde bestuursorgaan.
Onderscheid?
Juridische relevant onderscheid?
Gerechtvaardigd doel voor onderscheid?
Onderscheid geschikt voor doelbereiking?
Onderscheid noodzakelijk voor doelbereiking?
Subsidiariteit en proportionaliteit?
Beroep op gelijkheidsbeginsel slaagt vaak niet (ruimte voor politieke keuzes, constante
veranderingen, wat zijn gelijke gevallen etc.)
Evenredigheidsbeginsel:
, art. 3:4 Awb
lid 1: specialiteitsbeginsel: belangenafweging maken
lid 2: eis van evenredige belangenafweging
Kwantum/Venlo: marginale toetsing: heeft bestuur in redelijkheid tot besluit kunnen komen?
(verbod van willekeur) (terughoudende/redelijkheidstoets)
Woningsluiting Harderwijk: (zwaardere toetsing met verzwaarde onderzoeksplicht en
motiveringsplicht voor bestuur) actuele toetsing:
Drietrapstoets evenredigheid:
1. Geschiktheid: is de maatregel geschikt voor het bereiken van het doel van de uitgeoefende
bevoegdheid?
effectiviteitstoets: draagt beslissing bij aan doel?
coherentietoets: wordt doel op samenhangende en stelselmatige manier nagestreefd?
2. Noodzakelijkheid: minst belastende middel kiezen
3. Evenwichtigheid: is de beslissing gelet op alle omstandigheden van het geval niet onredelijk
bezwarend voor betrokken?
oriëntatiepunten: - aard en gewicht betrokken belangen
- ingrijpendheid besluit en mate van aantasting fundamentele rechten
Week 2a
Beleidsregels: niet wettelijke regels over uitoefening beschikkingsbevoegdheid
- Beschikkingsbevoegdheid impliceert bevoegdheid tot het vaststellen van beleidsregels,
gebondenheid op grond van gelijkheidsbeginsel, rechtszekerheidsbeginsel en vertrouwensbeginsel.
- Is er sprake van een beleidsregel? (art. 1:3 lid 4 Awb) 1. Is er sprake van een besluit? (art. 1:3 lid
1 Awb)
2. Is het besluit genomen door het
bevoegde orgaan? (art. 4:81 Awb)
-Beleidsvormen: beleidsregel, vaste gedragslijn en richtlijn
Buitenwettelijk begunstigend beleid:
In beginsel gaat de wet boven een beleidsregel, maar als deze beleidsregel consequent wordt
toegepast in de praktijk, dan is er sprake van vaste gedragslijn. Op grond van het gelijkheidsbeginsel
is de vaste gedragslijn bindend. (belanghebbende heeft op grond van het beleid op meer recht dan
op grond van de specifieke wet)
Financiële beschikking
Zonder derde-belanghebbenden
De beleidsregels zijn gunstiger dan de wet
Stappen in casusvraag:
1. Om welk soort beleid gaat het? (beleidsregel?)
2. Is er sprake van een vaste gedragslijn?
3. Is de vaste gedragslijn gunstiger dan de beleidsregel?
4. Gaat het om een financiële beschikking zonder derde belanghebbenden?
5. Beroep op gelijkheidsbeginsel vaste gedragslijn gaat voor beleidsregel
Inherente afwijkingsbevoegdheid:
Art. 4:84 Awb: het bestuursorgaan handelt overeenkomstig de beleidsregel, tenzij dit wegens
bijzondere omstandigheden tot onevenredige gevolgen voor de belanghebbende leidt.
Uitspraak Inherente afwijkingsbevoegdheid: rekening houden met alle omstandigheden van het
geval (is er sprake van bijzondere omstandigheden?), als de gevolgen van het besluit onevenredig zijn
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur NathalieRechten. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,00. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.