Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Uitgewerkte open vragen Bijzondere Weefselleer €7,24   Ajouter au panier

Examen

Uitgewerkte open vragen Bijzondere Weefselleer

 6 vues  0 fois vendu

Een overzichtelijke uitwerking van alle 45 open vragen die de professor aan het begin van het jaar online zet. Hieruit worden op ieder examen steeds 2 vragen gekozen die je schriftelijk moet uitwerken.

Aperçu 4 sur 40  pages

  • 15 août 2024
  • 40
  • 2023/2024
  • Examen
  • Questions et réponses
Tous les documents sur ce sujet (11)
avatar-seller
maartenvanwijngaarden
H12 Integument II: huidderivaten
1. Bespreek de verschillende celtypen in de epidermis. Geef de ligging, specifieke
eigenschappen en functie
De epidermis is de bovenste laag van de huid. In dit gedeelte van de huid vindt
celproliferatie plaats. De huid bestaat uit meerdere lagen waaronder: stratum basale,
stratum spinosum, stratum granulosum en stratum corneum.
De epidermis heeft verschillende celtypes: melanocyten, cellen van Merkel, cellen
van Langerhans en keratinocyten.
Melanocyten
- Zorgen voor pigmentatie via de productie van melanine en bevinden zich in het
stratum basale. Melanocyten hebben uitlopers via waar de melaninekorrels in
melanosomen afgegeven worden aan keratinocyten. Het zijn niet-sneldelende cellen
maar kunnen in pathologische situaties wel voor tumoren/melanomen vormen.
- De melaninekorrels leggen zich rondom de celkern om deze zo te beschermen tegen
UV-straling en zonlicht. Één melanocyt die meerdere keratinocyten van melanine
voorziet, vormt een epidermale melanine-eenheid. Hoe donkerder iemand zijn huid is
hoe minder vitamine-D deze persoon aanmaakt.
- Melanine ontstaat uit tyrosine. Tyrosine wordt omgezet in tyrosinase door L-dopa,
vervolgens in dopaquinon en daarna melanine.
Cellen van Merkel
- Bevinden zich in het stratum basale en zijn op gevoelige plekken zeer talrijk aanwezig
(bv. vingertoppen). Ze behoren tot het diffuus neuro-endocrien systeem (DNES) en
staan in contact met afferente zenuwvezels om tastsignalen door te sturen naar het
centraal zenuwstelsel.
Cellen van Langerhans
- Dendritische cellen die zich in het stratum spinosum bevinden. Ze beschermen de
huid tegen antigenen d.m.v. antigeenpresentatie. Ze maken deel uit van het
mononucleair fagocytensysteem. Ze hebben uitlopers die tussen de
keratinefilamenten lopen maar hebben geen keratinekorrels. Wel hebben ze Birbeck
granula die een lysosomale functie hebben.
Keratinocyten
- Bevinden zich in het stratum granulosum en hebben een levensduur van een paar
weken. Deze laag heeft keratohyalinekorrels die filaggrine bevatten. Filaggrine doet
de tonofilamenten van keratine aggregeren/samenklitten en zorgt voor de
keratinisering van tonofilamenten. Keratinocyten hebben membrane coating granules
die uit vetten bestaan. Deze vetten zorgen voor een waterafstotend laagje waardoor
er geen vloeistoffen en voedingsstoffen meer bij de bovenste cellaag komen en deze
afsterft.

, 2. Bespreek de microscopische bouw van het lichaampje van Meissner en het
lichaampje van Vater Pacini. Wat is hun functioneel belang?
Lichaampje van Meissner: bevindt zich in de dermpapillen van het stratum papillare en
komt voor in dikke onbehaarde huid. Het zijn ovale structuren die bestaan uit
verschillende lamellen en laagjes die evenwijdig liggen met het oppervlak van de huid.
Het is een aangepaste gliacel waarin een afferente zenuwvezel tussen de lagen kronkelt.
Ze staan in voor het registreren van langzame vibraties. Wanneer de cellen van de
epidermis worden ingedrukt, worden de gliacellen ingedrukt waardoor er mechanische
vervorming van de zenuwvezel is. De vervorming zorgt ervoor dat er een signaal naar het
centraal zenuwstelsel gestuurd wordt.
Lichaampje van Vater Pacini: bevindt zich in het stratum reticulare van de hypodermis en
is een grote structuur bestaande uit concentrische lamellen van fibroblasten die een
lange afferente zenuwvezel omgeven. Deze zenuwvezel kan vervormen en signalen
doorsturen naar het centraal zenuwstelsel. Hij staat in voor het detecteren van snelle
vibraties en druk op de huid.

3. Bespreek de microscopische bouw van de behaard huid inclusief alle geassocieerde
structuren van het haartje. Vergelijk met de bouw van een sinushaar.
Behaarde huid wordt teruggevonden bij zoogdieren. De functies van haar verschillen maar
isolatie wordt gezien als de voornaamste functie. Daarnaast ook nog voor camouflagemiddel,
herkenning van sekse en sociale doeleinden.
Haartjes ontstaan door epidermale instulpingen waarbij haarfollikels gevormd worden die in
de dermis of hypodermis gaan liggen. In de follikel ligt een bulbus met stamcellen die gaan
prolifereren. Zo duwen de nieuw gevormde cellen de oudere cellen naar boven waardoor de
haarlengte toeneemt. De bulbus wordt omgeven door sterk gevasculariseerd bindweefsel dat
zorgt voor voorziening van voedingsstoffen. Uit de bulbus groeit de haarwortel. Vanaf het
moment dat de oppervlakte bereikt wordt, wordt de haarwortel de haarpijler/haarschacht
genoemd. Keratinocyten in de bulbus zorgen ervoor dat de haarpijler/haarschacht en de
inwendige wortelschede (zie verder) volledig verhoornen.
Het epitheel van de follikel rust op een basaal membraan die de glasmembraan genoemd
wordt. De glasmembraan is in feite de verderzetting van de basale membraan van de
epidermis van de huid.
De haarwortel is opgebouwd uit verschillende laagjes:
- Binnenste wortelschede: eerste laagje direct rondom het haartje gelegen. Is niet
continu met de buitenste wortelschede maar wordt gevormd door de bulbus. Op de
plaats waar de talgklier in de follikel uitmondt, eindigt de binnenste wortelschede
abrupt en zal het door de talgklier geproduceerde talg dienen als smeermiddel. De
binnenste wortelschede kan ook nog opgedeeld worden:
o Cuticula: ligt tegen het haartje aan. Bestaat uit een dakpansgewijze
organisatie van afgeplatte cellen. Zorgt ervoor dat het haartje gefixeerd wordt.

, o Laagje van Huxley: herkenbaar aan de trichrohyaline korrels. Naarmate de
huid bereikt wordt, zal de volledige binnenste wortelschede onverhoornd zijn.
o Laagje van Henle: ligt het dichtst tegen de buitenste wortelschede en zal snel
verhoornen.
- Buitenste wortelschede: ligt tegen de binnenste wortelschede aan en verloopt
continu met de epidermis. Bestaat uit verschillende lagen van levende keratinocyten
die niet verhoornen.
- Bindweefselschede/haarzakje: omgeeft de volledige haarfollikel en is continu met het
bindweefsel van de dermis.
Haarfollikels liggen in de hypodermis. Hoe fijner de haartjes hoe meer oppervlakkig in de
dermis ze liggen. Om aan de oppervlakte te komen, moeten ze alle lagen van de huid
doorkruisen. Hierdoor worden haarfollikels ook geassocieerd met talgklieren en een
musculus arrector pili.
- Talgklieren: holocriene klieren die een sereus secreet (talg) produceren. Talg dient als
smeermiddel en zorgt ervoor dat de huid niet uitdroogt. Daarnaast vergroot het de
waterbestendigheid en heeft het een antibacteriële werking.
- Musculus arrector pili: vastgehecht aan de buitenste wortelschede en aan het
huidoppervlak. Bij kou worden de haartjes rechtgetrokken om zo een isolerende
luchtlaag tussen haar en huid te vormen. Dit dient ter thermoregulatie.
Vergelijking met een sinushaar: een sinushaar (bv. tastharen bij de kat) heeft een
bindweefselschede die in een binnen- en buitenblad verdeeld is. Tussen de 2 bladen bevindt
zich veneus bloed in een sinus. Wanneer het haartje beweegt, zorgt dit voor een
bloedstroom die omliggende afferente zenuwvezels (in de binnenste wortelschede) prikkelt.
In de buitenste wortelschede zijn cellen van Merkel gelegen die de prikkel doorsturen naar
het centraal zenuwstelsel. Aan de buitenste bindweefselschede zijn skeletspieren
vastgehecht. Alle haren zijn uitgerust met fijne zenuwvezels die de basis van de follikel
bekleden.

4. Bespreek de microscopische bouw van de nagel en de relatie met de distale
phalanx. Bespreek hoe de groei plaatsvindt.
De nagel is een epidermaal huidderivaat. Net als bij haren neemt de nagellengte toe door
nieuwe cellagen te vormen die de oudere cellen naar voren duwen. Het zichtbare gedeelte
wordt de nagelplaat genoemd, deze glijdt over het nagelbed heen.
De nagelplaat bestaat uit sterk verhoornd epitheel. De epitheliale cellen zijn ontstaan uit
prolifererende keratinocyten. De cellen worden in proximodistale richting geduwd waar
verhoorning optreedt.
Het nagelbed is de verderzetting van het stratum basale en stratum spinosum van de
epidermis. De roze kleur wordt veroorzaakt door de afwisselende dermpapillen waardoor de
capillairlussen t.h.v. de bindweefselpapil doorschemeren.
De nagelwortel wordt beschermd door de nagelplooi. Deze is zeer sterk verhoornd in het
begin en wordt de nagelriem/eponychium genoemd. Aan het uiteinde van de nagel, t.h.v. de

, overgang tussen nagel en huid, zit het sterk verhoornde hyponychium. Langs de rand en het
uitstekende gedeelte liggen de nagelplooien. Aan het begin van de nagel is een lichtere zone
waar te nemen, de lunula. Het kleurverschil wordt veroorzaakt doordat de organisatie van de
onderliggende bloedvaten daar anders is. Deze liggen niet oppervlakkig waardoor de roze
kleur niet doorkomt.
Relatie met distale phalanx: de distale phalanx is het laatste beentje van de vingers. Bij de
hoefdieren ligt hier de klauw omheen.

5. Bespreek de microscopische bouw van de klauw. Beschrijf hoe de klauw groeit.
Klauwen zijn het equivalent van nagels bij dieren en ontstaan op min of meer dezelfde
manier als nagels.
De bovenste laag is sterk verhoornd en wordt de klauwplaat genoemd. De klauwplaat groeit
over het klauwbed wat op de dermis ligt en de verderzetting is vanuit het stratum basale en
stratum spinosum. Vanuit de klauwplaat groeit een cirkelvormige klauwmatrix/kroon. De
klauw wordt beschermd door de klauwplooi.
De kroon bevat keratinocyten die gaan prolifereren en de oude klauwlagen in proximodistale
richting wegdrukken zodat de klauwlengte toeneemt.
Onderaan de klauw bevindt zich de zool die bestaat uit een dun laagje licht verhoornde
keratinocyten. De klauwen rusten op de zoolkussens die dienen als schokdempers. Ze
bestaan voornamelijk uit vetweefsel en bindweefsel.
Verschil met de nagel is dat de klauw rondom de distale phalanx ligt, hier moet op gelet
worden bij het knippen dat niet het bot geraakt wordt.

6. Bespreek de microscopische bouw van de hoef. Bespreek de verschillende
onderdelen en hoe deze groeien.
De hoef omgeeft de distale phalanx en de omliggende dermis. De dermis kan opgedeeld
worden in verschillende delen: zoomlederhuid, kroonlederhuid, wandlederhuid,
zoollederhuid en straallederhuid. Bovenop de dermis ligt een epidermale laag van waaruit
keratinocyten prolifereren en de verhoornde delen van de hoef zullen vormen.
Het hoefkapsel wordt opgedeeld in verschillende verhoornde structuren:
- Wand: reikt van de kroonrand tot de basis van de hoef
- Zool: loopt van de wand tot aan de lijnen die de straal aflijnen
- Straal: wigvormige inkeping in de hoef die het straalkussen afscheidt van de zool
Het hoefkapsel wordt opgebouwd uit verschillende lagen. Elke laag wordt gevormd vanuit
het stratum germinativum van de epidermis die sterk prolifererende keratinocyten bevat.
Deze zorgen ervoor dat de hoef in proximodistale richting zal groeien.
- Stratum externum: wordt gevormd door de zoomdermis en bestaat uit zachte
intertubulaire hoornen. Deze hoornen vormen de verderzetting van de glazuurlaag
van de hoef.
- Stratum medium: dikste laag van het hoefkapsel. Wordt gevormd door het stratum
germinativum van de epidermis en loopt volgens de volledige lengte van de

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur maartenvanwijngaarden. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,24. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

83637 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€7,24
  • (0)
  Ajouter