H4: Duitsland in Europa
(1918-1991)
4.1: interbellum en Tweede Wereldoorlog (1918-1945)
1919: Ontstaan van de Republiek van Weimar
- 10 nov. 1918: sociaal-democraten roepen republiek uit na de vlucht van de
Duitse keizer naar Nederland
- 11 nov. 1918: Einde WOI
- 19 jan. 1919: Sociaal-Democratische Partij (SPD) wint de eerste verkiezingen
- 28 juni 1919: Duitse regering tekent de Vrede van Versailles
- 11 aug. 1919: Parlement keurt nieuwe grondwet goed
Start van de Republiek van Weimar
Maar: de republiek blijft wankel:
- Conservatieve, keizersgetrouwe en anti-democratische elite behouden de
invloed
Extreem-links: communisten
Extreem-rechts: nationalisten
Deze groepen waren anti-democratisch
De regering kon hun straatgevechten niet stoppen
- Dolkstootlegende: idee dat democratische regering Duitsland in 1918 had
overgegeven, terwijl het de oorlog zou gaan winnen
- 1919: communistische Spartakus-opstand -> poging tot revolutie
Mislukt door het optreden van de regering met steun van de Freikorpsen
- 1919: ‘Dictaat’ van Versailles
Duitsland gestraft en verzwakt
- 1923: Duitsland kan herstelbetalingen niet voldoen
Roerbezetting, wat leiden tot stakingen van DU waardoor er geen geld werd
verdiend, dus geld bijdrukken
- 1923-1924: hyperinflatie
1924: Dawesplan: leningen uit de VS voor de Duitse economie
- 1925: Vaststelling Duits-Franse grens
- 1926: Duitsland word lid van de Volkenbond
- 1929: Begin van de Economische Depressie, Beurskrach (einde van het
Dawesplan)
- 1929-1933: Nazi’s groeien tot de grootste partij (alternatieve keuze als het
andere niet werkt)
Als gevolg van de economische depressie kwam er in DU veel steun voor
extremistische partijen:
Communisten (KPD): wezen op succes van de Sovjetunie, want zij
hadden geen Depressie
Nationaal-socialisten (NSDAP): beloofden economisch, politiek en
moreel herstel van DU
, NSDAP werd in 1923 grootste partij onder leiding van Hitler:
Daadkrachtige leider -> Hitler
Herstel van de economie -> een baan voor iedereen
Herstel van Volksgemeinschaft: 1 raszuiver Duits volk in een
volledig Duits Rijk
Herstel grootmacht -> DU wordt Europese grootmacht, daarna
wereldmacht -> streven naar Lebensraum in Oost-Europa
Paramilitaire organisaties: SA en SS
Propaganda, censuur, geheime politie
Terreur, geweld, concentratiekampen
Het verdrag van Versailles weg en het voeren van een totalitair
bewind
- 1933-1934: Machtsgreep van Hitler
30 jan. 1933: Hitler werd Rijkskanselier
27 feb. 1933: Rijksdagbrand geeft Hitler gelegenheid om linkse
tegenstanders uit te schakelen (communisten + soc.-democraten)
Hitler noemt de Rijksdagbrand een “communistische staatsgreep”
Dit was een excuus voor de invoering van noodwetten + extreme
bevoegdheden voor Hitler
5 maart 1933: NSDAP wint verkiezingen
23 maart 1933: Rijksdag neemt machtigingswet aan
Hitler mag regeren zonder parlement (feitelijke afschaffing van de
Rijksdag)
Juni-juli 1934: Nacht van de Lange Messen
Hitler schakelt tegenstanders binnen de NSDAP uit (denk ook aan SA)
Augustus 1934: na overlijden van de president schaft Hitler deze functie af
Hitler wordt ‘Führer’ van het Duitse volk -> Nazificatie
Ongedaan maken van Versailles:
- 1935: invoering dienstplicht
Wapenindustrie (hierdoor kan iedereen aan het werk)
- 1936: Rijnland gemilitariseerd -> mocht niet volgens het Verdrag van
Versailles
Maar er word niets tegen gedaan
1939-1945: Tweede Wereldoorlog
- 1937: annexatie Sudentenland (=Tsjechië) dankzij appeasmentpolitiek
Conferentie van München -> DU krijgt het Sudentenland (uit angst voor
oorlog) in ruil voor vrede
- 1938: annexatie Oostenrijk -> bezetting Tsjechië
- 1939: Duitse inval in Polen -> start WOII
Russen zijn bang voor oorlog met DU omdat ze tegen communisten zijn
Molotov-Ribbentrop-Pakt:
Onderlinge verdeling van Polen
Niet-aanvalsverdrag
1939-1941: Duitse successen
Juni 1941: SU aangevallen (twee frontenoorlog + erg groot land (plus
een tegenwerkend klimaat)
Dec 1941: DU in oorlog met VS (Pearl Harbor)
1942-1945: Geallieerde successen
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur jetskevandermeer. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.