Alle controverse vragen => daar knn we over filosoferen
H1 De klassieke
rechtvaardigingstoets:
- Doel: goed leren te argumenteren/ sp te bepalen
- Metafysica
o ‘wat is er allemaal?’
o Syn: ontologie
o Vb: bestaat een schaduw?
- Kennisleer
o “wnr is kennis waar?
- Esthetica
o “wat is schoon?”
Inleiding:
- Normatieve filosofie: bestaat uit
o Ethiek/ Moraalfilosofie
§ Vb: “wnr doe ik iets goed?”
o Rechtsfilosofie
§ Vb: “wat zijn goede wetten?”
o Politieke filosofie
§ Vb: “wnr h je een goede sml?”
Allen proberen ze normatieve problemen (wat moet, mag, moet niet, mag niet) op
een beredeneerde manier op te lossen en te verduidelijken d.m.v. rationele
argumentatie.
Oplossen v normatieve problemen
- Via: rationele argumentatie => beredeneerde oplossing
o Maar: gn ultieme oplossing
- Vb’en
o Mogen ouders voor een doof kind kiezen?
§ Pro: het is een cul eigenschap
§ Contra: je geeft h bewust een gebrek
o Mag overheid pornopas invoeren, zoals in UK?
§ Pro: Is technisch juist?
§ Contra: Heeft de overheid recht om zich te moeien (paternalisme)
o Moet ‘groeipakket’ afhangen v inkomen?
§ Pro: nt stimuleren v bev groei
§ Contra: nadenken over gelijkh en rechtvaardigh
,1. Normatieve problemen: onberedeneerde oplossing
We gaan niet zoeken naar onberedeneerde opl/argumentatie. Dus niet door:
1.1. De wil van God
- Wrm? Religieuze argumenten: Het mist overtuigingskracht voor mensen met een ander
geloof of zonder geloof in een Opperwezen.
- Dilemma van Euthyphro:
o Een dialoog van Plato
o Wat: Er ontspint zich een discussie tussen Socrates en Euthyphro over de vraag
hoe men het morele kan verantwoorden. Vader van Euthyphro was een
gewelddadige slavendrijver. Euthyphro gaat zijn eigen vader aangeven, wegens
moord. Hij is ervan overtuigd dat zijn actie moreel verantwoord is omdat dit in
overeenstemming is met de wil van de goden. Socrates blijft doorvragen naar
hoe hij weet dat dit de wil van God is. Betekent dit dat iets moreel verantwoord is
louter omdat God het wil? Dit leidt tot een dilemma:
§ GOD is willekeurig
• God krijgt een willekeurig karakter, alsof God zelf niet weet
waarom hij ons dingen verbiedt, zijn redenen zijn onbekend
o Bv. als God ons verbied te stelen, dan zou stelen op zichzelf
noch goed noch kwaad zijn, waarom zou het dan niet
mogen?
§ GOD is overbodig
• Maar als er aan God externe redenen zijn die duidelijk maken dat
iets immoreel is en zijn redenen zijn hierdoor wel bekend, dan is
God overbodig
o Bv. God zegt dat stelen immoreel is omdat hij het intrinsiek
immoreel karakter van diefstal begrijpt, dan zien wij dit toch
ook?
Geloof kan wel de bron v ethiek zijn, maar als argumentatie vr morele beslissingen telt h NIET!
1.2. Emoties – Instincten – Intuïtie
- Wrm? Emoties zijn zeer sterk en moeten ergens tgn gehouden w, want:
o Ongenoegen over morele emoties
§ Morele emoties kunnen vaak vreselijke dingen doen:
§ Wraak, vergelding, morele walging kennen hun grenzen niet. Normatieve
problemen worden dan niet opgelost, ze worden alleen erger.
§ Vb Je suis un voleur: De winkelier die een pintjesdief aan een verkeerslich
bindt (h recht in eigen handen neemt). Maar de winkelier w uiteindelijk
vervolgd
o Grenzen v morele intuïties
§ Morele emoties geven vaak geen of onduidelijke antwoorden bij nieuwe
problemen
§ Vb overheid die seksbots wil verbieden: maar h is niet omdat iets vies is,
dat h nt kan.
, o Democratie vraagt rechtvaardigheid
§ Er is in onze samenleving (democratie) een motiveringsverplichting. Men
moet het WAAROM kunnen motiveren. Motivering vereist een rationele
aanpak.
- Emoties gaan rationaliseren
o Mensen hebben dikwijls eerst een emotionele opvatting (bv. homofobie) en
nadien gaan ze het verbloemen/opkleden met objectieve en beredeneerde
argumenten.
Men mag geen stem geven aan het buikgevoel.
1.3. Feitelijke toestand
- Wrm? Feitelijke informatie kan belangrijk zijn in normatieve kwesties. Maar we moeten
oppassen bij het gebruiken van feiten bij een rechtvaardiging! Het is belangrijk het
onderscheid te weten tussen:
o Feitelijke toestand à Verklaren, begrijpen, voorspellen
o Normatief oordeel à Rechtvaardigen, aanvaarden, verwerpen
ð We spreken van naturalistische drogreden (naturalistic fallacy) als je de beiden
verkeerd gaat gebruiken, gaat verwisselen.
- Vb: grafiek doodslagcijfers
o Geeft aan hoeveel mensen op geweldadige dood zijn omgekomen
o Het is erg gedaald
ð We hechten zoveel belang aan veiligheid dat we denken dat h nu onveilig is
(=paradox)
1.4. Naturalistische drogreden
- Comprendre c’est pardonner => begrijpen is begrip opbrengen
- Vb: boek die verklaard wrm mannen vaak verkrachten
o Was bijna verboden
o Door: ze dachten dat verkr genormaliseerd zou w
- Vb: theater over terrorist
o Franse artiesten-wereld vond h nt knn
, 2. Normatieve problemen: beredeneerde oplossingen
= Moeilijk te aanvaarden
- In filosofie is de rationele argumentatie belangrijk
- Vb: P Stuebing, Broer en zus hebben 4 kinderen, waarvan 3 gehandicapt zijn. In België
zou dit geen probleem zijn, er is enkel een wet dat huwelijk tussen familie verbiedt. Seks is
dus niet verboden. In Duitsland wel, de man in het koppel is veroordeeld tot drie jaar
gevangenisstraf en beschuldigd van het vrijwillig toebrengen van fysieke schade aan drie
van de vier kinderen. Zoek eens een rationeel argument waarom dit verboden zou zijn:
Rationele argumenten Irrationele argumenten
• Bescherming van het gezin als een fundamentele • Incest is vies
sociale eenheid binnen de samenleving. • Vrijwel overal in de
• Bescherming van kwetsbare gezinsleden tegen de wereld is het taboe
minder nobele bedoelingen van hun oudere.
• Bedreiging voor het psychosociaal welzijn van
potentiële nakomelingen
• Gevolgen voor de gezondheid van nakomelingen.
MORAALTHEORIËN:
2.1. Jeremy Bentham - Utilitarisme
- » nut
- kijken nr de gevolgen vd daad
- Jeremy Bentham:
o Hij bedacht een erg beroemde methode om normatieve wetenschap een
rationeel fundament te geven. Hij schonk, al op vroege leeftijd, zijn lichaam aan
de wetenschap.
o Hij verzette zich tegen irrationele morele emoties als leidraad voor het normatief
handelen. Volgens Bentham zijn handelingen goed als ze het geluk van
individuele mensen bevorderen.
- Utilitarisme: meet de morele waarde van een handeling af aan de bijdrage die deze
handeling levert aan het algemeen nut à morele calculus. Alleen kijken naar de
gevolgen, niet de intenties.
o Vgl: balans
o Dit idee werd wereldberoemd onder de noemer: ‘The greatest happiness of the
greatest number’:
§ Ga na wat het grootste geluk EN leed is. Maak een calculatie van wat een
bepaalde daad betekent. Als je twee daden hebt, moet je nagaan welk
het meeste nut oplevert
§ We moeten gaan kijken wat het oplevert. Maakt het mensen gelukkiger
moeten we daarvoor kiezen. Er is maar één principe ‘The greatest
happiness of the greatest number’.