Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting corporate communicatie + begrippenlijst () €5,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting corporate communicatie + begrippenlijst ()

 37 vues  2 fois vendu

Samenvatting van het vak corporate communicatie () waarin ook alle begrippen staan uitgelegd!

Aperçu 4 sur 35  pages

  • 26 décembre 2019
  • 35
  • 2018/2019
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (17)
avatar-seller
MartheVM
CORPORATE COMMUNICATIE




HOOFDSTUK 2


 corporate advertising (=a): adverteren door een bedrijf/organisatie waar het bedrijf zelf,
in plaats van zijn producten of diensten, worden benadrukt/gepromoot.
 Marketing public relations (=e): het gebruik van wat traditioneel gezien werd als public
relations tools in marketingprogramma’s. Dit houdt in: product publiciteit, sponsoring,
branded content

 Direct marketing (=b): directe communicatie via post, telefoon, online of email naar
consumenten en prospects, ook sales promoties (tactieken om consumenten te
engageren zoals kortingen, coupons, cadeaus, competities, vouchers, demonstraties en
bonus commisies.

 Corporate public relations (=d): public relations activiteiten tegenover corporate
stakeholders, exclusief consumenten en prospects in de markt. Dit houdt in: issue
management, community relations, investor relations, media relations, interne
communicatie en public affairs.
 Mass media advertising (=f): adverteren met als doel bekendheid vergroten, favour or
sales van een bedrijf zijn producten of diensten.

, Ivy Lee en PR: hij focust op eerlijkheid, begrip en compromis om te zorgen voor goede
relaties tussen organisaties en het publiek/
 Edward Bernays en PR: volgens hem is PR, “de poging, door informatie, overreding en
aanpassing, om publieke steun voor een activiteit, oorzaak, beweging of instelling te
ontwikkelen”
 Evolutie: the public be fooled  the public be damned  the public be manipulated 
the public be informed  the public be involved or accommodated
 3 dimensies die de verschillen tussen de verschillende definities van PR kunnen
verklaren  de 3 I’s : interest, initiative en Image
- Interest: organisatie vs maatschappij
- Initiative: reactief (reageren op bepaalde controverse) vs proactief (anticiperen op
bepaalde problemen)
- Image: perceptie (puur voor het imago) vs realiteit (echt iets verwezenlijken)
 Persuasion: proactief, manipulatie van de perceptie, focus op voordelen voor de
organisatie. Publiek overtuigen om te denken of zich te gedragen op een manier die
voordelig is voor de organisatie. Bv promotie, propaganda of lobbyen. Bv artikel over
geneesmiddel maakt reclame voor bedrijf.
 Advocay: eerder reactief, perceptie en realiteit, focus op voordelen voor organisatie.
Lijkt op persuasion, maar dan reactief. Vaak reactie op controverse. Vaak publiek
overtuigen om iets niet te doen of denken. Bv nieuwe voedingsdriehoek: vleesindustrie
was niet blij en bleef vlees promoten, vleesindustrie reageert op de controverse in de
maatschappij.
 Public information: reactief, realiteit, focus op voordelen voor organisatie en
maatschappij. “educator”  organisatie zal vooral educatief optreden. Bv NMBS
informeert het publiek over nieuwe dienstregeling, voordeel voor publiek maar ook
organisatie omdat hun producten gekender worden.
 Cause-related public relations: pro-actief, perceptie en realiteit, focus op voordelen voor
maatschappij. Lijkt op persuasion op vlak van intenties (publiek op bepaalde manier
doen denken/handelen), maar doel is het welzijn van de maatschappij en niet een
organisaite. Dient breder publiek belang, eerder dan specifieke belangengroep of
individu. Vaak lobbyen en publiciteit. Bv antirookcampagne, affiche van
verkeersinsstituut, campagne van het rode kruis.

, Image/reputation management: pro-actief, perceptie, focus op voordelen voor
organisatie. Vooral publiciteit. Bv videoreclame van coca cola: ze doen dit ieder jaar met
kerstmis en dit is puur gericht om een bepaald imago op te brengen.
 Relationship management: pro-actief, realiteit, focus op voordelen voor de organisatie
en maatschappij. Focus op identificeren van gemeenschappelijke belangen tussen
organisatie en maatschappij, compromissen en win-win situaties. Bv body-shop.
  slechts 1 interpretatie kan dienen als definitie en als paradigma voor het domein van
PR  relationship management. Op basis hiervan stelt de auteur een definitie voor van
PR: “het managen van strategische relaties”.


HOOFDSTUK 3
 Het nieuwe medialandschap: nieuwe media, web 2.0, sociale media: facebook,
wikipedaio, youtube,.. verschillende soorten media: owned, paid en earned
- Owned media: website, branded content, blog, sociale media,… voordelen: controle,
goedkoop, mogelijkheid om stakeholders te engageren. Nadelen: geen garantie op
engagement, mogelijk scepticisme tegenover media die organisatie zelf in handen
heeft.
- Paid media: online advertenties, banners, gesponsorde links, betaalde influencers,…
voordelen: controle, rechtstreekse link met koopgedrag. Nadelen:
geloofwaardigheid, respons niet altijd even hoog, beschouw als ‘clutter’.
- Earned media: word-of-mouth, online buzz, virale content,… voordelen:
geloofwaardigheid, authentiek. Nadelen: geen controle, kan ook negatief zijn,
effecten moeilijk te meten.
 2 belangrijkste gevolgen nieuwe media landschap: geen gatekeeping meer nodig,
iedereen wordt communicator.
 Mogelijkheden: geen gatekeepers meer nodig om je boodschap te verspreiden, snel en
goedkoop, groot bereik, makkelijker om in interactie te gaan met het publiek,
mogelijkheid tot conversational human voice (je kan op een heel menselijke manier gaan
communiceren met je SH’ers), + WOM, ambassadeurs.
 Uitdagingen: iedereen kan nieuws verspreiden, moeilijker om corporate communicatie
te controleren, communicatie onoverzichtelijker, communicatie onvoorspelbaarder,
negatie WOM kan zich snel verspreiden.

, HOOFDSTUK 4:
 Input-output model: er zijn 4 stakeholders (investors, suppliers, employees en
customers): investors, suppliers en employees oefenen een invloed uit (one way) op de
organisatie en die oefent dan een invloed uit op de consumenten (ook one way) (oude
model dat vroeger gebruikt werd)
 Stake-holder model: nieuwe model dat tegenwoordig gebruikt wordt. Er worden meer
stakeholders in kaart genomen (overheid, investeerders, politieke groepen,
consumenten, communities, werknemers, trade associations, suppliers) het zijn niet
enkel meer de groepen die voor economisch belang zijn. Er is hier ook sprake van een
two-way commmunicatie (pijlen in 2 richtingen), men gaat ervan uit dat SH’ers een
bepaalde invloed kunnen leveren aan een organisatie maar omgekeerd ook. Er is
constant interactie.
 Stakeholder: elke groep of individu dat een invloed kan hebben of beïnvloed kan worden
door de prestatie van het doel van de organisatie of de doelstellingen van de organisatie.
 Stake: een belang of aandeel in een onderneming, dat kan variëren van eenvoudigweg
een belang in een onderneming aan het ene uiterste tot een juridische claim van
eigendom op het andere uiterste.
 Soorten stakes:
- Equity stakes: een bepaald aandeel hebben in een bepaalde organisatie. Bv
aandeelhouders, bestuurders
- Economic or market stakes: je hebt een bepaald economisch belang bij een
organisatie (die hebben geen aandelen in het bedrijf). Bv werknemers, klanten,
toeleveranciers, concurrenten
- Influencer stakes: hebben geen aandelen in het bedrijf, ook geen economisch
belang, maar je bent een stakeholder omdat je op een bepaalde manier beïnvloed
wordt, of zelf het bedrijf beïnvloedt. Bv consumentenorganisaties,
milieugroeperingen, handelsorganisaties, overheidsinstellingen
 Stakeholdergroepn  CLARKSON
- Primaire stakeholdergroepen: noodzakelijk voor het voortbestaan van een
organisatie. Bv klanten, werknemers

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur MartheVM. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

64438 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€5,49  2x  vendu
  • (0)
  Ajouter