Dit is een samenvatting van de hoorcolleges van Veiligheidsbeleid Deze samenvatting hoeft niet gecombineerd te worden met ander studiemateriaal, dit leren is voldoende.
VEILIGHEIDSBELEID EN DE STUDIE VAN
BELEID
1. WAT IS HET VEILIGHEIDSBELEID?
- Veiligheid = containerbegrip gebruiker moet zelf een betekenis aan het begrip geven
- Beheersen van risico’s = steeds centraler in onze samenleving
o Het is onmogelijk om 1 actor verantwoordelijk te stellen voor het realiseren van de veiligheid
o Veiligheidsplannen opmaken
Zowel bestuurlijke als gerechtelijke overheid en politie op federaal en lokaal niveau
Beleidsdoelstellingen in beleidsplannen opnemen
o Samenwerking tussen verschillende partners is noodzakelijk bij waarborgen van veiligheid
Bestuurlijke, justitiële en politionele overheden
Maatschappelijke organisatie en bedrijven
o Alle aspecten van de veiligheidsketen moeten worden in het geding gebracht
Proactie
Preventie
Preparatie
Repressie
Nazorg
o Integraliteitsdenken naar lokaal niveau doortrekken
- Veiligheidszorg = gedeelde verantwoordelijkheid geworden van publieke partners publiek&privaat
o Vroeger: Politie = regierol nu: kerntakendebat & identiteitscrisis
o Nu: regierol moet volgens velen door burgemeester of gemeentebestuur opgenomen worden
Niet wettelijk verplicht
Wordt soms toch doorgeschoven aan
o Relatief nieuw sturingsconcept = governance
o Nieuwe verdeling van verantwoordelijkheden veel samenwerkingsverbanden, netwerken,
partnerships,
2. WAT IS BELEID
- Overheidsbeleid:
o Alles wat de overheid dot
o Zowel activiteiten als de effecten en resultaten ervan
o Zit vervat in plannen
- Beleid: iets wel of niet doen
o Klemtoon op overheid nu gerelativeerd overheid beslist vandaag niet alles alleen
o Resultaat van wat een set of actoren doet
Doelgericht handelen doelen kunnen ook achteraf worden gedefinieerd
Subjectief
Onderscheiden van de beslissing
Samenwerking tussen actoren
Overheidsbeleid = sleutelrol overheid GEEN exclusieve rol
Uitkomsten die voorzien en niet voorzien zijn
o Kernelementen:
Autoriteit: beslissing moet aanvaard worden
Orde: doelen en middelen moeten samenhangend zijn
Expertise is nodig (kennis)
- Beleid politiek administratie
oBeleid = concretiseren van de doelstellingen
oPolitiek = uiteenzetten van de grote krijtlijnen
oAdministratie = uitvoering beleid
Nu: ambtenaren doen ook aan politiek geven raad aan politici geen duidelijk
onderscheid
- Management: efficiëntie en effectiviteit van het behalen van objectieven/doelen
o Managers krijgen meer macht onderscheid vervaag
3. BELEID IN ZIJN BREDE CONTEXT BESTUDEREN
Systeembenadering van Easton (1965):
1. Open systeem, verbonden met de omgevingskenmerken die voortdurend inwerken
2. Input – throughput – output – feedback
3. Black box van Easton = organisatie en processen in en van het openbaar bestuur (publieke sector)
- input : eisen en steun van de omgeving
- verwachtingen van burgers bv via verkiezingen laten
kennen
- politiek systeem zet deze verwachtingen om in acties
en beslissingen output
- deze output werk in op omgeving outcome
geproduceerd
- outcome kan via feedback nieuwe input geven
PUBLIEKE VERSUS PRIVATE
ORGANISATIES
1. PUBLIEKE EN PRIVATE INVLOEDSFEREN
- Grens tussen beide is vaak dun grijze zone
- Mengvormen
- Impact op elkaar
1.1 PUBLIEK EN PRIVAAT DOMEIN
- Publiek domein = deel van grondgebied waar publiek vrij kan rondlopen, maar waar ook een
collectieve verantwoordelijkheid is om het domein te onderhouden
- Privaat = vb: gezinswoning
- Psychologisch aspect privacydebat
- Diverse mengvormen
o Vb: private ondernemer mag klanten weigeren in een bank, disco maar mag niet
discrimineren
- Hebben impact op elkaar
- Grenzen verschuiven in tijd en plaats
DE 4 SFEREN
MARKT OF OVERHEID
Staat is nodig om markt te maken/functioneren
coöperatieven
Van der Steen, 2013: 7
7
1.2 PUBLIEKE EN PRIVATE GOEDEREN
- Klassiek liberaal-economisch onderscheid tss markt en overheid
- Rol aan de overheid toegekend wnr de markt niet in de productie van goederen en diensten kan
voorzien marktfalen door 2 redenen:
1. Omdat marktwerking niet mogelijk is voor bepaalde diensten en goederen
o Typologie: 2 kenmerken: uitsluiting en consumptie
Uitsluiting = potentiële gebruikers kunnen uitgesloten worden van het gebruik van
goederen of diensten tenzij ze voldoen aan de voorwaarden van de potentiële
aanbieders
Consumptie = sommige goederen kunnen gemeenschappelijk en tegelijkertijd
geconsumeerd worden door vele consumenten zonder verlies in kwaliteit en
kwantiteit
o Steeds sprake van meer of minder, niet van pure vormen van uitsluiting en consumptie
Grote mate van uitsluiting Particuliere goederen Tolgoederen
(kleding, brood, auto’s, schoenen…) (bibliotheken, zwembaden, tolwegen…)
Kleine mate van uitsluiting Gemeenschappelijke gebruiksgoederen Publieke goederen
(rivieren, energiebronnen, visbestand…) (luchtverontreiniging, straten, weersverwachting…)
1. Private goods:
Individuele consumptiegoederen, waarbij uitsluiting van anderen perfect mogelijk is (vb:
brood van bakker)
2. Toll Goods:
Gemeenschappelijke consumptiegoederen waarbij uitsluiting van anderen toch mogelijk
is (vb: liefkenshoektunnel)
3. Common pool Goods:
Individuele consumptiegoederen waarbij uitsluiting van anderen onmogelijk is (vb: vis in
zee)
4. Public Goods:
Gemeenschappelijke consumptiegoederen waarbij uitsluiting van anderen onmogelijk is
(vb: veiligheid)
o Soms onmogelijk om via de markt te werken omdat het publieke goederen betreft
2. Omdat marktwerking niet perfect is
o Positieve en negatieve bredere gevolgen voor maatschappij
Vb: onderwijs is individueel goed = goed effect op maatschappij
o Negatieve externaliteiten ontmoedigen
- Onderscheid markt en overheid genuanceerd
o Middenveld
Maatschappelijke handelingssfeer die niet overheid, niet markt en n iet de privésfeer
van gezinnen en individuen
Private non-profit sector
Geen expliciet winstmotief
Soorten:
Verenigingen: werken hoofdzakelijk met vrijwilligers en brengen mensen
samen in hun vrije tijd (doel = privaat)
Non-profit-organisaties: publieke diensten voor overheid (doel = algemeen
belang)
Organisaties die belangen verdedigen: traditionele belangenverenigingen
(doel = preferenties en eisen aan overheid doorgeven en beleid
beïnvloeden
1.3 PUBLIEKE EN PRIVATE ORGANISATIES
1.3.1 MEERDIMENSIONALE MODELLEN
- Niet eenduidig publiek of privaat
- Publiek = publiek recht rechtsbescherming burgers tegen overheid
- Privaat = vennootschapswetgeving of vzw-wetgeving
MONTFORT
Onderscheid van diverse dimensies
2 2019-2020
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur AlexiaL. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €8,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.