Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
samenvatting filosofische reflectie op de biomedische wetenschappen: KUL €7,16   Ajouter au panier

Resume

samenvatting filosofische reflectie op de biomedische wetenschappen: KUL

 5 vues  0 fois vendu

Volledige samenvatting v filosofische reflectie op de biomedische wetenschappen gegeven door De Block Andreas in biomedische wetenschappen 2 semester 2 op de KUL. inhoud = boek + powerpoint + notities

Aperçu 4 sur 45  pages

  • Oui
  • 29 septembre 2024
  • 45
  • 2023/2024
  • Resume
book image

Titre de l’ouvrage:

Auteur(s):

  • Édition:
  • ISBN:
  • Édition:
Tous les documents sur ce sujet (36)
avatar-seller
ellaherroelen
FILOSOFIE

THEMA 1: WAT IS FILOSOFIE?

= filosofische vraag = op grond waarvan noemt men iets filosofisch?
 de voorwaarden geven waaraan iets moet beantwoorden om als correct filosofisch te worden beschouwd
voorwaarden moeten uitsluitend bij filosofie voorkomen


3 ASPECTEN:

ATTITUDE:
 Verwondering: Alfred North Whitehead
 Vertwijfeling: Schopenhauer, Kierkegard
o Vertwijfeling bij de meeste mensen op sommige momenten in het leven
o Gevoel hebben dat je niet wat je moet doen of waarom
 Kritisch denken: Descartes twijfel
o Het is mogelijk dat onze zintuigen ons vaker bedriegen dan gedacht
o Zintuigen onbetrouwbaar = kennis onbetrouwbaar?
o Erg kenmerkend voor filosofie maar ook erbuiten
 Bv. wetenschappers

 al deze 3 attituden komen voor in filosofie maar ook buiten de filosofie = niet definitie v filosofie




METHODEN:
Zijn er methoden die enkel gebruikt worden door filosofen en niet door wetenschappers? Of andersom?

 Veel # methoden die gebruikt worden door filosofen, MAAR geen enkele uniek voor filosofie
 Methoden die wel uniek zijn worden niet gebruikt door alle filosofen



# methoden:

Intuitie:

 17de + 18de eeuwse filosofie: kennis die op onmiddelijke manier verkregen wordt
Descartes : heldere + welonderscheiden ideeen (vanzelfsprekend)
 je pense donc je suis
 20ste eeuwse filosofie : nieuwe + negatieve betekenis
= spontane overtuigingen die we in eigen geest vinden als we over onderw denken
= het gezond verstand= moeilijk te veranderen of op te geven

Conceptuele analyse:

 Ontrafelen + verbeteren v concepten die we in dagelijks leven achteloos gebruiken
 Belangrijke begrippen die we gebruiken ontleden in meer eenvoudige begrippen
o Waar spreken we precies over als we het hebben over liefde, tijd, geluk,..?

,Gedachte-experimenten:

 = instrumentele verbeelding, gebruikt om nieuwe info over thema te krijgen zonder gebruik v nieuwe
empirische data
 Verhelderen problemen door visualisatie + leveren gegevens voor of tegen bepaalde theorie
 Geen financiele + technische + morele problemen
 Bv. brain in a vat
o Inbeelden dat hersenen zich op andere planeet bevinden
o Hier geeft wetenschapper sign aan het brein
o Zo krijgt men bv de indruk dat men in klaslokaal zit op aarde
o Hersenen in het vat beschikken niet over manier om na te gaan als dit klopt of niet

 dit zijn allemaal ook geen unieke methodes + niet enkel filosofisch!




DOMEIN:
= onbeantwoordbare vraag + fundamentele problemen

 Bv. Bestaat God? Wat is een ziekte?
 MAAR ook niet-beantwoordbare vragen + fundamentele probelemen in andere disciplines



4 DEELDOMEINEN:
4 beelddomeinen in de filosofie = metafysica + logica + epistemologie + moraalfilosofie

Metafysica :

 = studie v wat bestaat + vd aard v wat is
 Bv. Bestaat vrije wil? Bestaan getallen? Hoe komt het dat die bestaan?


Logica:

 = studie v geldigheid v redeneringen + argumenten
 Voorbeelden v niet geldige redeneringen:
o Post hoc, ergo propter hoc = het wordt donker omdat ik gewerkt heb
o Affirming the consequent = omdat Q volgt op P wilt het niet zeggen dat P volgt op Q
 Als het regent is het gras nat, maar als het gras nat is wilt het niet zeggen dat het
geregend heeft


Epistemologie = kennisleer:

 =studie v aard + mogelijkheid v kennis
 Wat is kennis? Hoe weet men wat men denkt? Wat knn we weten? ….
 Bv. brain in a vat : in welke mate is het gerechtvaardigd te geloven wat men denkt?

,Moraalfilosofie = ethiek:

 = studie v principes die betrekking hebben op goed en kwaad
 Wat betekent het om goede te doen of een goed persoon te zijn? Wat is een goed leven?
 Bv. trolley problemen
o Wagon die 4 mensen gaat overrijden of je wisselt spoor naar 1 persoon
o Kiezen? # situaties: oud-jong / familie-vriend-vreemde / ….
o Welke keuze is goed en welke niet? Mag je hendel bedienen? Schuldgevoel?



Wetenschapsfilosofie combineert deze 4 elementen

 Politieke filosofie  ethiek
 Wetenschapsfilosofie  toegepaste vorm v epistemologie, maar soms ook etisch of metafysisch
o Indelen in 2 beeldomeinen:
 Algemene wetenschapsfilosofie : fundamentele filos kwesties
 Toegepaste wetenschapfilosofie : vragen betrekking op specifieke wetensch



WESTERSE FILOSOFIE:
Filosofie : grillige geschiedenis

= geschiedenis ve discipline dat cst werd uitgedaagd door andere vormen v kennis (mythologie, theologie, wet)
= wat is op dat moment het veld waartegen filosofie zich moest positioneren?

Voorgangers: Hesiodos: mytohologische manier (antieke oudheid)

 Verklaring mbv goddelijke gebeurtenissen die mens omwille v beperkte vermogens aanvaarden maar
niet begrijpen
 Natuurfilosofen verwerpen dit: wereld = natuurlijke ordening die vanuit zichtzelf moet worden
begrepen


Westerse filosofie ontstaan in Oude Griekenland (6 de eeuw V.C.)

 Brede maatschappelijke revolutie in toemalig zuid-Europa
 Vorming v stadstaten met elk eigen rechtspraak + bestuur
o Wetten voor iedereen gelijk + toegankelijk = resultaat v publieke debat
 Wetten v goddelijke oorsprong ontdaan + ter discussie gesteld
 1ste filosofen = Thales, Anaximander + Anaximenes
o Natuurfilosofen: interesse in dat wat de kosmos doet draaien
o 1ste naturalisten: kosmos wilden begrijpen vanuit eigen natuur + eigen principes


Middeleeuwen: religie

 Christendom werd toegelaten in Romeinse Rijk
 Band tss filosofie + geloof en uitklaren v allerlei begrippen, argumenten, theories die samenhingen
met christelijke geloofsleer

, Moderne tijd: wetenschap

 Creatieve periode: nieuwe ideeen in fysica, astronomie, biologie maakten komaf met de oude dogma’s
uit antieke oudheid + middeleuwen
 Descartes + Newton: zowel aan wetenschap als aan filosofie
o Eeuwenoude filosofische problemen op te lossen mbv revolution wetens method
o Resultaten riepen ook nieuwe filosofische problemen in het leven



BESLUIT:
Filosofie heeft sinds het ontstaan zich meerdere keren moeten heruitvinden:

 Zoektocht tot op heden heeft weinig opgeleverd
 Geen noodzakelijke + voldoende voorwaarden  eerder prototypes + randgevallen
o Attidues + methoden + deeldomeinen
 Historische verklaring = variatie = telkens ander domein waartegen die zich moest positioneren

 wat is filosofie = onbeantwoorde vraag : netzoals nog vele vragen in de filosofie




LES 2: MECHANISERING + DOELGERICHTHEID


MECHANISERING VH WERELDBEELD:

IN OUDHEID + MIDDELEEUWEN: VANUIT DOELOORZAKEN
= oorzaak die in toekomst ligt, alle artefacten (voorwerpen door mens ontworpen) hebben deze

 Artefacten vervullen bepaald doel + dat doel is tegelijk de oorzaak v hun bestaan
 Bv. een horloge dient om de tijd aan te geven
o Het doel vh horloge is ook de oorzaak vh creatieve proces vooraf aan eindresultaat
o Ontwerp: elk ontwerp verwijst naar ontwerper die artefact heeft gemaakt


Stapje verder: levenloze + levende natuur verklaren mbv doeloorzaken

 Ook natuurlijke voorwerpen + organis zijn vervuld v doel dat hierin vervat ligt + kenm verklaart
 Aristoteles: voorwerpen streven naar hun essentie te realiseren
o Ze willen tot rust kome op hun natuurlijke plaats
o Natuur of aard werkt als doeloorzaak : elke entiteit + elk organ ernaar streeft om zijn natuur
of vorm te volmaken
o Ook organismen worden op allerlei manieren bezield om te verklaren wrm ze iets doen
 Ziel = staat in voor basale levensfuncties
 Appettieve ziel = motor v seksuele activ
 Rationele ziel = uniek voor de mens = denkactiviteiten aansturen
 Het hele universum op 1 of andere manier bezield en deze houd het in beweging

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur ellaherroelen. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,16. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

71184 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€7,16
  • (0)
  Ajouter