Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Fysiologie samenvatting: Het hormoonstelsel, HF1 €3,49   Ajouter au panier

Resume

Fysiologie samenvatting: Het hormoonstelsel, HF1

 32 vues  0 fois vendu
  • Cours
  • Établissement

Deze fysiologie samenvatting uit leerjaar 2 bevat alle informatie uit de lessen powerpoints het boek over het onderwerp 'het hormoonstelsel'.

Aperçu 2 sur 13  pages

  • 30 décembre 2019
  • 13
  • 2019/2020
  • Resume
avatar-seller
Fysiologie hoorcollege 4

Substantia compacta en spongiosa = levend weefsel -> continue werd afgebroken en weer werd
opgebouwd -> door osteoclasten en osteoblasten.

Osteocyten zijn de botcellen, alle botcellen samen vormen de osteonen (stuk van het bot).

De spier zit met een pees vast aan een bot. De pees
zorgt voor de krachtoverdracht tussen spier en bot.
Spier – spierbundel – spiervezels – myofibrillen –
actine & myosine filamenten (die gaan kruisbruggen vormen
tussen de myosine koppen en de actine filamenten -> spiercontratie).

Spiercontractie:
Het signaal komt aan, vervolgens komt acetylchlonine vrij (neurotransmitter),
de natriumkanalen gingen open -> hierdoor kon het signaal doorgeven worden naar de T-tubulus.
Kanaal ging open waardoor er in het sacroplasmic reticulum Ca2+ vrijkwam. Calcium bond aan de
troponine (zat op het actinefilament), het actinefilament draaide -> waardoor er een plek ontstaat
waar de myosine kop kon binden -> contractie (filamenten in elkaar).

Regelsystemen zorgen voor:

 Homeostase handhaven;
Evenwicht in energie afbraak/opbouw, molecuul opbouw/afbraak ->
zodat we altijd kunnen herstellen/groeien.
 Vegetatieve functies beïnvloeden.
Hartslag, opname voedsel.



Om dit te kunnen doen hebben we twee regelsystemen nodig om dit mogelijk te maken, namelijk het
zenuwstelsel en het hormoonstelsel. We kunnen op basis van zenuwen aansturen -> bepaalde
reacties opwekken.




Het zenuwstelsel geeft veel sneller een signaal door -> zenuwcel ging met de knopen van Ranvier ->
signaal kon heel snel overspringen.
Het hormoon moet via het bloed doorgegeven worden naar de organen of klieren.

Een zenuwimpuls komt aan, heeft effect en is weer weg. Een zenuw eindigt bij een synaps ->
inhibeert en dan is het effect ook weg.
Hormonen zijn traag maar blijven een tijdje in het bloed rond circuleren -> hormoon is een eiwit of
een vet in het bloed dat afgebroken moet worden.

, Hormonen:

 2 verschillende soorten namelijk: steroïdhormoon en peptide hormonen;
 Regelstoffen die in zeer kleine hoeveelheden noodzakelijk zijn voor lichaamsprocessen;
 Hormoon kan maar door een bepaald aantal organen geproduceerd worden -> alleen
endocriene klieren (pancreas).
 Product van een endocriene klier/cel;
 Werkzaam in een ander gedeelte van het lichaam: Doelwitcellen (enkele cellen die reageren
op het hormoon), doelwitorganen (het ene hormoon kan op het hele orgaan zijn invloed kan
uitoefenen/meten);
 ADH invloed op nieren: waterresorptie;
 EPO = aanmaak van rode bloedcellen.

In de pancreas wordt insuline en glucagon afgegeven -> Eilandjes van Langerhans. Ook wordt er
pancreassap geproduceerd en dat heeft een directe bufferende functie op het eten dat vanuit de
maag naar de 12-vingerige darm kwam.

VB: van doelwitcellen zijn: insuline werkt op specifieke cellen.
VB: van doelwitorganen: ADH heeft invloed op het hele orgaan namelijk de nieren.

Steroïdhormoonen peptide hormoon:
Deze twee hormonen verschillen in werking -> toelaatbaarheid membraan -> afhankelijk of een
hormoon wel of niet het membraan in kan, heeft hij een bepaald effect.

Een vetachtige stof kan door het membraan heen. Een eiwit daarentegen kan niet zomaar door het
membraan aangezien hij een bepaalde lading heeft.

Steroïd= vetachtig -> kan wel door het membraan heen.
Peptide = eiwit -> kunnen niet door het membraan.

Steroïden en peptide hormonen:

Steroïd:
 Vetachtig (geslachtshormonen, bijnierschorshormonen);
 Hormoonreceptorcomplex;
 DNA -> aanmaak enzymen.
Vaak werken deze steroïdhormonen in op het DNA -> ze kunnen door het membraan direct
naar de genen, waar ze een bepaald eiwit kunnen maken.

Peptide:
 Eiwitten (insuline, groeihormonen);
 Gaan op een receptor zitten op de wand van de membraan -> hierdoor verandert de
permeabiliteit van de wand.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur romyvanderzanden. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

83750 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€3,49
  • (0)
  Ajouter