samenvatting van het vak politiek en actualiteit, gegeven door Eric op Arteveldehogeschool Gent.
volledig boek samengevat met de te kennen leerstof van examens
(hoofdstuk 8, 9, 10, 11, 16, 17, 18 en 19)
1926: Leopold III trouwt met Zweedse prinses Astrid
23 februari 1934: Leopold III legt grondwettelijke eed af als koning, hij had toen
positief imago.
1936: Leopold III kon regering overtuigen van neutrale buitenlandse politiek, los van
Frankrijk. (Vlamingen vonden dit goed, Walen namen hem dit kwalijk)
De Tweede Wereldoorlog en de aanleiding van de koningskwestie
10 mei 1940: Duitsers vielen België, Luxemburg en Nederland binnen.
17 mei 1940: Brussel in Duitse handen, daarna Antwerpen ook.
25 mei 1940: Dramatisch onderhoud tussen Leopold III en Belgische regering.
- Ministers wilden koning weg, zodat hij niet gevangen zou worden door
Duitsers. Regering wilde Fransen en Britten ook bijstaan.
- Koning weigerde verzoek, hij wou politiek voeren die leek op die van Albert I.
Door in het land te blijven, hoopte de koning dat Duitse leger zich vriendelijker
zou gedragen tegenover België.
- Koning hield zich ook aan Belgische neutraliteitspolitiek. Hij weigerde partij te
kiezen voor geallieerden of Duitsers.
25 mei 1940: 4 ministers trokken via Engeland naar Frankrijk. 10 andere ministers
waren er al.
- Regering nam dus publiekelijk afstand van koning.
- Regering was bang dat koning tegenregering zou vormen en
vredesonderhandeling met Duitsers zou aankopen.
- Koning gaf meer overwinningskansen aan Duitsers.
28 mei 1940: Koning gaf soldaten opdracht om vuur te staken, België gaf zich over
aan Duitsers.
- Twee dagen later hield eerste minister Pierlot een vernederende rede
tegenover de koning op de Franse radio. Minister verklaarde koning ‘in de
onmogelijkheid te regeren’.
- Minister had nu koninklijke macht vanuit Frankrijk.
- Minister zei dat koning met Hitler onderhandeld had, maar dit was niet zo.
- Belgische bevolking was verward.
- Duitsers begonnen Frankrijk in te palmen, ministers gingen dus naar Londen.
Intussen in het bezette land
Tot de zomer van 1940 ging het dagelijkse leven meestal zijn gewone gang.
Belangrijk:
, - België werd tot 1944 door de Duitse militaire overheid (Militärverwaltung)
bezet.
- Nederland werd niet alleen door Duitse militaire overheid bezet, ook door
burgerlijke overheid.
- Hitler had voor Nederland geen ander doel dan dat land bij Duitsland te
annexeren.
Leopold III en de aanwezigheidspolitiek van het minste kwaad
In begin van Duitse bezetting hield Hitler voortbestaan van België in het midden. Dit
door aanwezigheid Leopold III in het land. Leopold bleek bereid tot een onderhoud
met Hitler. Communicatie tussen Leopold en Hitler verliep via Mussolini.
Eerste maanden na bezetting hield koning aanwezigheidspolitiek. Met Vlaamse,
religieuze en politieke leiders besprak hij om na oorlog een autoritair koningsschap
aan een zwak parlementair stelsel te koppelen.
De Galopin-doctrine
Na Belgische capitulatie bleef elite gewoon op post. In die periode namen vooral
katholieke en socialistische politici de mandaten van schepen of burgemeester op.
Zo hoopte men vooroorlogse beleid te bestendigen en controle van Duitsers te
beperken.
- Toenmalig gouverneur van Société Général, Alexander Galopin ontvouwde
Galopin-doctrine in juli 1940. Dat deed hij in overleg met Belgische industriêle
en financiële wereld en met regering.
Galopin-doctrine bestond erin de industrie onder Belgische leiding draaiende te
houden om de voorraden voedsel te kunnen beveiligen en te beletten dat Belgische
arbeidskrachten naar Duitsland gedeporteerd werden.
Het ging hier om aanwezigheidspolitiek van het minste kwaad, wel voor
iedereen zichtbaar. De aanwezigheidspolitiek hield een stilzwijgend akkoord
met de Duitse bezetter in. Van hem werd gedoogbeleid ten aanzien van
Belgische instellingen en industrie verwacht. In ruil deden Belgische
verantwoordelijken geen actief verzet.
De Vlaamse collaboratie
Na inval was Militärverwaltung geïnteresseerd in bewaren van de rust en orde
Daarna voerden ze controle uit Daarna namen ze woningen, gronden en
goederen in beslag en beslisten ze over in- en uitvoer van voedsel Ze eisten
voedsel voor hun eigen troepen, daardoor kwam rantsoenering (=eerlijke verdeling
van beperkt beschikbaar voedsel aan de bevolking) in gedrang.
In 1941 was dus einde gekomen aan oorspronkelijke gedoogbeleid. Duitsers
schonden wetten van Belgische staat en pasten leer van nationaalsocialisme (=anti-
democratisch) toe Ze verboden vrije meningsuiting, onafhankelijke vakbonden en
klassieke partijen, media werd gecensureerd.
Vlaams-nationalistische partij VNV (onder leiding van Staf De Clercq) ging akkoord.
Ze hadden een collaboratie, ook al hadden Duitsers nooit toegezegd op
onafhankelijkheid van Vlaanderen. Walen zouden wel naar Frankrijk gedeporteerd
worden, zodat Vlamingen genoeg lebensraum krijgen.
Flamenpolitiek = Vlamingen bevoordelen ten opzichte van de Franse
bevolking.
, De greep naar de macht
Veel jongeren lieten zich leiden door propaganda en overredingskracht van
leiderfiguren om in collaboratie te stappen. Ze keken vol bewondering en geloofden
Vlaamse onafhankelijkheid te verwezelijken.
“De greep naar de macht” vormde belangrijkste aanleiding voor bereidheid tot
collaboratie. Vlamingen die voor oorlog geen rol van betekenis hadden, kregen nu
interessante functies.
De bestuurlijke en de culturerle collaboratie
Voor oorlog waren vijf secretarissen-generaal. In 1940 en 1941 werden twee
secretarissen-generaal ingewisseld door VNV’ers Gerard Romsée en Victor
Leemans
De bestuurlijke collaboratie = tegen eind 1941 was in de meeste Belgische steden
80% van vooroorloogse personeel door collaborateurs vervangen.
De culturele collaboratie = behoefte aan ontspanning en cultuurbeleving nam toe.
Eerst was culturele collaboratie er om gerichte propaganda te verspreiden, maar
later werd Koninklijke Nederlandse Schouwburg in Gent opgericht waar
Nederlandstalig, maar later ook Duits toneel werd opgevoerd.
De politionele en criminele collaboratie
Collaborateurs werden door Belgische bevolking gezien als landveraders en
‘zwarten’ (=ze droegen zwart kostuum).
Het heette politionele en criminele collaboratie, omdat ze misdrijven en wanbedrijven
begingen tegen de veiligheid van de staat en medeburgers aanhielden, verhoorden
en folterden.
SS (=Schutzstaffel) = concurrentie van VNV, paramilitaire organisatie geleid door
Heinrich Himmler
Criminele collaboratie, omdat manschappen van SS-Vlaanderen en De Vlag
duizenden tegenstanders van het naziregime oppakten, martelden en doodden en
om hele families onschuldige Joden naar concentratiekampen af te voeren.
Het verdronken schip
In 1943 ondernam VNV-leider Hendrik Elias (opvolger van Staf De Clercq) poging
om collaboratie af te remmen. Hij merkte dat er geen Vlaamse onafhankelijkheid zou
zijn. Ze lieten zich samen met SS en De Vlag gijzelen.
In 1944 plaatste Hitler België onder Zivilverwaltung. Hij wilde land annexeren en gaf
geen zelfstandigheid aan Vlaanderen.
Naar het Oostfront
In 1941 vroegen Duitsers het VNV om soldaten naar Oostfront te sturen. Ze startten
wervingscampagne en uiteindelijk gingen Vlaamse jongeren die zich aangesproken
voelden.
In 1939 haalden socialsiten en communisten samen 27% van stemmen in
Vlaanderen, katholieken zagen communisme opdoemen.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur artcom79. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.