week 4 | vingerprik en HB bepalen
Bekijk een filmpje op YouTube vingerprik HB bepalen met behulp
van de Hemocue.
Opdracht 1,Vingerprik:
(gebruik hiervoor je MTH boek en het protocol HB controle, hier staat ook de vingerprik in
verwerkt), Vingerprik:
1. Wanneer je een vingerprik gaat afnemen welke benodigdheden heb je op je tafel staan?
Hemocue, microcuvette, lancet, deppers, disposable handschoenen, pleister, afvalbakje,
naaldencontainers alcohol 70%.
2. Moet degene die bloed afneemt handschoenen aan? Leg dit uit.
Ja, je draagt niet-steriele handschoenen want je komt in aanraking met bloed.
3. Is een vingerprik een voorbehouden of niet voorbehouden handeling? Leg dit ook uit.
Nee, iedereen kan het doen, het is niet risicovol e je hebt geen toestemming van de arts nodig.
Bv. diabetes patiënten prikken ook om hun suiker te checken.
4. Heb je voorkeur voor een bepaalde vinger aan een hand? Leg dit uit.
Middel- en ringvinger (en pink) van de niet dominante hand.
5. Op welke plaats in de vinger plaats je de prik, verklaar je antwoord.
Aan de zijkant, want dat doet minder pijn.
6. Waarom zou je de eerste druppel wel of niet moeten wegvegen?
Je veegt de eerste 3 druppels weg voor en betrouwbaarder resultaat. In de eerste druppel zit
weefsel vocht.
7. Wat doe je met de gebruikte naald, direct na het prikken?
In de naaldcontainer zetten.
8. Doet een vingerprik pijn? Wat vertel je aan de patiënt?
Het kan een beetje onwennig voelen maar het gaat snel weg.
week 4 | vingerprik en HB bepalen 1
Bekijk een filmpje op YouTube vingerprik HB bepalen met behulp
van de Hemocue.
Opdracht 1,Vingerprik:
(gebruik hiervoor je MTH boek en het protocol HB controle, hier staat ook de vingerprik in
verwerkt), Vingerprik:
1. Wanneer je een vingerprik gaat afnemen welke benodigdheden heb je op je tafel staan?
Hemocue, microcuvette, lancet, deppers, disposable handschoenen, pleister, afvalbakje,
naaldencontainers alcohol 70%.
2. Moet degene die bloed afneemt handschoenen aan? Leg dit uit.
Ja, je draagt niet-steriele handschoenen want je komt in aanraking met bloed.
3. Is een vingerprik een voorbehouden of niet voorbehouden handeling? Leg dit ook uit.
Nee, iedereen kan het doen, het is niet risicovol e je hebt geen toestemming van de arts nodig.
Bv. diabetes patiënten prikken ook om hun suiker te checken.
4. Heb je voorkeur voor een bepaalde vinger aan een hand? Leg dit uit.
Middel- en ringvinger (en pink) van de niet dominante hand.
5. Op welke plaats in de vinger plaats je de prik, verklaar je antwoord.
Aan de zijkant, want dat doet minder pijn.
6. Waarom zou je de eerste druppel wel of niet moeten wegvegen?
Je veegt de eerste 3 druppels weg voor en betrouwbaarder resultaat. In de eerste druppel zit
weefsel vocht.
7. Wat doe je met de gebruikte naald, direct na het prikken?
In de naaldcontainer zetten.
8. Doet een vingerprik pijn? Wat vertel je aan de patiënt?
Het kan een beetje onwennig voelen maar het gaat snel weg.
week 4 | vingerprik en HB bepalen 1