Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Ethiek en deontologie van het pedagogisch handelen (lessen) EN samenvatting BOEK!! €3,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Ethiek en deontologie van het pedagogisch handelen (lessen) EN samenvatting BOEK!!

3 revues
 218 vues  18 fois vendu

Dit is een uitgebreide samenvatting van de lessen (90pagina's) en daarna een overzicht/ korte samenvatting van het BOEK!! . Super handig voor snel zaken terug te vinden tijdens het examen!!!

Aperçu 10 sur 110  pages

  • 5 janvier 2020
  • 110
  • 2019/2020
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (3)

3  revues

review-writer-avatar

Par: nathalie_feyaerts • 1 année de cela

review-writer-avatar

Par: febedejonge • 3 année de cela

review-writer-avatar

Par: be98 • 4 année de cela

Traduit par Google

Super summary and handy summary of the book (openbook exam)!!!

reply-writer-avatar

Par: pastalover • 4 année de cela

Traduit par Google

Thank you for your review!! If you have any questions, you can always send a message. Good luck with it!

avatar-seller
pastalover
Inhoudsopgave
Les 1: De basisbeginselen ................................................................................................................................. 1

les 2: Ethische theorieën .................................................................................................................................. 7

Les 3: beroepsethiek in onderwijs en hulpverlening ....................................................................................... 17

les 4: privacy en bescherming van de persoonlijke levenssfeer ...................................................................... 30

Les 5: Straathoekwerk: een professie met een deontologie .......................................................................... 39

Les 6: kinderrechten ....................................................................................................................................... 44

les 7: ethiek en wetenschappelijk onderzoek ................................................................................................. 51

les 8: Vrijheidsberoving en dwang .................................................................................................................. 60

Les 9: Zitemzo: beroepsgeheim ...................................................................................................................... 61

les 10: het beroepsgeheim in de praktijk en schuldig verzuim ........................................................................ 68

les 11: Radicalisering en de invloed op het beroepsgeheim …………………………………………………………………………76

, Ethiek en deontologie
LES 1: DE BASISBEGINSELEN
1. Ethiek:
Moraal ≠ ethiek
 Ethiek: de theorie van de moraal; de wetenschappelijke discipline die de moraal
bestudeert
 Moraal: morele vragen over goed en kwaad, hoe we moeten leven, ons gedragen,
wat is waardevol?
o In persoonlijk leven + beroep: studiekeuze, aankopen, …elke dag vlees eten
o Gaat over waarden en normen; niet neutraal
o Relatief en veranderlijk
o Waarden: (relatief en veranderlijk, niet absoluut → positie kan veranderen)
▪ Wat mensen waardevol vinden, waarnaar ze streven
▪ Levensvisie, idealen over hoe het leven moet zijn (bv. vrijheid,
gelijkheid, solidariteit, betrouwbaarheid)
o Vb. de peagogische tik: vroeger dacht men daar helemaal anders over dan nu
 Waarde:
o Wat mensen waardevol vinden, waarnaar ze streven omdat we denken dat
het iets goed is
o Idealen over hoe het leven moet zijn: vrijheid, gelijkheid, solidariteit.
o Abstract + op verschillende niveaus:
▪ micro- (individu), meso- (organisatie), macro- (samenleving)
▪ wanneer interveniëren in conflictsituaties, wanneer behandeling
starten?,…
 Normen
o Handelingsvoorschriften, concreet, laten je zien hoe je moet handelen
o Een norm is een verdere concretisering van de waarde → geeft vorm aan het
handelen ten aanzien van de waarde
o Dezelfde waarde kan zich vertalen in verschillende normen:
▪ Bv. solidariteit: “dagelijks bij ouders op bezoek” of “zorgen voor
deskundige hulp” → 1 waarde kan zich vertalen in meerdere normen
o Bij conflicten over normen: achterliggende waarden onderzoeken:
▪ Bv. te laat komen op school/in de leefgroep → te weinig respect voor
de leerkracht? Respect is een waarde die zich vertaald in de norm “op
tijd komen”
o Normen evolueren doorheen de tijd + cultureel bepaald
o ≠ soorten normen
▪ Morele normen (bv. geen vlees eten)
▪ Fatsoennormen (ongeschreven regels, bv. smsen tijdens de les, kledij,
op tijd komen)


1

, ▪ Juridische normen (bv. Inzage- of hoorrecht)
 soms moreel juist, maar onwettelijk (bv. winteropvang van
uitgeprocedeerde asielzoekers; kraakpanden)
o Waarde ≠ norm
▪ “je laat niemand in de steek, ook geen illegaal”
▪ solidariteit vs. “je laat niemand in de steek, ook geen illegaal”
 Deugd:

o = een goede persoonseigenschap (eerder dan een eenmalige keuze) die
bepaalt hoe iemand zal handelen (respectvol, zorgzaam, …) (bv. moed,
respect, …)

o Houden verband met waarden, maar zijn gekoppeld aan een persoon +
verinnerlijkte waarden

 Verschillende vormen van Ethiek
o Wetenschap die zich buigt over morele vragen
▪ Descriptieve ethiek:
 feitelijke moraal in een samenleving
 beschrijven hoe mensen zich gedragen in morele kwesties +
argumenten (bv. euthanasie, doodstraf)
▪ Normatieve ethiek:
 reflectie over juistheid van morele opvattingen (waarden);
 hoe moreel juist handelen (cf. ethische theorieën)
▪ Prescriptieve ethiek:
 voorschrijven van morele regels, bv. voor een bepaalde
(beroeps)groep (beroepsethiek)
 ideaaltypische beschrijving
▪ Meta-ethiek:
 morele vragen van hoog abstractieniveau (bv. bestaat een
universele ethiek, is moraal cultureel bepaald, zijn mensen vrij
in hun handelen, …?)
 vragen
o Wat vind jij als (ortho)pedagoge (in spe) 3 belangrijke waarden? Respect
hebben voor je medemens, eerlijkheid, onvoorwaardelijkheid, zelfbepaling,
oprechtheid
o Collega’s/leerlingen/cliënten hanteren soms andere waarden dan jij. Waar
kan jij niet tegen? Onbetrokkenheid, afhankelijkheid,
o Welke deugd weet jij het meest te appreciëren bij anderen? Moed en durf,
geduld, doorzettingsvermogen, behulpzaamheid
2. Deontologie
2.1. Wat is deontologie?


2

, Twee strekkingen
1. Plichtenleer/plichtenethiek (schrijft wat je vooral niet mag doen, waar je aan
te houden)
− Absolute gedragsregels/normen
2. Geheel van gedragsregels (beroepscode) (schrijft goed gedrag voor,
gebaseerd op waarden)
− Beroepsethiek (ethische theorievorming) aan de basis ervan
− Niet louter juridische regelgeving
− Rekening houden met complexiteit van context
 Maatschappelijke bewustwording en aandacht voor deontologie
o Bv. ,,Van een schouder om op te huilen kwam er seks'' (psychiater misbruikt
patiënten)
o Bv. Website voor Grensoverschrijdend Gedrag (GOG) door hulpverleners:
http://www.misbruikdoorhulpverleners.nl/checklistgogvoorclienten.html
o Gevallen van (seksueel) misbruik in tehuizen voor geplaatste
kinderen/kinderen met een beperking
o Extreme gevallen van geweld en mishandeling (Jonathan J.)
− Middelengebruiker → de situatie loop uit de hand en wordt
opgenomen door de politie. De rechter beslist om hem naar de
psychiatrie te laten gaan, er is een arts om hem een spuit te zetten. Er
komt een bijstandsteam bij om hem te overmeesteren aangezien hij
agressief is, door het grote geweld die gebruikt werd is Jonathan aan
zijn verwondingen overleden
o Maar ook bv. Diederik Stapel, die onderzoeksdata zelf verzon
 In de pedagogische context
o Vb. meisje heeft psychische problemen, leerkracht economie maakt daar
misbruik van. Het escaleerde waardoor het meisje zodanig vermagerde in de
hoop dat de leerkracht haar niet meer mooi zou vinden.
o Welke deontologische regels worden hier overtreden?

2.2. Toenemende aandacht
2.2.1. Evoluerende en complexere hulpverleningscontext
1. Professionalisering van de hulpverlening: beroepskrachten i.p.v.
vrijwilligers/religieuzen
▪ Microniveau: cliënt – hulpverlener
▪ Mesoniveau: nood aan een beroepsdeontologie of –organisatie
▪ Macroniveau: theorievorming binnen de beroepsgroep leidt tot
maatschappelijke erkenning en autonomie voor de hulpverlener
!Belang van de discretionaire ruimte= discretionaire ruimte: de
handelingsvrijheid die je hebt als hulpverlener om zelf beslissingen te nemen
/de ruimte die je als professional hebt om te handelen


3

, 2. Verdwijnen van het ‘colloque singulier’
o Individuele hulpverleningsrelatie, waarbinnen alles geheim blijft →
zwijgplicht/beroepsgeheim
o Multidisciplinaire benadering als gevolg van toegenomen complexiteit en
professionalisering → wnr je in MDT werkt is het moeilijk om dat geheim te
respecteren
o Evolutie naar netwerken en zorgcircuits
o Cliënt en zijn context in behandeling
 Pedagogische relatie: kind en zijn/haar ouders
o De oude visie op hulpverlening waarbij één client bij één hulpverlener terecht
komt → nu niet meer zo , meer betrokkenheid van familie,team aanpak ,
integrale jeugdhulp waarbij voorzieningen gaan samenwerken etc

3. Emancipatie cliënten
o Van paternalistische, bevoogdende houding … naar empowerment, rekening houden
met hulpvraag van de cliënt, zijn/haar mogelijkheden en wensen
o Onderhandelingsrelatie, ook in de relatie tussen ouders en kinderen
o Toenemende juridisering: rechtendiscours
o Meer empowerende en emanciperende houding

4. Toegenomen aandacht voor kwaliteitszorg: nood aan dossiervorming +
informatisering
o Dossier- en registratieplicht
o Gebruik van moderne informatietechnologie
o Risico’s voor privacy
o Belang van wetenschappelijk onderzoek

Hoe meer regels, hoe meer discretionaire ruimte → je kan soms creatief omgaan met regels

3. Het pedagogisch handelen
 De pedagogische praktijk = handelingspraktijk:
o Een activiteit die intentioneel wordt ondernomen waarbij er naar gestreefd
wordt een bepaald doel te bereiken
o Pedagogisch handelen =
 Sociaal handelen
 Geconstrueerd handelen
 Ambigue handelen → het is nooit zwart/wit → vooral grijstinten,
zwart/wit tegelijkertijd
 Pedagogisch handelen gebeurt in verschillende opvoedingscontexten, bij
uiteenlopende doelgroepen:
o Onderwijs


4

, o Preventie en hulpverlening (cf. Integrale jeugdhulp)
▪ Zorg voor personen met een beperking
▪ Jongerenwelzijn
▪ Geestelijke gezondheidszorg
o (Jeugd)welzijnswerk
o Recreatieve sfeer
→ Kan aanleiding geven tot dilemma’s = een situatie waarbij je een keuze
moet maken tussen A en B, je moet kiezen omdat je moet handelen. Morele
dillemma’s → wat is goed/slecht handelen
Vb. kan je in het onderwijs apparte klassen maken voor allochtonen
→ enerzijds ja, want door die samen te brengen kan je ze naar een hoger
niveau helpen. Anderzijds, nee want zo ga je discrimineren,…
3.1. Beroepscode voor pedagogen?
 Niet één deontologie of beroepsgroep ( in NL wel specifieke code voor pedagogen
o Gebonden aan een bepaalde beroepsorganisatie of een beroepsprofiel
o Geen beroepsprofiel of beroepscode voor pedagogen, wel:
▪ Deontologische code van de Vlaamse vereniging van orthopedagogen:
https://www.vvo.be/wp01/wp-
content/uploads/2016/11/DEONTOLOGISCHE_CODE_ORTHOPEDAGO
OG_v20160912.pdf.
▪ “Lerarenverenigingen:
http://onderwijs.vlaanderen.be/nl/lerarenverenigingen
▪ Beroepsvereniging sociaal werkers ziekenhuizen: http://www.bswz.be
▪ Beroepsvereniging van Maatschappelijk Assistenten (BEMA)
https://www.canonsociaalwerk.eu/be/details.php?cps=24&canon_id=
117
▪ Discussie over beroepsvereniging sociaal werkers in Vlaanderen:
https://sociaal.net/verhaal/beroepsvereniging-sociaal-werk/
 Eed van hippocrates
o = uitdrukking van een zeer verfijnde, hoogstaande moraal
o Artsen moeten zich geheel ten dienste stellen van de patiënt:
"Ik zweer bij Apollo, de genezer, bij Asklepios, bij Hygieia, bij Panaceia, en alle goden en godinnen, hen
tot getuigen makend, naar mijn vermogen en oordeel, deze eed, deze verbintenis ten uitvoer te zullen
brengen.
Dat ik hem, die mij deze kunst leerde, gelijk zal stellen met mijn ouders, have en goed met hem zal
delen, hem op zijn verlangen in zijn noden tegemoet zal komen, zijn kinderen op één lijn zal stellen met
mijn broeders, hun, als zij dat onderricht wensen, deze kunst zal leren zonder beloning of schuldbewijs;
aan de voorschriften, voordrachten en aan het overige onderricht zal laten deelnemen: mijn zonen en
die van mijn leermeester, benevens de leerlingen die zich hebben aangesloten, en gehouden zijn aan de
medische wet. De geneeskundige behandeling zal ik aanwenden ten nutte der zieken naar mijn
vermogen en oordeel; van hen houden wat ten verderve of tot letsel kan zijn. Ik zal aan niemand, ook
niet op zijn verzoek, enig dodelijk geneesmiddel toedienen, noch mij lenen tot enig advies van dien
aard: evenmin zal een vrouw een abortief middel van mij bekomen. Want rein en vroom zal ik mijn
leven leiden en mijn kunst uitoefenen.
Ik zweer geen steenlijders te zullen snijden, doch bij die operatie voor deskundigen plaats te zullen
ruimen. Waar ik een woning binnentreed, zal ik dat doen in het belang der zieken, mij onthouden van
elk moedwillig verkeerde handeling, in het bijzonder van lijfsgenot met vrouwen en mannen of slaven.



5

,Al, wat ik tijdens de behandeling zal zien of horen, of ook in de praktijk in het leven der mensen, voor
zover dit nimmer mag worden rondverteld, zal ik verzwijgen, ervan uitgaand dat zulke dingen
geheimen zijn.
Moge, indien ik deze eed in vervulling breng en niet breek, het mij welgaan in leven en kunst en moge
ik bij alle mensen ten alle tijde eervol bekend staan: bij overtreding echter en meineed moge het
tegendeel mijn lot zijn."
 Artseneed van de Orde van Geneesheren
o “Op het ogenblik dat ik opgenomen word onder de beoefenaars van het medisch
beroep, verbind ik mij plechtig mijn leven te wijden aan de dienst van de mens.
Ik zal mijn leraars en meesters de achting en dankbaarheid betonen die hun
verschuldigd zijn.
Ik zal mijn beroep nauwgezet en waardig uitoefenen.
Ik zal de gezondheid van mijn patiënt als mijn voornaamste bekommernis
beschouwen.
Ik zal het geheim eerbiedigen van al wie zich aan mijn zorgen toevertrouwt.
Ik zal tot het uiterste de eer en de edele tradities van het medisch beroep
hooghouden.
Ik zal mijn collega's als mijn broeders beschouwen.
Ik zal niet gedogen dat mijn houding tegenover mijn patiënt beïnvloed wordt door
beschouwingen van godsdienst, nationaliteit, ras, partij of sociale stand.
Ik zal het menselijk leven van bevruchting af eerbiedigen.
Zelfs onder bedreiging, zal ik mijn medische kennis niet aanwenden in strijd met de
wetten der menselijkheid.
Dit verklaar ik plechtig, vrijwillig en op mijn woord van eer."
 Kenmerken van beroepscodes
o Doelstellingen:
▪ Onaanvaardbaar gedrag regelen (non-maleficere)
▪ Optimaal gedrag bevorderen (bene-ficere)
o Voordelen:
▪ Bescherming voor cliënt en hulpverlener
• Houvast: wat noodzakelijk, wat verboden?
• Stimulans voor hulpverleners: streefdoel waarnaar men
zich kan richten
• Klacht- en beroepsprocedures
 Basiswaarden (Beauchamp & Childress, 2001): !!!!!
o Erkennen + respecteren autonomie van de cliënt
(autonomy)
o ‘Wel doen’ (beneficence)
o Geen schade berokkenen (non-maleficence)
o Rechtvaardig handelen (justice)
 Afdwingbaarheid?
o Gedragsregels in beroepscode gelden enkel voor de beroepsgroep:
geen juridische gevolgen, maar bv. wel sanctie mogelijk van de Orde
der Geneesheren
o Wel gerechtelijke vervolging mogelijk op basis van strafrechtelijke
feiten of schending van algemeen geldende en bindende regels, bv.:
▪ Wetgeving op het Beroepsgeheim
▪ Wet op de Patiëntenrechten



6

, ▪ Strafwetboek
4. Ethische dilemma’s: oefeningen
o Scouts en gidsen gaan experimenteren met apart groep voor allochtonen
o Casus: de familie tomaselli
o Vragen:
▪ Wat is hier het pedagogisch dilemma?
▪ Welke waarden zijn in het spel? Welke waarden conflicteren?
▪ Welke argumenten zie je voor de verschillende
handelingsalternatieven van het dilemma?

LES 2: ETHISCHE THEORIEËN
1. Inleiding en situering
 Ethische handelen
o Subjectivisme
o (Cultureel) relativisme: besnijdenis, homoseksualiteit, ….
▪ http://www.planbelgie.be/nieuws/10-feiten-over-
vrouwenbesnijdenis
o Universalisme (VN-verdragen, algemeen geldende principes)
▪ Verlichtingsdenken:
• vrijheid van meningsuiting
• Gelijkheid
• Solidariteit
 Vrijheid
o Relatief: onder dwang, bepaalde aandoeningen (bv. Gilles de la
Tourette, …)
o Mogelijkheid om eigen keuzes te maken
o Impliceert verantwoordelijkheid: andere keuzes kunnen maken
o Wilsvrijheid: onbeïnvloed kunnen kiezen? Vb Als iemand iets slechts
doet: is dit uit vrije wil of zijn er andere factoren : kindsoldaten die
gebrainwashed worden
o Negatieve vrijheid:
▪ Afwezigheid van dwang, geen inmenging
▪ Overheid/hulpverlening moet zich niet moeien
▪ Autonomie
▪ Vb kan iemand die terminaal ziek is zelfstandig beslissen om
behandeling te stoppen

o Positieve vrijheid
▪ Zeggenschap hebben, kunnen beslissen
 Gelijkheid
o Iedereen gelijk? Empowerment


7

, ▪ Natuurlijke ongelijkheid:
• Geslacht, ras, leeftijd, …
▪ Socio-economische ongelijkheid
▪ Rechtsgelijkheid: iedereen is gelijk voor de wet
 Solidariteit
o Verbindt vrijheid en gelijkheid
o Verbondenheid tot groep of gemeenschap
o Rol van de meerderheid: hoeveel kansen willen we geven als
samenleving?
▪ ‘Difference principle’: ongelijkheid gerechtvaardigd indien het
ten goede komt aan minst bedeelden
▪ Verdeling op basis van capabilities ipv inkomen/vermogen
• Essential capabilities
− Leven, lichamelijke gezondheid, lichamelijke
onschendbaarheid
− Zintuiglijke waarneming, gevoelens, praktische
rede, …
− Sociale banden, spel,
− In relatie treden met andere biologische
soorten, vormgeving van de eigen omgeving
 Casus: vrijheid van opvoeding en alle ouders gelijk
o Hebben alle burgers recht om kinderen te krijgen?
▪ Minderjarigen? Personen met een beperking? Personen met
een verslavingsproblematiek? Ouders met geplaatste
kinderen? Homokoppel? Vrouw ouder dan 50 jaar?
▪ Wat met adoptie in voornoemde situaties?



 Ethische theorieën → BELANGRIJK !!!!!
o Kenmerken van een goede ethische theorie
1. Abstracte reflectie en argumentatie
2. Systematisch overzicht van de ethische principes en
basiscomponenten
3. Integratie in een coherent geheel
4. Systematische rechtvaardiging van de uitgangsprincipes



o Beoordelingscriteria voor ethische theorieën
▪ Vroeger: voorschrijven en rechtvaardigen van algemeen
geldende normen



8

, ▪ Recent: kritische reflectie over actuele morele normen en
praktijken
1. Helderheid
2. Coherentie - consistentie
3. Volledig en omvattend: meer dan de 4
basiswaarden
4. Simpliciteit
5. Verklaringskracht
6. Meerwaarde als geheel
7. Praktische toepasbaarheid

2. Utilitarisme (gevolgenethiek)

 Handelen als goed of slecht beoordeeld op basis van de gevolgen ervan (kosten-
baten) → Iets is ethisch goed handelen als het voor zoveel mogelijk mensen een
wenselijk oplossing biedt, maximale baten en minimale kosten
 Kiezen voor handeling met meest wenselijke uitkomst voor alle partijen (wel-doen)
 Eén ethisch basisprincipe: bruikbaarheid; geen absolute regels of principes
 Streven naar maximale baten/genot voor iedereen in vergelijking met kosten/lijden
o Greatest happiness for the greatest number
o (bv. stopzetten kunstmatig in leven houden comateuze patiënten→ geen
genezing mogelijk)
o Terrorisme bestrijding → in naam van onze veiligheid hebben we veel van
onze vrijheid moeten afgeven

 Geen overeenstemming over wat de maximale baten zijn: welke plaatsen we boven
andere?
o Neutrale en intrinsieke ‘goederen’: gezondheid, vrijheid, geluk (Bentham &
Mills)
o Ook andere waarden: vriendschap, kennis, schoonheid, succes,
zelfontplooiing
 Twee strekkingen binnen utilitarisme (baten staan voorop):
o Rule utilitarianism: Uitgaan van algemene waarden die bepalen wat goed of
slecht is (bv. clinical deception) → in alle situaties toepassen, nooit gebruik
van deceptie (Deceptie: achterhouden van bepaalde medische zaken aan patiënt,
niet vertellen wat er met persoon aan de hand is)
o Act utilitarianism: Kijken naar specifieke handelingen in specifieke situaties
→ van situatie tot situatie kijken wat het beste is
▪ Noodzakelijk om uitzonderingen te maken op algemene regels
▪ bv. in sommige situaties nefast om de waarheid te vertellen om
mensen hoop te geven)



9

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur pastalover. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

64438 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€3,49  18x  vendu
  • (3)
  Ajouter