Het bestand bestaat uit een uitgebreide samenvatting voor het vak economische geografie. De samenvattingen en zo ook de indeling van het bestand is op basis van de hoorcollege's.
College 1
Doelen college 1:
Inzicht in spreiding van welvaart op verschillende schaalniveaus
Inzicht in regionale economische ontwikkeling
Inzicht in locatievoorkeuren van bedrijven en organisaties
Inzicht in processen van concentratie en spreiding van economische activiteiten in diverse
sectoren
Je kunt de landen indelen in Centrum, semi-periferie en periferie. Hieruit kun je de
mondiale ongelijkheid van landen in beeld brengen. Dit kan verklaard worden aan de had
van (1) technologisch systeem. Denk hierbij aan transport systemen, productie systemen en
energie. (2) Ook is de geografische verdeling en beschikbaarheid van hulpbronnen zoals
grondstoffen, schoon water, vruchtbare grond een belangrijke factor. Nederland heeft
bijvoorbeeld geen aardolie maar heeft een aangename klimaat. Saudi Arabië daarentegen
heeft veel aardolie, maar heeft een enorm droog klimaat. Saudi Arabië is een oliegedreven
economie.
Als een land politiek instabiel is (denk o.a. aan corruptie), is niemand bereid olie te kopen.
Economische ontwikkeling is (1) de verandering van de structuur van de economie van een
regio
of (2) de toename van welvaart in een gebied.
Er zijn 3 soorten veranderingen om de economische positie te bepalen van een land:
1. Structuur van de economie
2. Economisch beleid en ideologie
3. Beschikbaarheid en gebruik van technologie in een gebied
1. Er zijn 4 sectoren waar we arbeid in kunnen indelen:
1. Primaire sector: winning van grondstoffen (landbouw, bosbouw, mijnbouw, visserij)
2. Secundaire sector: productie van goederen (industrie, bouw, ambacht)
3. Tertiaire sector: commerciële dienstverlening (winkels, banken, transport, adviesbureaus etc.)
4. Quartaire sector: niet-commerciële dienstverlening/overheid (onderwijs, gezondheidszorg,
openbaar bestuur etc.)
Voorbeeld van gebouw:
Om en gebouw uit de grond te stampen komen al deze 4 sectoren van pas. Zo zorgt de
primaire sector voor grondstoffen, denk aan ijzererts etc. De secundaire sector zorgt dat de
grondstoffen worden verwerkt naar bijvoorbeeld stalen constructies. De tertiaire sector
zorgt bijvoorbeeld voor het ontwerp (=architectenbureau). Als laatst is er de quartaire
sector, deze zorgt bijvoorbeeld voor vergunningen of arbeidsinspecties.
,Beroepsbevolking werkzaam in de sectoren:
Periferie landen werkt het grootste deel van de bevolking in de landbouwsector. Semi-
periferie, denk aan opkomende landen is dit industrie. Bij centrumlanden is dit de
dienstensector.
Rostow: zie bijlage 1
Veel kritiek op dit model:
Onvoldoende aandacht voor verbondenheid van gebieden.
Teveel nadruk op ‘logische’, lineaire ontwikkeling (westers ideaalbeeld)
Geen eerlijke vergelijking (situatie van arme landen nu is heel anders dan die van bv Nederland
in de 19e eeuw)
Internationale arbeidsdeling en dependency theory (=dependicia).
De manier waarop economische activiteiten in verschillende sectoren verdeeld zijn. Dus:
sommige gebieden voornamelijk primaire sector, andere secundaire of tertiaire sector.
Volgens G. Frank en E. Wallerstein (jaren ’70) leidt dit tot centrum – semi-periferie –
periferie verdeling van welvaart.
2. Economische beleid en ideologie
Bij ideologie moet je denken aan een democratie of een dictator. De Chinese economie was
eerst een planeconomie en is nu een kapitalistisch markteconomie waarbij de
productiefactoren niet meer in handen van de staat ligt.
Neokapitalisme = dominante ideologie wereldwijd waarbij vrijhandel efficiënt gaat door
middel van productiefactoren. Neokapitalisme is tegen de invloed van de staat in de
economie, dus worden veel staatsbedrijven geprivatiseerd en wordt er veel bezuinigd.
Mondiale vrijhandel gepropageerd door WTO, IMF en Wereldbank.
Veel landen hebben deze ideologie dit leidt tot grote productiviteit en welvaart maar leidt
ook tot grotere ongelijkheid tussen groepen en gebieden.
In Nederland was vroeger minder ongelijkheid en meer armoede, nu is er meer ongelijkheid
en minder armoede. Rijken worden rijker. De kloof tussen arm en rijk wordt zo steeds
groter.
3. Beschikbare productiefactoren
Er zijn 3 productiefactoren:
1. Natuur
2. Kapitaal
3. Arbeid
Om productie plaats te laten vinden zijn deze drie productiefactoren van toepassing. Natuur,
want je hebt een stuk land nodig om op te bouwen/verbouwen. Kapitaal: machines en geld
dat je nodig hebt om goederen te produceren. Technologie, spaargeld, stabiele instellingen
etc. en arbeid om het werk te verrichten.
, Arbeid kan per land zeer verschillend zijn. Zo is de arbeidsproductiviteit van een centrum
land hoger dan van een (semi-)periferie land. Ook zijn er verschillen in loonkosten,
arbeidsomstandigheden en beschikbaarheid (=vraag en aanbod van arbeid).
Bijlage 1:
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur noonmassive. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.