Aanbodoverschot / vraagtekort - ans- Het aanbod is groter dan de vraag
Aanbodtekort / vraagoverschot - ans- Het aanbod is kleiner dan de vraag
Accijns - ans- Een vorm van belasting om het gebruik van bepaalde consumptiegoederen (bijvoorbeeld
sigaretten, benzine en alcohol) af te remmen
Beroepsb...
Aanbodoverschot / vraagtekort - ans- Het aanbod is groter dan de vraag
Aanbodtekort / vraagoverschot - ans- Het aanbod is kleiner dan de vraag
Accijns - ans- Een vorm van belasting om het gebruik van bepaalde consumptiegoederen (bijvoorbeeld
sigaretten, benzine en alcohol) af te remmen
Beroepsbevolking - ans- Alle mensen tussen 15 en 75 jaar die betaald werk hebben of betaald werk
zoeken (voor meer dan 1 uur per werk)
Beroepsgeschikte bevolking - ans- Alle mensen tussen 15 en 75 jaar
Break-even-punt - ans- De afzet waarbij de totale kosten en de totale opbrengsten aan elkaar gelijk zijn.
De winst bedraagt dan nul
Bruto participatiegraad - ans- beroepsbevolking / beroepsgeschikte bevolking x 100%
Collectieve arbeidsovereenkomst (cao) - ans- Overeenkomst over arbeidsvoorwaarden tussen
werknemersorganisaties (vakbonden) en een of meerdere werkgevers of werkgeversorganisaties.
Collectieve goederen - ans- Goederen of diensten die de overheid produceert omdat het niet mogelijk is
om burgers een bedrag in rekening te brengen voor het gebruik van deze goederen of diensten
Conjuncturele werkloosheid - ans- Werkloosheid die het gevolg is van het achterblijven van de totale
bestedingen (vanwege een slechte economische situatie) waardoor de vraag naar arbeid daalt
,Consumentensurplus afromen - ans- Een aanbieder die zich een deel van het consumentensurplus toe-
eigent door op gescheiden deelmarkten verschillenden prijzen voor hetzelfde product te vragen
Externe effecten - ans- Gevolgen van productie en gebruik van goederen en diensten die niet in de prijs
worden doorberekend
Frictiewerkloosheid - ans- Werkloosheid die ontstaat omdat het vaak een tijd duurt voordat een baan
gevonden is (schoolverlaters). Ook kan het tijd kosten om van baan naar baan te gaan
Fusie - ans- Twee voorheen zelfstandige bedrijven worden op basis van gelijkheid samengevoegd
Heterogene producten - ans- Producten die van elke aanbieder verschillend zijn in de ogen van de
afnemer
Hoeveelheidsaanpasser - ans- Een producent die alleen zijn aangeboden hoeveelheid kan aanpassen. De
marktprijs is voor de producent een vast gegeven
Homogene producten - ans- Producten die van elke aanbieder hetzelfde zijn in de ogen van de afnemer
Individuele arbeidsovereenkomst - ans- Overeenkomst over arbeidsvoorwaarden tussen individuele
werknemers en werkgever
Kartel - ans- Bedrijven maken afspraken over prijsvorming, verdelen van de markt en dergelijke. Kartels
zijn wettelijk verboden
Marktfalen - ans- Situatie waarin de markt niet perfect werkt
,Marktvormen - ans- Bepaalde kenmerken waaraan een markt voldoet, zoals het soort product en het
aantal vragers en aanbieders
Maximumprijs - ans- Een prijs die door de overheid is vastgesteld en die lager is dan de marktprijs
Minimumloon - ans- Het loon dat een werkgever, volgens de wet, minimaal moet uitbetalen
Minimumprijs - ans- De overheid garandeert aanbieders een bepaalde prijs
Monopolie - ans- Marktvorm met een aanbieder
Monopolistische concurrentie - ans- Marktvorm met veel vragers en aanbieders, maar iedere aanbieder
biedt een product aan dat een beetje afwijkt van de producten van concurrenten
Netto participatiegraad - ans- Werkzame beroepsbevolking / beroepsgeschikte bevolking x 100%
Niet-prijsconcurrentie - ans- Producenten concurreren met elkaar op basis van andere
producteigenschappen dan de prijs, bijvoorbeeld met kwaliteit en service
Octrooi/patent - ans- Een exclusief recht op een uitvinding van een product op proces. Een octrooi is
hetzelfde als een patent.
Oligopolie - ans- Marktvorm met enkele aanbieders
Overname - ans- Een bedrijf koopt een ander bedrijf en het gekochte bedrijf valt onder controle van de
koper
,Participatiegraad - ans- De mate waarin mensen deelnemen aan de arbeidsmarkt
Prijsconcurrentie - ans- Producten concurreren met elkaar op basis van prijs
Prijsdiscriminatie - ans- De bedrijfspraktijk waarbij een bedrijf hetzelfde product tegen verschillende
prijzen aan verschillende klanten verkoopt
Prijsstarheid - ans- Ondernemers (oligopolisten) veranderen de verkoopprijzen van de producten niet bij
(kleine) wijzigingen in de productiekosten
Prijszetter - ans- Een aanbieder die voldoende marktmacht heeft om zijn eigen verkoopprijs te bepalen
Primaire arbeidsvoorwaarden - ans- Voorwaarden die betrekking hebben op financiële beloningen zoals
loon, vakantiegeld en overwerktoeslagen
Productdifferentiatie - ans- Producten onderscheiden zich van elkaar met producten die door kwaliteit
en kenmerken van producten, marketing en dienstverlening verschillen
Secundaire arbeidsvoorwaarden - ans- Voorwaarden die betrekking hebben op andere beloningen dan in
geld, zoals opleidingsmogelijkheden, kinderopvang en verlofregelingen
Seizoenswerkloosheid - ans- Werkloosheid die ontstaat doordat in het ene seizoen meer werk is dan in
het andere
Structurele werkloosheid (kwalitatief) - ans- Werkloosheid die ontstaat omdat mensen onvoldoende of
de verkeerde opleiding hebben of omdat mensen niet bereid zijn voor werk te verhuizen.
Structurele werkloosheid (kwantitatief) - ans- Er zin onvoldoende arbeidsplaatsen, bijvoorbeeld door een
toename van de beroepsbevolking of door het vervangen van mensen door machines en computers
,Subsidies - ans- Een financiële bijdrage van de overheid aan consumenten of bedrijven met als doel het
gebruik van een goed of dienst te stimuleren
Toetredingsdrempels - ans- Als een ondernemer eerst moet investeren om op een markt toe te kunnen
treden
Toezichthouders - ans- Instellingen die toezicht houden op bijvoorbeeld het mededingingsbeleid
Varkenscyclus - ans- Het verschijnsel in de economie dat overschotten en tekorten elkaar afwisselen,
doordat het aanbod niet onmiddellijk kan reageren op een verandering van de vraag
Verschuiving van de vraaglijn - ans- Door bijvoorbeeld een verandering van voorkeur van consumenten,
inkomens van consumenten en aantal consumenten verandert het verloop van de vraaglijn
Volkomen concurrentie - ans- Een perfect werkende markt met veel vragers en aanbieders, homogeen
product, vrije toe- en uittreding en die volledig transparant is
Werkgelegenheid in arbeidsjaren - ans- De werkgelegenheid uitgedrukt in arbeidsjaren, waarbij een
arbeidsjaar een fulltimebaan is op jaarbasis
Werkgelegenheid in personen - ans- De werkgelegenheid uitgedrukt in aantallen personen
Werkloosheid - ans- Geregistreerde werkloosheid omvat de groep mensen tussen 15 en 75 jaar die als
werkzoekende staan ingeschreven (bij het UWV) en minimaal 1 uur per week willen werken
Werkzame beroepsbevolking - ans- Alle mensen tussen de 15 en 75 jaar die betaald werk verrichten
,Winstmaximalisatie - ans- Een producent bepaalt de combinatie van prijs en verkochte hoeveelheid
waarbij de winst maximaal is
Algemene prijs van tijd - ans- De rente die je betaalt voor een lening
AOW - ans- Algemene ouderdomswet geeft iedere Nederlander vanaf de pensioengerechtigde leeftijd
een ouderdomspensioen. In 2024 is de pensioenleeftijd 67 jaar
Begrotingsbeleid - ans- Het beleid van de regering om via de inkomsten- en uitgavenkant van de
rijksbegroting invloed uit te oefenen op de economie
Begrotingssaldo tekort / overschot - ans- Het verschil tussen de inkomsten en uitgaven van de
rijksoverheid, een positief verschil levert een begrotingsoverschot op, een negatief verschil een
begrotingstekort
Collectief pensioen - ans- Een bedrijfspensioen geldend voor iedereen in het bedrijf
Collectieve sector - ans- De overheid en de sociale zekerheidsinstellingen
Consumptief krediet - ans- Alle geldleningen die bedoeld zijn voor de aanschaf van consumptiegoederen
Dekkingsgraad - ans- Mate waarin een pensioenfonds haar toekomstige uitkeringen kan financieren met
de huidige waarde van het vermogen
Directe belastingen - ans- Belastingen over winst, inkomen en vermogen die direct aan de overheid
worden overgedragen
Financieringssaldo - ans- Het saldo van het begrotingstekort minus de aflossingen
,Geldmarkt - ans- Alle vraag en aanbod van vermogenstitels met een looptijd tot een jaar
Hypothecaire lening of hypotheek - ans- Een lening met een onroerend goed als onderpand
Indirecte belastingen - ans- Kostprijsverhogende belastingen die via de aankoop van producten en
diensten indirect aan de overheid worden afgedragen
Individuele prijs van tijd - ans- De prijs die je bereid bent te betalen voor een lening
Inkomen - ans- De beloning voor het beschikbaar stellen van productiefactoren, zoals arbeid of kapitaal
Intergenerationele solidariteit - ans- Solidariteit tussen generaties doordat de huidige werkende
generatie de AOW voor de gepensioneerde generatie betaalt
Kapitaaldekkingsstelsel - ans- Een systeem waarbij degene die premie betaalt een kapitaal opbouwt, dat
op een later tijdstip wordt uitgekeerd
Kapitaalmarkt - ans- Alle vraag en aanbod van vermogenstitels met een looptijd langer dan een jaar
Leenmotieven - ans- De drie leenmotieven zijn: lenen om een tegenslag op te vangen, voor de aanschaf
van (duurdere) consumptiegoederen en om een tijdelijk tekort op te vangen
Lenen - ans- Het naar voren halen van consumptie en later terugbetalen
Levensloop - ans- De opeenvolging van levensfases. Iedere fase kent een andere financiële situatie
,Menselijk kapitaal - ans- De kennis en vaardigheden die je verkrijgt door opleiding, training en ervaring
Miljoenennota - ans- De toelichting op de rijksbegroting
Nominale rente - ans- De rente die je krijgt voor spaargeld of betaalt voor een lening
Omslagstelsel - ans- Een systeem waarbij de ontvangen premie van een jaar gebruikt wordt voor de
uitkeringen in dat jaar
Onderhandse lening - ans- Lening tussen twee partijen zonder tussenkomst van een bank
Overheidsschuld - ans- De staatsschuld plus de schulden van lagere overheden
Premiedruk - ans- De sociale premies in procenten van het totale binnenlands inkomen
Privaat pensioen - ans- Een door een werknemer zelf gekochte pensioenverzekering
Private schuld - ans- Een schuld van een bedrijf of een gezien
Publieke schuld - ans- Een schuld van de overheid
Reële rente - ans- De rente waarbij je rekening houdt met de inflatie
Reële waarde van een schuld - ans- De waarde van een schuld gecorrigeerd voor inflatie
Rekenrente - ans- Rentepercentage dat pensioenfondsen moeten gebruiken als voorspeller van de
,jaarlijkse vermogensgroei
Rentelasten - ans- De (maandelijkse) rentevergoeding die de geldnemer betaalt over een (hypothecaire)
lening
Rijksbegroting - ans- Overzicht van de toekomstige inkomsten en uitgaven van de RIjksoverheid
Ruilen over de tijd of intertemporele substitutie - ans- Het uitstellen of vervroegen van
(consumptie)uitgaven
Sociale premies - ans- Premies die geheven worden in verband met de sociale verzekeringen
Sociale verzekeringen - ans- Verplichte verzekeringen die bestaan uit volksverzekeringen en
werknemersverzekeringen
Sociale voorzieningen - ans- Voorzieningen in de vorm van uitkeringen bedoeld voor mensen die geen
uitkering krijgen van een werknemersverzekering
Solidariteitsbeginsel - ans- Bij de sociale zekerheid worden de risico's door alle deelnemers gedeeld. Het
recht op een uitkering is niet afhankelijk van de betaalde premie
Spaarmotieven - ans- De drie spaarmotieven zijn: het zekerheidsmotief, het doelmotief en het
vermogensmotief
Sparen - ans- Het afzien van consumptie op een bepaald moment
Staatsschuld - ans- De schuld van de rijksoverheid die op een bepaald tijdstip wordt gemeten
, Staatsschuldquote - ans- De staatsschuld als percentage van het bbp
Stabiliteits- en groeipact - ans- Eisen waaraan eurolanden en toetredende landen moeten voldoen om de
stabiliteit van de euro te garanderen
Stroomgrootheden - ans- Financiële grootheden die je meet per tijdseenheid, zoals inkomsten en
uitgaven
Tijdsvoorkeur - ans- Mate waarin mensen uitgaven kunnen uitstellen. Lage tijdsvoorkeur: makkelijk
uitstellen, hoge tijdsvoorkeur: moeilijk uitstellen
Verdiencapaciteit - ans- De mogelijkheid om een inkomen uit arbeid te verdienen
Vermogen - ans- Het vermogen van gezinnen is het verschil tussen bezittingen en schulden
Vermogensmarkt - ans- Alle vraag en aanbod van vermogenstitels
Volksverzekering - ans- Verzekering die voor iedereen geldt die in Nederland woont of werkt. De
uitkering is onafhankelijk van het inkomen
Voorraadgrootheden - ans- Financiële grootheden die je meet op een bepaald moment, zoals bezittingen
en schulden
Waardevast pensioen - ans- Een uitkering die procentueel omhooggaat met de gemiddelde inflatie
Welvaartsvast pensioen - ans- Een uitkering die procentueel omhoog gaat met de gemiddelde
loonstijging
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Exammate. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €12,77. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.