Diagnostiek voor de Klinische Praktijk, Klinische Neuropsychologie (P_BDKPKN)
Tous les documents sur ce sujet (13)
Vendeur
S'abonner
AnoukAW
Avis reçus
Aperçu du contenu
Diagnostiek voor de Klinische
Praktijk – Klinische
Neuropsychologie
Uitwerking hoorcolleges
Hoorcollege 1: Diagnostisch proces
- Diagnostiek
o Binnen de psychologie is diagnostiek zeer klinisch.
o Diagnostiek vindt plaats op veel verschillende niveau.
o Verschillende definities / verklaringen voor diagnostiek:
Diagnostiek gaat over het door en door leren kennen van een situatie met als
doel beslissingen te kunnen nemen.
Grondige diagnostiek van de problemen en klachten van de cliënt is
voorwaarde voor adequate hulpverlening.
Neuropsychologisch onderzoek (diagnostiek) heeft als doel om cognitieve,
emotionele en gedragsconsequenties van het disfunctioneren van de
hersenen te onderzoeken. Zulk onderzoek bestaat niet slechts uit het
afnemen van neuropsychologische tests. Een dergelijk proces van
hypothesevorming en -toetsing vereist een constante bijstelling, afhankelijk
van de antwoorden die tijdens een onderzoek worden gevonden.
o Doel diagnostiek: gegevens verzamelen op een systematische manier om beslissingen
te nemen.
- Het diagnostisch proces
o Rol als professional
Vaak samenwerken met andere disciplines.
Drie hoofdrollen:
De diagnosticus (vaak ook de psycholoog): onderzoeken wat er aan
de hand is door middel van testen en vragenlijsten.
De psychiater: diagnosticeren van een stoornis volgens de DSM; vaak
in gespreksvorm. De psychiater geeft de doorslag (stelt een
diagnose), vaak met behulp van de informatie die door de
diagnosticus verzamelt is.
Therapeut: inzetten van de behandeling. Vaak dezelfde persoon als
de diagnosticus/psycholoog.
Diagnostiek als professionele activiteit
Theorievorming over gedragingen, cognities en emoties/motivaties
vormen van gefundeerde hypothesen.
Operationalisatie en meting van problemen en klachten keuze
maken voor het gebruik van bepaalde instrumenten; zorgen dat het
meetbaar wordt.
Toepassing van relevante diagnostische methoden vaardigheden
aanleren om afname betrouwbaar te kunnen doen.
Idealiter is diagnostiek een wetenschappelijk gereglementeerd denk-
en doeproces.
o Dit betekent niet ongelimiteerde diagnostiek voordat tot
handelen over gegaan kan worden, wel voldoende tot een
, (eerste) beslissing genomen kan worden, daarna
vervolgdiagnostiek waar nodig.
“zo kort als mogelijk, zo uitgebreid als nodig”.
o Diagnostische cyclus als empirische cyclus –> diagnostisch
proces.
Zie afbeelding
Fase 1: Exploratie
Analyse van de aanvraag: wie verwijst er
en wat is de inhoud van de aanvraag?
o Hierbij onder andere
dossieranalyse.
Analyse van de hulpvraag: wat beweegt
de cliënt om hulp te vragen? Exploratie
van de problemen.
o Door de diagnosticus.
Fase 2: deductie operationalisatie; diagnostisch
scenario.
Ordening van vragen van aanvrager en
cliënt uit aanmeldings- en intakefase,
vragen die bij de hulpverlener opkomen
en kennis over het probleem diagnostisch scenario = eerste
voorlopige theorie.
o Verschillende vragen komen bijeen. Het is belangrijk om een
brede blik te houden. Verklaring bedenken voor de
symptomen vanuit het biopsychosociaal model en een
voorlopige hypothese opstellen.
Structuur voor diagnostiek: gebruik maken van de biologische,
psychologische, socioculturele en ontwikkelingslens (artikel Suhr).
Binnen de diagnostiek zijn er verklaringsfactoren.
o Verklarend: dus over het ontstaan, de oorzaak, reden,
gevolg, etc.
o Instrumenten, zoals problemen met executieve functies,
intelligentie, persoonlijkheid, traumatische ervaringen,
onveilige gehechtheid, contextfactoren.
Fase 3: deductie.
In deze fase gebruik maken van 5 basisvragen:
o 1. Onderkenning: wat zijn de problemen?
Wijzen de problemen xxx erop dat er sprake is van
een gedragsstoornis bij X.
o 2. Verklaring: waarom, wat houdt de problemen in stand?
Waarom is het een probleem?
o 3. Predictie/voorspellend: hoe ontwikkelen de problemen
zich?
Wat is de kans dat het probleemgedrag vanzelf
verdwijnt?
o 4. Indicatie: hoe kunnen de problemen verholpen worden?
Welke therapie is passend?
o 5. Evaluatie: zijn de problemen voldoende verholpen? Hoe
slaat de behandeling aan?
Onderkennende vragen vs. verklarende vragen:
o Onderkenningsvragen meetbaar maken:
, Criteriumgericht: i.v.m. een vooraf bepaalde
standaard (bijv. voldoende kenmerken van een
stoornis).
Normgericht: vergelijk met een representatieve
vergelijkingsgroep.
Ipsatief: vergelijk met het individu zelf (bijv. op een
eerder moment).
o Verklaringsvragen (waarom is er een probleem / wat is de
bron?):
Persoonsgericht / situatiegericht (locus).
Aard van de controle / oorzaak.
Synchrone (in tijd samenvallend) en diachrone
(voorafgaande) condities.
Inducerende (ontstaan) en continuerende (in stand
houdende) condities.
Stappen in het diagnostisch proces: aanmelding; intake; onderzoeksopzet;
het onderzoek; samenvatting en integratief beeld; conclusies en advies.
Diagnostisch verslag:
Opbouw van het verslag volgt de stappen van het diagnostisch
proces.
Onderscheid tussen feiten, interpretatie en conclusies is helder.
o Feiten: observaties van gedrag.
o Interpretatie: hoe interpreteer je dit gedrag.
Functies van het verslag:
o 1. Conclusie van het onderzoek beargumenteren.
o 2. Effectieve communicatie met en over de cliënt.
- Diagnostische basismethoden
o Gesprek
Doelen:
Informatieverzameling.
Opbouwen van een goede professionele werkrelatie.
Eerste inschatting van het vervolgtraject.
Verschillende vormen van gesprek / verschillende momenten tijdens het
diagnostisch proces:
1. Intake gesprek: klinisch interview gericht op globale inventarisatie
van problemen.
2. (semi-) gestructureerd interview: voor het afnemen van interviews
/ om hypothesen te toetsen.
Professionele houding tijdens een gesprek:
1. Afstand en nabijheid: voldoende afstand om weloverwogen te
reageren, voldoende nabijheid om echtheid en empathie te tonen.
2. Omgang met culturele diversiteit: sensitiviteit voor culturele
verschillen, wederzijdse misverstanden, oog voor variatie binnen
iedere cultuur.
o Attitude: sensitiviteit voor culturele verschillen wat zijn je
eigen percepties en vooroordelen?
o Kennis: oog voor wederzijdse misverstanden verschillen
wij in interpretaties van gedrag en belevingswereld?
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur AnoukAW. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,16. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.