Pauline Spegelaere
Prehistorie: … VC – 800 VC
Klassieke oudheid: 800 VC – 476
Middeleeuwen: 476 – 1453
Nieuwe tijd: 1453 – 1789
Nieuwste tijd: 1789 – 1945
Eigen tijd: 1945 - …
1. Waarom geschiedenis?
1.1. Natuur werd cultuur
De eerste natuur
= ongerepte natuur
= continue in beweging en verandering: een uitdijend heelal en wat daarin gebeurt met een
planeet bv. de aarde, zonder enig spoor van menselijk leven
o Geen geschiedenis want dat is een term voorbehouden aan de veranderingen die
gebeuren door keuzes en acties vd mens
o Cultureel proces
o Culturele geschiedenis vd mens op aarde
o Diersoort die evolueert tot mens à onstaan v onze soort:
1. Jagersverzamelaars: rondtrekkers en materiaal uit natuur verzamelen om te
voeden en bevredigen
2. Zelf natuur aanleggen en zich ergens vestigen à kringloop v seizoenen en actief
met natuur werken
3. Landbouwculturen
Tweede natuur
= natuur dat door de mens is veranderd, aangepast, aangeplant, aangestuurd …
o In beperkte mate gaat de mens zijn stempel zetten
o Cultureel en heeft wel een geschiedenis ivm ‘eerste natuur’
o Onstaan v parken en tuinen
Derde natuur
= ingrepen in de natuur met een ethetisch doel
o Antropoceen: mensen zetten er gewild of niet gewild een stempel
o Soort kunstwerk waarvan mensen kunnen genieten, de hoofdzaak is hier niet meer of
niet enkel de productie
Vierde natuur
= nu (einde sv)
1.2. Natuur, landschap, tuin en onze identiteiten
Rekening houden met? (bij het planten ve tuin)
o De natuurlijke evolutie
1
,Pauline Spegelaere
o Essentieel is à info over het klimaat, bodem, planten, diersoorten DUS ecologische en
economische belangen
o Gevoeligheden en visies vd gebruikters, ook de emotionele reacties, dit is belangrijk bij
de identiteitsbeleving vd mens
Identiteit
= hoe je je als persoon beleeft en naar anderen toe presenteert, iedere persoon heeft
meerdere soorten identificaties en samen vormen ze hun identiteit
o Sommige entiteiten, + en andere – à de entiteiten worden met elkaar verbonden
o Opbouwen, veranderen en evolueren ve identiteit, zorgt voor verscheidenheid tss de
mensen
o Een identiteit vormgeven
o gebeurtenissen dat mensen meemaken
o gebeurtenissen dat mensen horen (verhalen … )
o persoonlijke verhalen
o verhalen van en voor grote groepen
o Specifieke plaatsen à identiteitsgevoel gekoppeld aan locaties en de gesch v locaties
bv. ouderlijk huis, school van vroeger …
Alle verhalen rond een plek, vormen een cluster tot een subjectief beleefde
geschiedenis ve plek
De geschiedenis en verhalen ve huidige of vreogere generaties voeden de
waarneming ve plek
1.3. Hoe omgaan met de geschiedenis ve plek?
Hangt af van verscillende factoren
1. Als het elementen uit de geschiedenis zijn
o Ofwel behouden, ofwel veranderen
bv. huis Marc Dutroux à nu een herdenkingsplaats
o Ofwel tussenin, een cominatie tss verbouwen, restaureren of vernieuwen
2. Natuurgebieden
o Aspect dat goed overwogen moet worden
o Afh. vh groeiritme, waardoor over verandering goed nagedacht moet worden à tijd, tuin,
landschap
3. Symbolische waarden
o Locaties à grote rol in identiteit v verhalen voor mensen en gemeenschappen, waardoor
we het verleden willen behouden of nabootsen
bv. begraafplaatsen uit WOI worden bewaarde en onderhouden
Een negatieve en gruwelijke periode à enerzijds ook bewaren om te herinneren dat
dit een gruwelijke periode was en dat we dit niet opnieuw willen
DUS zowel natuur, als dieren, als gebouwen, als planten hebben en symbolische waarde
2
,Pauline Spegelaere
MAAr anderzijds plekken veranderen en van nul starten, ongeacht + of – ervaring want
identiteit moeten ook kunnen evolueren en vernieuwen à dit kan ook een bevrijdend en
inspirend effect hebben
bv. sinterklaas (blank) en knecht zwarte piet (zwart)
Stroming in architectuur – 19de en helft 20ste eeuw
o Streep trekken onder verleden, dus sprake van een maatschappelijke vernieuwen, deels
door vervuilde industrie en penibele woonomstandigheden
o Na WOI à verlangen naar een nieuw begin en van 0 herbeginnen
o Nieuwe filosofie à Le Corbusier à nieuwe wijken in buitenwijken en voorsteden,
tuinwijken ontstonden vooral in Europa à het wonen en het groene gaan combineren
Connectie tss mens en natuur herstellen
De vuile stad vermijden en een gezonde leefomgeving bieden waardoor er nieuwe wijken
ontstaan en dus ook een nieuw concept à word op grote schaal toegepast, wereldwijd
Doel à voordelen vd stad te combineren met die vh platteland
o Nieuw concept = the garden city à connectie natuur via architectuur
2de helft 19de eeuw: MODERNISME
o Nadruk op funcionaliteit à form follows function
o Steden en landschappen moeten functioneel zijn
o Pionier: Louis Sullivan à ontwikkeld skycraper
o Zonder verwijzing van stijlen en tradities
2de helft 20ste eeuw: POSTMODERNISME
o Herwaardering v stijlen
o Oud en nieuw laten bestaan
o Themaparken à neveneffect vh modernisem
Behoud en restaurantie VS afbraak en vernieuwing
o 2 extreme invalshoeken à beide zijn uitersten met hun voor en nadelen
o Beide zinvolle aspecten
o Veel hangt af vd situatie
1. Modernistische aanpak
o Die met de geschiedenis breekt
o Maakt mensen vrij
o Minder beknellende identiteiten
o Minder dingen worden opgedrongen
MAAR
o Snijdt mensen mogelijk ook af vd verhalen waar identiteit werd opgebouwd
o Die zijn gekoppeld aan plaatsen en culturele historiek
2. Restauratieve aanpak
3
, Pauline Spegelaere
o Bewaren vd geschiedenis
o Voorgeprogrammeerde bouwstenen
o Orienteren; rust; stabiliteit
o Hoeft niet continue zingeving uit te vinden
MAAR
o Opsluiten v identiteiten
o Vrijheid en creativiteit beperken
o Moeilijker vorm geven aan eigen leven
3. Courante praktijk
o Middenweg
o Rekening houden met het verleden à betekenis v locaties in verhalen v mensen
o Vernieuwen en aanpassen à veranderende behoefte, gevoelens en visies
2. Bronnen
= een drager v info waarop we onze kennis vh verleden baseren
Primaire bronnen = materiaal uit het verleden zelf
Secondaire bronnen = de resultaten
P + S = leveren de info om het verleden te kennen
2.1. Locaties
Locaties ervaren en waarnemen
o Origineel en niet origineel
o Origineel: live beluisteren; bekijken; meemaken
o Niet origineel: opname; kopie; registratie, dit kan het originele onmogelijk vervangen
o Ervaren en waarnemen van plekken en locaties
o Dit kan enkel als je terplaatse gaat
o Je kan een tuin, landschap, ruimte … ongmogelijk om dezelfde manier ervaren als je er
niet geweest bent
DUS locaties bezoeken, ervaren, observeren en onderzoeken à essentieel
WANT plaatsen vertellen een verhaal en dit kan je via foto, afbeelding, video, opname …
niet ervaren
o Historische ervaring à grondig onderzoeken en blijven onderzoeken
bv. Stonehenge
o Archeologisch onderzoek ve tuin en landschap
o Archief; documenten; literatuuronderzoek
o Archeologische veldobservatie
o Topografische opmetingen
o Luchtfotografie
Niet – intrusieve methodes (= relatief eenvoudig te organiseren)
4