Overzicht van de kunsten: avant-garde tot heden - 1Ba
Examen:
Alle begrippen en termen die in de les aan bod zijn gekomen, moet je kort kunnen identificeren, in de tijd
situeren en toelichten.
De kunstenaars die in de les zijn behandeld, moet je ook kunnen situeren in de tijd en kort
contextualiseren. Met ‘kort’ wordt telkens vijf à tien regels bedoeld.
Let op: de titels van de kunstwerken hoef je niet te kennen, en alle kunstwerken en andere informatie die
op de slides van de lessen in het grijs zijn weergegeven, hoef je ook niet te kennen.
- Je situeert drie kunstwerken die we in de les zagen, je identificeert ze en situeert ze kort in de tijd.
Je vermeldt de familienaam van de maker ervan, het jaar waarin ze werden gemaakt, benader je
tot op tien jaar en je rangschikt ze onderling in de tijd. Bij een van de kunstwerken wordt er ook
gevraagd naar de stroming of beweging waarbinnen het werk kan worden gesitueerd. In dat geval
geef je ook daar een korte uitleg over. Schrijf in volzinnen. (10 punten)
- Je beantwoordt vier beknopte vragen en gebruikt daarvoor telkens een tiental regels. Schrijf in
volzinnen. (20 punten)
- Op één brede, open vraag geef je een samenhangend en gestructureerd antwoord van één à
anderhalve pagina. Schrijf in volzinnen. (10 punten)
De spelende mens
CIRCA = Clandestine Insurgent Rebel Clown Army = groepje ‘artistieke’ activisten verkleed als clowns die
tevoorschijn kwamen bij grootse politieke gebeurtenissen (kwamen voorbij politie door ‘lulligheid’ clowns)
'Om het tenslotte maar eens ronduit te zeggen, de mens is en hij is alleen dan geheel mens, indien hij speelt.’
- Filosoof Schiller (1790)
→ brief over esthetische opvoeding van de mens
→ onderscheiding twee soorten driften:
- zintuiglijke drift (leven) = al het stoffelijke zijn / zintuiglijke zijn
- vorm drift (gestalte) = bepaald al de formele / grenzen / gestalten / vormen
→ beide aanwezig in al van ons / houden elkaar in evenwicht in ‘schoonheid’
⇒ ontstaan ‘speeldrift’ (verwijzing kunst) = levendige gestalte
→ ‘kunstenaar moet zich heruitvinden / wordt modern door te spelen’ (en bv. geen schilderij
voor kerk te maken)
→ vanaf dat moment moet een kunstwerk ‘zich bewijzen’
→ kunst en ‘geen kunst’, interessant als het tegelijk ook gaat over iets anders dan kunst
A thousand years - Hirst - 1990
→ links: dode koeien kop + vliegjes + elektrische vliegenvanger
→ rechts: dobbelsteen met enkel ‘1’s
→ strakke blokvorm
→ kan ‘duizend jaar’ kunnen blijven bestaan → verwijzing oude
politieke duizendjarige rijken
1
,The Physical impossibility of death in the mind of someone living -
Hirst - 1990
= een haai op sterk water
→ ‘de dood krijg je niet gedacht’
→ weer de suggestie van dood
→ strakke blokvorm → verwijzing en commentaar ‘minimal art’
Pharmacy - Hirst - 1990
→ verleiding doosjes apotheek → verwijzing verleiding vliegen
vliegenvanger
→ dood en leven te samen
Beautiful inside my head forever - Hirst - 2010
→ Berlijnse muur valt ⇒ buitenlanders krijgen meer interesse in
kunst
→ vlinder = korte schoonheid
→ verwijzing dood en eigen werken
→ biedt al zijn werk tegelijk te koop aan
→ dezelfde avond: bank ‘lehman brothers’ gaan failliet
→ conceptueel kunstwerk én veiling
→ meer antwoaanbodord dan vraag
→ verwijzing Schiller naar Hirst
Schiller verwijzing grieks werk (Juno Ludovisi) = een ‘spel’, te mooi om waar te zijn
‘In zichzelf rust en woont de gehele gestalte, een volledig gesloten schepping, alsof zij aan gene zijde van de
ruimte zou staan, zonder verflauwen, zonder weerstand; daar is geen kracht die strijdt met krachten, geen
zwakheid waarin het tijdelijke zou kunnen binnendringen’
→ zie nu: beschrijving guardian over werk Hirst
‘It opens a path for the viewer into areas of experience which are not immoral or amoral, but extramoral. We
take a holiday from our ethics into a world created from death and violence about which we are invited not to
care – a world where bad taste is driven to the point of elegance, and disgust filtered into delight.’
⇒ Hirst doet hetzelfde met veiling (en haai)
⇒ spelen met een ruimte
‘In het esthetisch regime is de kunst slechts kunst voor zover ze iets anders is dan kunst.’ - Rancière (rond tijd
Schiller)
Eind-tijdlijn-van-de-les:
1789 1800 19de eeuw 1900 20ste eeuw 2000 2008
2
, franse financiële
revolutie crisis
1790: 1850: Gustave 1989: 1990: 2002:
Friedrich Courbet Val Berlijnse Damien CIRCA
Schiller Muur Hirst
Gustave Courbet
Veel blaasinstrumenten
→ Beethoven brengt deze de klassieke muziek binnen
→ romantiek → verwijzen natuur (vogels (nachtegaal, koekoek))
Romantiek <-> Neo-classicisme (klassieke manier van schilderen) (1840)
Delacroix en Géricault <-> Ingres
Neoclassicisme:
- klassieke vormentaal - belangrijke omtreklijn - eenvoudige, strenge
- moraliserende - reliëfachtige compositie
onderwerpen, portretten dieptewerking - statische houdingen van
- klassieke onderwerpen in - koel, helder kleurgebruik weergegeven personen
eigen tijd geplaatst
Vb. klassiek kunstwerk Ingres: weerspiegeld rust → liggende houding, koele kleuren, gladde manier van
schilderen
→ politiek en van adel
Pastorale = lied, schilderij, … dat over het platteland gaat als iets moois en positief
Le Désespéré - Courbet - 1840
→ realisme
→ wanhopig in een tijd dat europa voor een nieuwe revolutiegolf
staat
→ beïnvloed door Romantische schilderkunst (19de eeuw) en Barok
(17de eeuw)
Woelige periodes in europa (1789 (revolutie europa) / 1815 (restauratie) / 1848 (revolutie europa en zuid-
amerika))
19de eeuw = eeuw van het volk en de vooruitgang
→ volk (niet perse inclusief) <-> bevolking (neutraler, iedereen)
→ grondwetten worden gemaakt
→ nodig omdat burgerij rijker wordt en rijkdom beschermd moet worden / stabiel moet zijn
→ revoluties in Zuid-Amerika
→ Amerikaanse burgeroorlog (1861-1865)
→ draaide (onder meer) rond “afschaffing” slavernij
→ gekleurden kregen moeilijk werk en keerde terug naar werkgever
3
, ⇒ apartheid (in Zuiden)
→ kastenoorlog in Mexico (1847-1901)
→ Conflicten in Azië
→ Socialisme en anarchisme: Pierre-Joseph Proudhon, Michail Bakoenin en Karl Marx
→ Tweede industriële revolutie
→ wetenschap
→ Gas (1850) ⇒ verlichting
→ Opkomst wereldhandel: stoomvaart (en containers)
→ Elektriciteit: Nikola Tesla (wisselstroomgenerator en -elektromotor) en Thomas Edison
(laboratorium en commercialisering van o.m. gloeilampen)
→ Chemie: synthetische kleuren
→ Autos (Benz)
<-> Eerste industriële revolutie: ijzererts, kolen, …
Belgische industrie rond 1850:
Vlaanderen (Gent) = katoen- en vlasindustrie <-> Wallonië (Charleroi en Luik) = steenkool ontwikkeling
⇒ Burgerij wordt rijk en groter deel bevolking komt in armoede
Steenbrekers - Courbet - 1850
→ platteland van Frankrijk
→ net voor industriële evolutie
→ ‘saaie’ compositie (statisch, frontaal)
→ romantische, vrije schildertoets (toets, materie)
→ doffe, donkere, dode achtergrond (weinig diepte)
→ anonieme gezichten (gesloten)
Une Après-dinéeà Ornans - Courbet - 1849
→ sterk beïnvloed door barok
→ doordeweeks tafereel (kleine herberg, dorpse
context)
Un enterrement à Ornans - Courbet - 1849
→ begrafenis
→ geen hoofdpersonen, maar doodgewone
dorpelingen
→ wel onderscheid geestelijken, vrouwen,
mannen
4