Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
OAT jaar 3 oefentoets (leerstof jaar 2) €6,48   Ajouter au panier

Examen

OAT jaar 3 oefentoets (leerstof jaar 2)

 32 vues  1 fois vendu
  • Cours
  • Établissement

In deze oefentoets staan m.u.v. onderzoekend handelen 100 multiple choice vragen (en antwoorden) over de leerstof die terugkomt in OAT 3. Ik heb uitsluitend bronnen gebruikt die zijn aangereikt door avans. Deze oefentoets heeft (bijna) alleen vragen van de leerstof uit leerjaar 2. Voor vragen over ...

[Montrer plus]

Aperçu 3 sur 21  pages

  • 25 octobre 2024
  • 21
  • 2024/2025
  • Examen
  • Questions et réponses
avatar-seller
Oefententamen OAT 3
1. Wat kan een luminale oorzaak van een ventilatiestoornis zijn?
A. Druk op luchtwegen van buitenaf
B. Opzwelling van de luchtwegen
C. Een ophoping van slijm
D. Te weinig elastische vezels in de luchtpijp

2. Welke van onderstaande antwoorden is juist?
A. COPD is een chronische obstructieve ventilatiestoornis
B. COPD is een restrictieve ventialatiestoornis
C. Astma bronchiale is een chronische obstructieve stoornis
D. De oorzaak van een obstructieve ventilatiestoornis is meestal te wijten
aan de ademhalingsspieren

3. Wat hoort niet bij een emfyseem?
A. De alveoli gaan kapot wat zorgt voor minder gaswisselingsoppervlakte
B. Verhoogd risico door erfelijkheid en roken
C. Er treedt vaak een klaplong op als gevolg van een emfyseem
D. Dyspneu

4. Welke van onderstaande kenmerken past meer bij Astma dan bij COPD?
A. Hoesten
B. Allergische reactie
C. Chronisch
D. Dyspneu

5. Welke van onderstaande processen betekent ‘irreversibele en abnormale
nieuwvorming van cellen’?
A. Metaplasie
B. Dysplasie
C. Neoplasie
D. betaplasie

6. Wat kan een kenmerk zijn van een benigne tumor?
A. Metastasering
B. Vaak levensbedreigend
C. Groeit heel snel
D. Expansieve groei met wegdrukking van omgeving

7. Wat is de betekenis van metastasen?
A. Uitzaaiingen
B. Destructie
C. Obstructie
D. Ontstekingen

8. Welke van onderstaande stellingen is juist?
A. Zowel micro- als macrometastasen zijn na radiologisch onderzoek
aantoonbaar
B. Zowel micro- als macrometastasen zijn na radiologisch onderzoek niet
aantoonbaar

,C. Alleen micro metastasen zijn na radiologisch onderzoek aantoonbaar
D. Alleen macro metastasen zijn na radiologisch onderzoek aantoonbaar

9. Welk begrip heeft de volgende betekenis: ‘uitzaaiing van kanker via de
bloedbaan’?
A. Leukemie
B. Bloeduitstorting
C. Hematogene metastasering
D. Maligne hematisering

10.Waar wordt insuline gemaakt
A. Hypofyse
B. De alvleesklier
C. De bijnieren
D. De nieren

11.Wat produceren de alfa cellen in de eilandjes van langerhans?
A. Glucagon
B. Insuline
C. Glycogeen
D. Glucose

12.Wat is de functie van Glucagon?
A. Zorgt voor het vrijmaken van glucose uit glycogeen
B. Stimuleert de glycogeenproductie door de lever
C. Vormt vet uit vetzuren
D. Vormt eiwit uit aminozuren

13.Van welke stof heb je een tekort als je Diabetes hebt?
A. Glucagon
B. Insuline
C. Glycogeen
D. Glucose

14.Wat is een symptoom van diabetes?
A. Veel plassen
B. Veel dorst
C. Glucose in de urine
D. Alle bovenstaande antwoorden

15.Wat past er bij een Hypo?
A. Veel plassen
B. Te veel bewogen
C. Te veel gegeten
D. Dorst

16.Welke van de volgende symptomen is niet typisch voor de vroege stadia
van dementie?
A. Geheugenverlies
B. Verminderd vermogen om bekende taken uit te voeren

, C. Plotseling hevige hoofdpijn
D. Verwarring over tijd en plaats

17.Wat is het belangrijkste verschil tussen dementie en de ziekte van
Alzheimer?
A. Dementie is een overkoepelende term, terwijl Alzheimer een specifieke
vorm van dementie is
B. De ziekte van Alzheimer heeft alleen invloed op het geheugen terwijl
dementie alle cognitieve functies beïnvloed
C. Dementie wordt veroorzaakt door genetische factoren, terwijl Alzheimer
door stress ontstaat
D. Alzheimer komt alleen voor bij mannen, terwijl dementie bij iedereen kan
voorkomen

18.Welke stelling is niet waar over reumatoïde artritis?
A. In een laat en onbehandeld stadium kunnen botten binnen een gewricht
aan elkaar groeien
B. Reumatoïde artritis zorgt alleen voor symptomen binnen het gewricht
(articulair)
C. Reumatoïde artritis begint vaak in de gewrichten van de handen en/ of
voeten
D. Reumatoïde artritis komt vaker bij vrouwen voor

19.Welke van onderstaande symptomen van reumatoïde artritis komt vooral
later voor in het ziekteproces?
A. Ochtendstijfheid
B. Deformaties
C. Koorts
D. Ontstekingsbeeld bij betreffend gewricht

20.Welk symptoom past niet bij reumatoïde artritis?
A. Pijn die verdwijnt bij het nemen van rust
B. Ochtendstijfheid die langer dan een uur duurt
C. Zwelling rond de gewrichten
D. Vermoeidheid

21.Welke van onderstaande stellingen over angina pectoris is juist?
A. Angina pectoris wordt alleen veroorzaakt door een hartaanval
B. Iemand met angina pectoris heeft alleen pijn in het midden van de borst
C. Angina pectoris is dmv rust en medicatie onder controle te houden
D. Geen van bovenstaande antwoorden is juist

22.Welk begrip heeft de volgende betekenis: ‘een bloedstolsel in een vat die
losschiet en meegevoerd wordt met de bloedstroom’
A. Trombose
B. Aneurysma
C. Embolie
D. Diastole

23.Waarvoor worden de TFI en GFI gebruikt?

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur jensaerts. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,48. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

72042 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€6,48  1x  vendu
  • (0)
  Ajouter