begrip en kenmerken van de belasting............................................................................................................................3
De inkomsten van de overheid.........................................................................................................................................4
functie van de belasting...................................................................................................................................................6
Wie (overheden) mag belasting heffen............................................................................................................................7
Grondwettelijke beginselen van de belastingheffing.......................................................................................................8
kenmerken van het fiscaal recht (belastingswetten).....................................................................................................10
het aanslagstelsel (art 126-129 WIB).............................................................................................................................17
de gemeenschappelijke aanslag art 127 WIB................................................................................................................17
aanslagstelsel – kinderen (art 126 §4 WIB92)............................................................................................................18
onroerende inkomsten (artikel 7 – 16 WIB)...................................................................................................................18
de inkomsten – wat is het brutto inkomen?..............................................................................................................19
KI in onroerende voorheffingen = autonome belasting.............................................................................................19
KI bij personenbelastingen.........................................................................................................................................20
herhalingsoefeningen.................................................................................................................................................26
roerende inkomsten (artikel 17 – 22 WIB).....................................................................................................................29
bepaling van de netto-roerende inkomsten...............................................................................................................29
aanslagmodaliteiten van de roerende inkomsten.....................................................................................................31
beroepsinkomsten (artikel 23 – 89 WIB)........................................................................................................................31
bepaling van de netto beroepsinkomsten..................................................................................................................31
bepaling van de netto-bezoldigingen.........................................................................................................................32
bepalingen van de netto beroepsinkomsten art 23-89 WIB......................................................................................33
voorbeeld - verplaatsingskosten................................................................................................................................43
bepalingen van de netto beroepsinkomsten (art 23-89 WIB)....................................................................................43
bepalingen van de netto beroepsinkomsten art 87-88 WIB......................................................................................44
Diverse inkomsten art 90-103 WIB.................................................................................................................................46
Aftrekbare bestedingen art 104-106 WIB......................................................................................................................49
belastingsberekening art 130-178/1 WIB......................................................................................................................51
1
, belastingsvermindering wegens gezinstoestand.......................................................................................................52
belastingsvermindering i.f.v. de aard en de oorsprong van de inkomsten................................................................59
federale belastingsverminderingen............................................................................................................................59
BASISBEGINSELEN FISCAAL RECHT
2
,BEGRIP EN KENMERKEN VAN DE BELASTING
De “belasting” is een bijdrage die volgens bepaalde rechtsregels door een overheid wordt opgelegd met als doel het
verzamelen van financiële middelen die nodig zijn om uitgaven te doen in het algemeen belang en voor zover die
bijdrage bij wet (decreet, besluit,) als belasting wordt erkend. (Definitie Hof van Cassatie)
Uiteenzetten definitie:
- Bijdrage: betaling van een som geld, kan ook door afstand te doen van kunstwerken (cultureel erfgoed)
o let op dit gaat niet altijd over geld, als we terugkijken in het verleden was de bijdrage van
egyptenaren: bestond in het bijdragen tot bouwen van de piramides. Vroeger kon de oogst ook
gebruikt worden als bijdrage. Maar vandaag de dag spreken we van een financiële bijdrage.
- Opgelegd: verplichtende karakter van “belasting”
o 1789 Franse revolutie (bestorming bastille) => hierdoor kwam idee dat individu rechten heeft en je
die niet zomaar kan ontnemen, dus als je belasting vraagt ontneem je die rechten. Er gaan hierdoor
enkel belastingen ontstaan vanuit rechtregels. GEEN BELASTINGEN ZONDER WET!
- Door openbare instellingen: enkel openbare overheden kunnen belastingen vragen (op verschillende niveaus)
o (bv. België = federale overheid, maar ook op andere niveaus): dus gemeenschappen, gewesten,
Europa kunnen ook belastingen heffen.
- Om uitgaven te doen in het algemeen belang: belastingen zijn bestemd om algemene uitgaven van de
overheid te dekken
o De persoon die belasting afdraagt heeft geen directe inspraak over datgene wat met het geld
gebeurd. (bv. jij betaald belastingen, maar kan niet zelf kiezen waar jouw geld naartoe gaat => naar
defentie). Dit systeem heb je wel in Duitsland, maar wij hebben dit niet want we geven door de
verkiezingen die keuzevrijheid aan de volksvertegenwoordigers.
Retributies: een heffing die enkel bestemd is om een dienst, waar men vrijwillig om
gevraagd heeft, te vergoeden
Verhaalbelastingen: heffingen naar aanvang van openbare werken waarbij de overheid de
kosten verhaalt op de aangelanden
- Als belasting wordt erkend: de vraag of het een belasting is of een sociale zekerheidsbijdrage is een
theoretische discussie
Het is dus geen overkoepelend begrip, we moeten daarvoor naar de rechtsspraak en de rechtsleer kijken.
Fiscaal recht verzamelterm van wat belastingen zijn
De belastingwetgeving regelt de verhoudingen tussen de burgers en de overheid, waardoor de fiscale wetgeving deel
uitmaakt van het nationaal publiekrecht
Besluit: landen over de hele wereld hebben belastingen nodig en gaan zich hierdoor als staat organiseren.
Analyse grafiek:
België heeft het
hoogste
overheidsbeslag
(meeste
belastingen –
meer dan 50%).
Hoofdkenmerken van “een belasting”
3
, - Het financieel doel – het dekken en financieren van overheidsuitgaven
- Betreft diensten van openbaar nut (inrichten van onderwijs, voorzien van gezondheidszorg…)
- Beoogt geen ‘individueel’ toewijsbare tegenprestatie
- Het dwingend karakter: afdwingbaar via administratieve ofwel strafrechtelijke sancties
- Europees Hof voor de Rechten van de Mens hanteert principe “non bis in idem”
- Wet 20 september 2012 bevestigt het ‘una via’-principe
De uitvoering van belastingwetten
- De uitvoering van fiscale wetgeving is in de handen van de minister van financiën
DE INKOMSTEN VAN DE OVERHEID
Fiscale inkomsten
- Belastingen
- Directe belastingen
- Belastingen die geheven worden naar aanvang van de verwerving van een inkomen
- = inkomstenbelastingen (art 1 WIB) (kunnen verder ingedeeld worden)
- De personenbelasting
- De vennootschapsbelasting
- De rechtspersonenbelasting
- De belasting der niet-inwoners
- De met inkomstenbelastingen gelijkgestelde belasting
- Verkeersbelasting op autovoertuigen
- Belasting op de inverkeerstelling
- Kilometerheffing
- …
- Indirecte belastingen
- Belastingen die verschuldigd zijn naar aanvang van een materiële of juridische handeling
- Btw, douanerechten, accijnzen
- Registratiebelasting
- De erfbelasting
- Het recht op geschriften
- Diverse rechten en taksen
Niet-fiscale inkomsten
- Staan los van verplichte belastingen
- Hoofdzakelijk afkomstig uit het aandeel van de staat in de jaarlijkse winsten van de nationale bank
- Opbrengst onroerende goederen, verkoop goederen en diensten, ontvangst opgelegde boetes,…
Overheidsinkomsten die geen belastingen zijn (! Examenvraag!)
Er zijn dus een aantal belastingen die een individuele dienst inhouden en dus niet zoals belastingen in het
algemeen belang zijn
- = hier is het doel een individuele tegenprestatie en dus niet zoals bij belastingen in het algemeen belang. Bv.
parkeerretributie: je betaald dit om je voertuig te mogen parkeren, je hebt dus een tegenprestatie gekregen,
maar bij personenbelastingen kan je dit niet zeggen dat er een individuele tegenprestatie is geweest.
- Een retributie is een vergoeding die de overheid van bepaalde heffings-plichtigen vordert als tegenprestatie
voor de levering van een bijzondere dienst in hun persoonlijk belang of de toestemming voor een
rechtstreeks bijzonder voordeel. Voorbeelden zijn het gebruik van de sporthal, de toegang tot een museum,
de inname van een standplaats op een kermis, de parkeerretributie, tolgelden voor gebruik van bruggen, enz.
…)
- Soms is verschil met een belasting moeilijk te maken bv. ”urbanisatiebelasting”. Deze verhaalbelasting wordt
forfaitair doorgerekend aan een groep van mensen en is niet steeds gebonden aan specifieke werken
- ‘Toetsing’ van deze administratieve maatregel mogelijk door Raad van State
- Vernietiging van de retributies voor de behandeling van aanvragen voor een machtiging tot verblijf
- Bij arrest nr. 245.404 van 11 september 2019 heeft de Raad van State een koninklijk besluit van 16
februari 2015 vernietigd waarin het bedrag en de wijze van inning bepaald werd van de bijdrage die
vreemdelingen verschuldigd zijn om de kosten te dekken van hun aanvraag voor een machtiging tot
verblijf.
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur hogenstudent16. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €10,66. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.