Cluster abdomen, Geneeskunde jaar 3, Maastricht Un (GEN3002)
Notes de cours
Alle verplichte colleges volledig uitgewerkt
0 vue 0 fois vendu
Cours
Cluster abdomen, Geneeskunde jaar 3, Maastricht Un (GEN3002)
Établissement
Maastricht University (UM)
Hierin staan alle verplichte colleges van het blok abdomen. Het bestaat dus uit 3 anatomie colleges, 3 medische microbiologie colleges, 3 celbiologie colleges en 1 radiotherapie colleges. Fysiologie zit er niet bij omdat dit elk blok verschillend is.
Cluster abdomen, Geneeskunde jaar 3, Maastricht Un (GEN3002)
Tous les documents sur ce sujet (20)
Vendeur
S'abonner
britbeunis
Avis reçus
Aperçu du contenu
College anatomie bekken
De inwendige opening van het lieskanaal is ook te zien, bij vrouwen loopt hiet het
ligamenten terus rotundum/ uteri doorheen. 3 schuine buikspieren, quatratus lumborum en
psoas major en minor (relatie met colon belangrijk),
a. en v. ovarium → gaat door ligamentum suspensorum naar het ovarium.
Je ziet ook het traject van de ureter over de iliaca en loopt heel nauw bij het ligamentum
uterosacrale. Wervelkolom, aorta en v. cava inferior te zien. V. iliaca communis links moet
onder de v. iliaca communis rechts duiken, waarbij het meturner syndroom (nutcracker
syndrom/nootklemmer) kan voorkomen. Kijkend naar de aorta zien we ook de plexus
hypogastricus superior lopen.
Kruising met de genadale vaten (ovarica)
Ligamenten suspensorium ovarium
Colon ascendens. 3 longitudinale spierbanden, de tunicae coli. 2 belangrijke klinische
aspecten; de basis leidt altijd naar de appendix en divertikels zich aan weerszijden van zo’n
tenicae voordoen. En naar het rectum gaat de tenicae weer divergeren.
Corona mortis: van epigastica inferior naar de obturatoria vlak langs os pubis.
Urether heeft nauwe relatie met uterosacrale ligament.
,TOPOGRAFIE
Donkergroen geeft het kleine bekken weer (true pelvis). Dat
correspondeerd met de linea arcuata en met grofweg de onderhand
van het peritoneum. Deze lijn is ook van belang als je pijnlijke pevis
gaat bespreken. Dat kleine bekken wordt ingedeeld in 2
compartimenten; een is boven de levator ani (supra levatorische
ruimte/supperitoneale ruimte) en onder de levator ani (infra
levatorische ruimte/fossa ischeo analis).
Lichtgroen is transitie zone: mag zowel buik als bekken genoemd
worden.
Oranje = supralevatorische
ruimte/subperatoniale ruimte.
Groen = infralevatorische ruimte
(fossa inschioanalis)
Rode punt is de linea arcuata.
De uterus ligt strict genomen retroperitoneaal, in ieder geval ontwikkeld deze retro. Maar hij
heeft zich naar boven toe in het peritoneum omhooggeduwd dus intraperitoniaal. Funtioneel
ligt de uterus dus intra, ofwel secundair intra.
Laagste punt buikholte is cacum douglasi. Blaas en rectum retroperitoneaal.
Als de blaas zich vult, komt deze omhoog en dan moet er een mooi glijvlak zitten: dat doet
het cavum Douglasi. De ligamenten worden als meso’s beschreven. Bij de man is het cavum
Douglasi de excavatio rectovescicalis.
,Het spatio retropubicum zit achter het os pubis en dat is dus het cavum van Retzi →
presubperitoneaal, voor de blaas en dat is een belangrijke plek voor de
liesbruikpathalogieën. Fascie Denouvillier maakt een scherpe begrenzing tussen rectum en
blaas. Bekken bestaat uit heel veel fascies
, VASULARISATIE
Regel van 3: blaas, rectum en uterus; alle 3 hebben 2
vaatjes.
1. Blaas: a. vescicalis inferior en a. vescicalis superior/
a. umbilicalis. Dat komt terug uit de embryologie, het
vat zet zich voort als wat vroeger de a. umbilicalis
echt was, dat vormt nu de plooi de plica umbilicalis
medialis.
2. Rectum: a. rectalis inferior en a. rectalis media. Er is
een 3de vaatje maar die komt niet uit het
bekkensysteem; a. rectalis superior komt van a.
mesenterica inferior. De a. rectalis inferior komt uit
de a. pudenda interna (belangrijke). Deze arterie
gaat niet door de bekkenbodem maar loopt achterlangs het
bekken uit achter de spina ischiadia en loopt dan terug het
bekken in om dan infralavatorisch uit te komen en dat geeft
dan nog takjes voor de peri-anale regio af → canalis
pudendalis/ kanaal van Alcock. Dat kanaal bevindt zich in de
duplicatuur van de obturatoris internus fascia. Bij het foramen
obturatorius dubbelt de fascia wat en dat is het kanaal van
Alcock. Het bloedvat gaat dus eigenlijk eerst het bekken uit en
dan draait die om de ischiadica en dan komt die onder de
levator ani te zitten ipv dat die er recht doorheen gaat. De
levator ani heeft de oorsprong van de spina ischiadica naar
het os pubis: de arcus tendineus levator ani.
3. Takje voor de uterus en de vagina. Bij de rode stip zien we de a. obturatoria die door
de hiatus obturadorius gaat samen met de hiatus obturatorius die tegen het os pubis
aanligt. Bij de bevaling kan er frictie op komen en dat kan zich uitstralen als pijn aan
de mediale zijde van het bovenbeen.
Bij man laat je de uterovaginale tak weg. Er is meteen een obturatorius, vescicalis superior en
meteen daarna de vescicalis inferior (voor voorziening prostaat). Rectalis media, rectalis
inferior en een lange pudenda die dorsalis penis wordt en de vene dorsalis penis gaat op in
plexis van de prostaat.
Vescicularis inferior is voor zowel arterieel als veneus belangrijk voor de man. Niet de enige
weg om veneus te draineren voor de prostaat. Ook lumbale veneuze plexus.
De a. dorsalis pedis komt ook uit de pudenda interna: achter bekken uit, onder langs
bekkenbodem de penis in. De v. dorsalis penis heeft een rechtstreeks verloop: door bekken
terug en draineert bij prostaat die met name in v. vescicalis superieur loopt.
Er is ook een lumbale route via v. lumbalis die eindigt in het zygos systeem maar het staat
ook in contact met de vertebrale vene plexus en zelfs die van het ruggenmerg: de Baxton’s
plexus die zelf tot intracraniaal loopt en die plexus heeft geen kleppen. De bloedstroom
richting kan variëren tussen individuen. Drainage van de prostaat is dus dubbel.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur britbeunis. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €10,66. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.