CRIMINALITEITSVORMEN EN MISDRIJVEN
1. Inleiding: criminaliteit in het alledaagse leven
“Belgische vrouwen vaak slachtoffer van verkrachting”
- Cijfers van bepaald land afhankelijk van welke definitie van verkrachting wordt toegepast
“het strafwetboek stamt uit de tijd toen men diefstal even erg vond als losse handjes”
“Putin approves legal change that decriminalizes some domestic violence”
- Tegenstrijdig met andere hedendaagse ontwikkelingen in strafrecht
“aanpak genitale verminking hoog op de agenda”
“The burkini ban: what it really means when we criminalise clothes”
- Opvattingen over kledij die al dan niet verboden wordt is aan verandering onderhevig
“cannabis legaliseren of hard vervolgen?”
- Actueel debat dat opleeft agv drugsgeweld in Antwerpen
“in België is er geen aandacht voor loverboys” -> “fenomeen tienerpooiers in opmars”
- Begrip ‘loverboys’ vervangen door ‘tienerpooiers’
- Thema is sinds kort meer in de aandacht gekomen
2. Wat is criminaliteit?
De niet-vergelijking met de appel:
- Kunnen criminaliteit niet met een appel vergelijken: als je een appel ziet, dan weet je meteen
dat het een appel is, zal morgen nog steeds een appel zijn en was dat 100 jaar geleden ook
- Bij criminaliteit is dit totaal niet het geval: veel vormen van criminaliteit vandaag de dag
waren dat 100 jaar geleden niet en ook in de toekomst zal dit veranderen
- beweging in definities (bv. fenomenen die plots opduiken zoals tienerpooiers, wraakporno…)
Waarom is de definitiekwestie zo belangrijk voor de criminologie?
Invloed op allerhande zaken:
1) Het voorwerp van de criminologie wordt bepaald door de wijze waarop criminologie wordt
gedefinieerd (tenzij we ons losmaken van de strafrechtelijke defintie)
2) Hoeveel criminaliteit?
- Wat moeten we tellen? Hoe moeten we tellen? Is tellen wel zinvol?
- Cfr criminografie, discussies over zin en onzin van criminaliteitsstatistieken en surveys,
kwantitatieve vs kwalitatieve onderzoeksmethoden enzovoort
3) Wetenschappelijk karakter van de criminologie?
- Fundamenteel of toegepast? / Zelfstandige wetenschap of hulpwetenschap?
‘We are compelled to admit that ‘criminology’ as traditionally conceived is a bastard
science grown out of public preoccupation with a social plague’ (Sellin 1938: 3)
4) Theoretische en methodologische voorkeuren van de criminoloog
- Eigen meetinstrumenten of andermans meetinstrumenten? Betrouwbare cijfers?
Opvattingen over criminaliteit veranderen in samenhang met biografische en sociale ontwikkelingen
- Omschrijving of definitie van gedrag als wel of niet misdadig is afhankelijk vd context waarin
het plaatsvindt, de gevolgen en degene(n) die het definiëren: sociale constructie
Belangrijkste kenmerken/eigenschappen van criminaliteit als sociaal verschijnsel zijn
ontleend aan menselijke afspraken of conventies
- Zowel alledaagse als strafrechtelijke definities zijn aan tijd en plaats gebonden
1
, 2.1 alledaagse definities van criminaliteit
Rol van eigen ervaringen en achtergronden
- personen die meer/minder bezig zijn of in contact komen met criminaliteit geven andere
invulling aan criminaliteit
De rol van de media: spelen in rol in welke criminele gebeurtenissen meer aandacht krijgen
- dragen bij tot het in stand houden van stereotype criminaliteitsbeelden en het verstrekken
van kennis over ‘nieuwe’ vormen van criminaliteit
- maken van geweldsmisdrijven veel meer ophef dan van andere vormen van misdadigheid:
voeden angst voor criminaliteit (maar geweldscriminaliteit kan ook fascineren)
Aandacht voor bepaalde misdrijven:
- Boemanconcept (Hoefnagels): ‘de veronderstelling over misdadigers, waarin op irrationele
gronden negatieve kenmerken aan hen worden toegeschreven’
- Telelensreflex: ‘Veel zien van heel weinig en zonder context. Meestal het schokeffect van een
misdaad zien’
Bv. media-aandacht voor één geweldsmisdrijf met dodelijke afloop: wekt valse indruk
dat deze misdrijven op grote schaal worden gepleegd
Aandacht voor de straf(maat): gevangenis of niet
- Laatste jaren is er tendens om ook uitvoerig te berichten over opgelegde straf
Aandacht voor bepaalde groepen (hangt samen met Boemanconcept)
- Jaren ’70: onderzoek naar reacties op voetbalvandalisme of bepaalde groepen (jeugdbendes,
illegalen) -> heeft geleid tot introductie van ‘morele paniek’ (elkaar versterkende en
disproportionele reacties vd media, politici en publiek op deviante verschijnselen die worden
ervaren als bedreigend of ondermijnend voor maatschappelijke waarden en belangen)
Media en publieke verontwaardiging
- Media als klankbord om publieke verontwaardiging te uiten of soms ook op te wekken
- Bv. witte marsen in België als protest tegen situatie rond Marc Dutroux
Justitiële overheid legitimeert het eigen beleid en de daarin gestelde politieke prioriteiten via
massamedia (Brants)
Ernst van criminaliteit: hoe ernstig men criminele gebeurtenis zal vinden is sterk afhankelijk van…
- Belang van de geschonden norm (hoe verkeerd is het)
- Aard van het slachtofferschap (geen doden, ernstig gewonden, slachtofferloos)
- Aard en zwaarte van de ‘juiste’ reactie dan wel de straf
2.2 strafrechtelijke definities van criminaliteit
Criminaliteit is ...wat in het strafwetboek staat: strafrechtelijke definities door meerderheid aanvaard
- Uitzondering: Van Swaaningen (kritische criminologie stelt SR ter discussie)
Strafrechtelijke definitie en rol van het overheidsoptreden: processen van criminalisering en
decriminalisering
- criminalisering: gedragingen strafbaar stellen
gevolg: bepaalde gedragingen krijgen ‘criminele’ etiket
strafbaarstelling (primair) en opsporing/vervolging/berechting (secundair)
- decriminalisering: gedragingen niet langer als strafbaar stellen (kan soms nog wel in het
strafwetboek staan maar er wordt geen bestraffing meer opgelegd) ≈ gedoogbeleid
nadat gedurende enige tijd geen straffen meer zijn opgelegd, volgt een periode
waarin de overheid bewust beslist om vervolging en opsporing te laten vallen
2
,Waarom (de)criminaliseren? Drie perspectieven:
- Consensus: algemene overeenstemming dat bepaalde gedragingen als criminaliteit moeten
worden aanzien en worden behandeld, wetten als resultaat van consensus
Goed geïntegreerde samenleving – burgers zijn het eens over wat goed en kwaad is
Durkheim: strafbaarstellingen als weerspiegeling van collectieve bewustzijn
Staat als instrument om gedeelde moraal tot uitdrukking te brengen
- Pluralisme: samenleving is samengesteld uit verschillende groepen met eigen belangen en
opvattingen over het goede leven en over wat criminaliteit is, verschillende visies die kunnen
botsen met elkaar, het debat zelf over criminaliteitsdefinitie wordt niet in vraag gesteld
Groepen zijn het onderling eens over de manier waarop conflicten over waarden en
belangen moeten worden opgelost: neutraal niet waarden- en belangengebonden
systeem van regels dat functioneert in het algemeen belang
Dynamischer mbt formele en materiële regels dan consensusperspectief
- Conflict: strafrecht als instrument in klassenstrijd, in strafrecht vastgelegde regels gezien als
uitkomsten van strijd of conflict tussen groepen met verschillende opvattingen
Strafrechtsregels als resultaat van macht: groepen met meeste macht leggen regels
vast wat wel en niet in hun belang is en wat daarom strafbaar is of niet
Maatschappijkritische, marxistische visie
Deviantiesociologie en aandacht voor strafbaarstelling
- Deviantiesociologie en proces van etikettering
Reacties staat centraal (met strafbaarstelling als een belangrijke vorm van reageren)
- Complexiteit van causaliteitsvraagstuk
- Reactie die zelf criminogeen kan zijn t.g.v. impact van stigmatiserende stempel
- Sociale controle-instellingen komen in het vizier
- ‘…older sociology tended to rest heavily upon the idea that deviance leads to social control. I
have come to believe that the reverse idea, i.e. social control leads to deviance, is equally
tenable and the potentially richer premise for studying deviance in modern society’ (Lemert)
- Deviantie als beter onderzoeksobject beschouwd dan criminaliteit: afwijkend gedrag op zich
bestaat niet, maar gedrag krijgt betekenis binnen een situatie
- Etiketteringsperspectief Becker: sociale groepen brengen deviantie tot stand door regels te
formuleren die deviantie opleveren als ze worden overtreden, en door die regels toe te
passen op gedragingen van bepaalde mensen en hen te bestempelen als buitenstaanders
Morele verontwaardiging en morele kruisvaarders
- Criminaliteit als ‘sociale constructie’: geen natuurlijk gegeven
- De rol van de media bij ‘deviance amplification’: versterkend effect
- De rol van de ‘morele kruisvaarders’: bepaalde figuren die vanop barricades bepaalde
onderwerpen in de schijnwerpers plaatsen
Stanley Cohen (1942-2013) en ‘morele paniek‘
- Auteur van Folk Devils and Moral Panics: The Creation of the Mods and Rockers (1972)
Subculturen mods vs rockers: vechtpartijen, vandalisme…
Cohen bestudeert wat er precies gebeurd in deze casus, hij stelt verschillende
beelden vast: jongeren op strand/discotheek – rechtbank – media
- ‘To point to the complexities of the relationship between social objects and their
interpretation is ...the whole point of studying deviance and social control’ (Cohen 2002)
3
, ‘Societies appear to be subject, every now and then, to periods of moral panic. (1) A condition, episode, person
or group of persons emerges to become defined as a threat to social values and interests; (2) its nature is
presented in a stylized and stereotypical fashion by the mass media; (3) the moral barricades are manned by
editors, bishops, politicians and other right-thinking people; (4) socially accredited experts pronounce their
diagnoses and solutions; (5) ways of coping are evolved or (more often) resorted to; (6) the condition then
disappears, submerges or deteriorates and becomes more visible. Sometimes the object of the panic is quite
novel and at other times it is something which has been in existence long enough, but suddenly appears in the
limelight. Sometimes the panic passes over and is forgotten, except in folklore and collective memory; at other
times it has more serious and long-lasting repercussions and might produce such changes as those in legal and
social policy or even in the way the society conceives itself’
Vijf elementen van morele paniek:
- Bezorgdheid (omtrent gedrag van groepen in samenleving waarbij men ervan uitgaat dat
deze gedragingen een negatieve impact heeft op de samenleving)
- Vijandigheid (t.o.v. de groep die bezorgdheid veroorzaakt)
- Consensus (over waar vijand zich situeert)
- Disproportionaliteit (wijze waarop er wordt gereageerd op bedreiging is buiten proportie)
- Volatiliteit (morele paniek komt en verdwijnt weer)
Contextueel constructivisme van Joel Best
- Joel Best, auteur van o.m. Random Violence (1999)
- Hoe identificeert een samenleving bepaalde gebeurtenissen of incidenten als ‘problematisch’
en komt het o.m. tot strafbaarstelling?
Joel Best onderscheidt 4 groepen: massa media – activisten – overheid – experten
- Brengen bepaald fenomeen onder de aandacht -> herdefiniëring als sociaal probleem
- Deze 4 fenomenen zouden er baat bij hebben dat nieuwe criminaliteit ontstaat
Media: nieuwe verhalen
Activisten: nieuwe thema’s die ze kunnen mobiliseren
Overheid: mogelijkheid om zich zichtbaar te tonen
Experten: nieuwe manier om expertise (en verklaringen/oplossingen) te tonen
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur tiachampagne. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,16. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.