Financiële analyse van de onderneming
HOOFDSTUK 1: INLEIDING
1) Onderneming, toegevoegde waarde & belanghebbenden
Een onderneming • Organisatie waar productiefactoren input omzetten tot output die afzet vinden
tegen een door markt aanvaarde prijs
Toegevoegde waarde • = Waarde van geproduceerde en verkochte goederen en diensten – waarde van
aangekochte en verbruikte goederen en diensten
• = waarde van productie – intermediair verbruik
• Dient als vergoeding voor:
Ø Personeel
Ø Materiële en immateriële uitrusting à afschrijvingen...
Ø Financieel kapitaal à rente op vreemd vermogen
Ø Overheidsinfrastructuur à onderwijs, gezondheidszorg
Economie • 1 groot netwerk van ondernemingen
• Output ene onderneming à input andere onderneming
• Gecumuleerde toegevoegde waarde à Bruto Binnenlands Product
2) Rol van financiële analyse
Doel • Financiële toestand onderneming doorlichten op grond van historische
gegevens
• Prognose afleiden à inzicht verkrijgen in mogelijke toekomstige evolutie
3) Basiselementen
Wanneer is een • Als ze erin slaagt contractuele relaties met alle belanghebbenden op continue
onderneming ‘succesvol’ wijze te honoreren
• Brengt globaal voldoende toegevoegde waarde voort om alle
productiefactoren aangepast te vergoeden
Restgrootheid • Bedrag dat overblijft na vergoeding alle andere productiefactoren à winst na
belastingen die toekomt aan aandeelhouders
Rendabiliteit • Vergelijking van opbrengsten en kosten
• O.b.v. resultatenrekening
• Voldoende rendabiliteit à verschil opbrengsten en kosten voldoende in
vergelijking met geïnvesteerd vermogen (balans)
Liquiditeit • Vergelijking van kasinkomsten met kasuitgaven
• Liquiditeitstekort à als inkomsten onvoldoende zijn om uitgaven te dragen &
er geen bijkomende financiering gevonden kan worden
• Hierdoor kan onderneming failliet gaan
Solvabiliteit = schuldgraad • Verband met rendabiliteit à financiële hefboom
Ø In mate dat geïnvesteerde middelen meer renderen dan kost aangetrokken
schuldfinanciering à overschot aan aandelenkapitaal à rendabiliteit naar
omhoog
• Verband met liquiditeit à naarmate ondernemingen investeringen minder met
eigen middelen en meer met schulden financiert à verplichtingen tot
intrestbetaling & schuldaflossing groter
4) Doelstelling
Beleggers in aandelen • Geïnteresseerd in dividenden
Schuldeisers • Geïnteresseerd in vraag of onderneming in staat zal zijn interesten te
betalen/leningen af te lossen...
• Vooral in liquiditeit en evolutie van onderneming
DEEL 1: ENKELVOUDIGE JAARREKENING VAN VENNOOTSCHAP EN KASSTROMEN
HOOFDSTUK 2: ENKELVOUDIGE (=STATUTAIRE) JAARREKENING VAN VENNOOTSCHAP VOLGENS
VENNOOTSCHAPSWETGEVING
1) Toepassingsgebied
Wie moet jaarrekening • Elke boekhoudplichtige onderneming
opstellen?
Welk schema bij welk • Kooplieden, natuurlijke personen à geen schema
soort onderneming? • Microvennootschappen à micro-schema
• Kleine, niet-genoteerde vennootschappen à verkort schema
• Alle andere (ook kleine, genoteerde vennootschap) à volledig schema
Voorwaarden grote • Als ze meer dan 1 van volgende drempels overschrijden:
vennootschappen Ø Jaargemiddelde aantal werknemers > 50
Ø Jaaromzet (exc. Btw) = omzet > 9 000 000 euro
Ø Balanstotaal > 4 500 000 euro
• Slechts gevolgen voor boekjaar dat volgt op boekjaar waarin 2e maal 1 van
criteria overschreden worden
Voorwaarden micro- • Kleine, niet-genoteerde vennootschappen met rechtspersoonlijkheid
vennootschappen • Hebben geen dochter- of moederonderneming
• Micro-schema als ze niet meer dan 1 criteria overschrijden:
Ø Personeel > 10
Ø Omzet > 700 000 euro
Ø Balanstotaal > 350 000 euro
Enkelvoudige vs. geconso- • 1 juridische entiteit vs. groep van ondernemingen
lideerde jaarrekening • Als vennootschap met 1 of meer andere ondernemingen verbonden is
Ø Omzet en balanstotaal op geconsolideerde basis berekenen
Ø Aantal werknemers optellen
Kapitaalloos vs. kapitaal • Kapitaal à NV
• Kapitaalloos à BV à inbreng
Ø Geen startkapitaal
Ø Voldoende inbreng om activiteiten te financiëren
Openbaarmaking • = neerleggen
• Alle vennootschappen, behalve
Ø Kleine vennootschappen in vorm VOF, commanditaire vennootschap
Ø VOF, commanditaire vennootschap & Europese economische samenwerk-
ingsverbanden à alle onbeperkte aansprakelijke vennoten à natuurlijke
personen
• Natuurlijke personen à geen verplichting
Verkort schema tov • Balans
volledig schema Ø FVA, voorraden, geldbeleggingen, financiële en handelsschulden > 1j à niet
verder/minder opgesplitst
• Resultatenrekening
Ø Bedrijfsopbrengsten & handelsgoederen, grond- en hulpstoien & diensten
en diverse goederen à samengevoegd tot brutomarge
Ø Recurrente financiële oprengsten/kosten à niet verder opgesplitst (soms
wel infor in toelichting)
• Toelichting + sociale balans
Ø Beknopter
Hoe bedragen uitdrukken • In euro
• Zonder decimalen
Andere neer te leggen • Jaarverslag à verplicht voor grote & kleine, genoteerde vennootschappen
documenten Ø Kan belangrijke info bevatten ivm financiële situatie onderneming
• Controleverslag
• Verslag van betalingen aan overheden
• Sociale balans
3) Boekhoudprincipes
Uitgangspunten • Ondernemingsentiteit
• Uitdrukking in geldwaarde
Ø 1 gemeenschappelijke waardemeter à munt (euro)
• Bestendigheid
Ø Niet jaar na jaar iets anders doen
Ø Bv. als je herwaarderingsstelsel gebruikt à elk jaar toepassen
• Continuïteit
Ø Ervan uitgaan dat onderneming onbeperkte levensduur heeft & in staat is
doelstellingen op lange termijn te verwezenlijken
Ondernemingsentiteit • Boekhouding wordt gemaakt voor onderneming, niet voor aandeelhouders
• Bv. opties
Ø Calloptie = recht om aandeel te kopen tegen vaste prijs
è Aandeel = 100, strike = 95 ⟹ optie = 5
Ø Putoptie = recht om aandeel te verkopen tegen vaste prijs
è Aandeel = 90, strike = 95 ⟹ optie = 5
Ø Personeelopties à in boekhouding opnemen of niet? Bij deze vraag niet
kijken naar belang aandeelhouders
Vaststellen van • Verantwoordingsstukken
gebeurtenissen Ø Elke boeking gebeurt adhv gedagtekend verantwoordingsstuk
• Volledigheid
Ø Alle feiten moeten verwerkt worden
• Niet-compensatie
Ø Geen compensatie tussen tegoeden en schulden
• Toerekening kosten en opbrengsten aan periode
Waarderingsbeginselen • Individuele waardering
Ø Voor elk object/groep van gelijksoortige objecten à aangepaste
waarderingsregel
• Voorzichtigheid
Ø Financiële toestand niet gunstiger voorstellen dat het in werkelijkheid is
• Objectiviteit
Ø Waardering baseren op betrouwbare methoden & controleerbare gegevens
Ø Moet vrij zijn van vooroordelen & subjectieve invloeden
• Relevantie
Ø Moet alle gegevens bevatten die beslissingen informatiegebruiker kunnen
beïnvloeden
Rapporteringsbeginselen • Periodiciteit
Ø Telkens even lange periode
• Vergelijkbaarheid
Ø Vorm en inhoud à moeten vergelijken mogelijk maken
3
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur mauddepermentier. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.