Les 1.1: botstructuren en ligamenten thv de knie
Patella
Uitgangshouding: ruglig (knie in ext.)
Palpatie: vrij prominent
- Proximale pool: bemoeilijkt door aanhechting M. Quadriceps Femoris (gehele quad.)
- Distale pool: bemoeilijkt want gelegen in vetpad van Hofa + aanhechting patella pees
- Lateraal en mediaal: indien moeilijk => duwen in richting dat we palperen vb. mediale
palpatie: duw patella richting mediaal
Facies patellaris (ossis) femoris
Uitgangshouding: zit (knie flex.)
Palpatie:
- Mediaal: zoeken naar overgang FPF en mediale condyl (gevoel = richel) => overgang
proximaal en mediaal van patella
- Lateraal: werking gelijk, verschil => gaat cranialer liggen (meer proximaal)
Extra:
- In video duidt infrapatellaire pool aan omdat contouren patella duidelijk in deze positie
zouden zijn
Ligamentum patellae (= referentiestructuur)
Uitgangshouding: zit (knie flex.)
Palpatie:
- Mediaal: vertrekken aan distale pool, bewegen mediaal en haken in => dit van proximaal
naar distaal tot aan de TT
- Lateraal: werking gelijk
Info:
- Proximaal dikker dan distaal
- Verbindt distale pool patella met tuberositas tibiae
Articularis genu mediale (mediale gewrichtsspleet)
Uitgangshouding: zit (knie flex.)
Palpatie:
- Vertrekken op Lig. patellae => voelen waar vinger wegzakt in diepte, dit is juiste hoogte
- Mediaal palpeerbaar tot dorsaal: hier moeilijker, meer kracht en inhaken
- Werking = onder en boven controleren
Info:
- Onder = mediaal tibiae plateau & boven = mediale femurcondyl
Ligamentum collaterale mediale (mediale band)
Uitgangshouding: zit (knie flex.)
Palpatie:
- Anterieur: vertrekken op gewrichtsspleet, duwactie tot uit gewricht geduwd wordt
- Posterieur: inhaking van post. naar ant.
- Werking = duwen en inhaken
Info:
- Normale breedte = 2cm & band = sterke kapselverdikker
- Vermijdt VALGUSSTRESS (= abductie onderbeen)
Tuberculum adductorium
Uitgangshouding: zit (knie flex.)
,Palpatie:
- Vertrekken dorsaal deel van mediale gewrichtsspleet, 2 cm ventraal (omhoog) op dijbeen,
hier zitten we op band, dan trekken naar distaal (weg van been)
Info:
- Afgrenzing kan scherp zijn
- Botverhevenheid = deel van epicondylus medialis femoris
- Aangrenzing van M. Adductor Magnus
- Proximale rand palpeerbaar (aanduiden halve cirkel), ventrale rand niet palp.
Laterale structuren knie: P in zit, 1 been op tafel en te palperen been afhangend, T zit tussen benen
Articulatio genu laterale (laterale gewrichtsspleet)
Palpatie:
- Vertrekken van Lig. patellae lateraal, krachtig naar dij aanduwen
- Tussen onder en boven inkeping (moeilijker dan mediaal), van lateraal tot posterieur
- Opnieuw posterieur inhaken (kracht)
Info:
- Boven = laterale femurcondyl & onder = lateraal tibia plateau
- Beide gewrichtsspleten verlopen in uitgangsh. normaal perfect horizontaal
Ligamentum collaterale laterale (laterale band)
Palpatie:
- Vertrekken posterieur (achteraan) en inhaken
Verifiëren:
- Op rek brengen: 4 teken => enkel van te palperen been op ander bovenbeen, T duwt been
neerwaarts (varusdruk initiëren)
Info:
- Minder breed + extra prominent (want extra-articulair ligament)
- Vermijdt VARUSSTRESS (= adductie onderbeen)
- Tractus Iliotibialis (peesblad) maakt palpatie moeilijker
Caput fibulae (fibula condyl)
Palpatie:
- Techniek 1: hand posterolateraal plaatsen op onderbeen, botverhevenheid hieronder
- Aftekenen: voorzijde duim, achterzijde wijsvinger => hiertussen VERTICALE lijn
- Techniek 2: M. Biceps Femoris hecht hierop aan => pees volgen tot op bot
Info:
- Techniek 2 rustig: N. Peroneus Communis rond fibulakop
Tuberculum van Gerdy (tibia condyl) (= referentiestructuur)
Palpatie:
- Grote botverhevenheid naast Lig. patellae
Info:
- Referentiestructuur want aanhechting van Tractus Iliotibialis
Les 1.2 botstructuren onderbeen en mediale voet DEMO 1
Fibula
Uitgangshouding: lig (knie ext.)
, Palpatie:
- Distale 3de: goed palpeerbaar tussen (posterieur) pees van M. Peroneus Longus en
(anterieur) M. Extensor digitorum Longus
- Voelen ronde structuur corpus fibulae tot aan malleolus lateralis
Corpus tibiae
Uitgangshouding: lig (knie ext.)
Palpatie:
- Margo anterius: goed voelbaar => vaak scherp (& bobbelig afh van trauma’s)
- Facies medialis: proximaal vrij plat, naar distaal toe tot meer rond (malleolus medialis)
- Margo medialis: nog meer posterieur (langs binnen) => scherpe rand, vingers inhaken
Info: over gehele lengte (tuberositas tibiae => malleolus medialis) goed palpeerbaar
Malleolus medialis (= referentiestructuur)
Uitgangshouding: lig met knie FLEXIE
Palpatie:
- Onderrand aanduiden => bemoeilijkt door Lig. deltoideum (spreidt hier uit), door
adductie/supinatie (inversie) ligament ontspannen => in deze pos. aftekenen
Info:
- = verlengde van tibia
Talus (ventromediale hoek)
Uitgangshouding: lig (knie ext.) + lichte plantairflexie
Palpatie:
- Vuist = talus & vingers = malleolus medialis & topje pink knobbel = VM-hoek
- Vertrekken van uit MM, naar anterieur, dan aandrukken (botverhevenheid)
Verifiëren:
- Voet naar dorsiflexie, terwijl vinger op VM-hoek => zou moeten wegduiken
Info:
- Te distaal tussen tibialis anterior en posterior => caput tali/corpus van talus, ook
botverhevenheid (NIET voor ons)
- Tuberculum posterior tali (net onder MM) ook niet kennen
Calcaneus
Uitgangshouding: lig (knie ext.)
Palpatie:
- Tuber calcanei goed palpeerbaar
- Gelegen in verlengde van Achillespees
Info:
- Palpatie van posterieur op mediale zijde voet naar anterieur richting dikke teen => moeilijker
door voetzoolmusculatuur
Sustentaculum tali (talare)
Uitganshouding: lig (knie ext.)
Palpatie:
- Vertrekken vanuit voetzool (gelegen in verlengde tibia), recht naar tibia palperen met stevig
aandrukkende wijsvinger
- Zacht, rond en prominent en ovaalvormig
Verifiëren:
- Met andere hand ab- & adductie van calcaneus => kan zo makkelijker te onderscheiden zijn
- LET OP: voet in dorsiflexie en onder MM = tuberculum posterior tali