Dit document bevat alle sofia-oefeningen, inclusief voorbeelden en de ' regel' die bij elk onderwerp hoort. Ook zijn de werkcolleges en hoorcolleges er aan toegevoegd. Alle info staat geordend volgens woordniveau, zinsniveau en tekstniveau. Er staan voorbeelden in (vb. wanneer schrijf je hoofdlette...
Juridisch Nederlands sofia oefeningen.........................................................2
Woordniveau.............................................................................................2
1. Spelling..............................................................................................2
1.1. Aan elkaar, los, of met koppelteken?...........................................2
1.2 Hoofdletter of kleine letter? Punt of geen punt?...........................3
1.3 Uitdrukkingen met oude naamvalsvormen...................................4
2) Woordkeuze.......................................................................................4
2.1. Lexicale fouten............................................................................4
2.2. Lexicale fouten............................................................................4
2.3) lexicale fouten.............................................................................5
2.4) verwarrende verwanten..............................................................5
2.5) Voorzetsels..................................................................................5
Zinsniveau................................................................................................5
1.1. Juiste werkwoordsvorm................................................................5
2. Verwijzingen.......................................................................................6
2.1 grammaticaal geslacht.................................................................6
2.2 juiste verwijsvoord........................................................................7
3.1) beknopte bijzin............................................................................7
4.1) Samentrekkingen........................................................................8
6) beperkende of uitbereidende bijzin................................................8
Werkcollege..................................................................................................9
1) Woordniveau.........................................................................................9
1.1. Archaïsch........................................................................................9
1.2. Zware verwijswoorden/voorzet uitdrukkingen................................9
2. Zinsniveau............................................................................................9
3. tekstniveau.........................................................................................10
Wat zijn goede elementen van een tekst?...........................................10
Vormgeving (dus ook goede elementen van een tekst op tekstniveau)
.............................................................................................................10
Tussentitels..........................................................................................11
Alinea...................................................................................................11
Voorbeelden per schrijfstijl..................................................................12
1
, Welk probleem op zinsniveau maken de volgende zinnen moeilijk
leesbaar?.............................................................................................12
Hoorcolleges..............................................................................................13
Hoorcollege 1..........................................................................................13
Gallicismen..........................................................................................13
Belgicismen.........................................................................................13
Purismen..............................................................................................13
Verouderde woorden............................................................................14
Vreemde woorden................................................................................14
Woordovertolligheid.............................................................................14
Afkortingen: spelling............................................................................14
Hoorcollege 2..........................................................................................15
Zinsniveau: toegankelijk schrijven.......................................................15
Inbedding..........................................................................................15
Tangconstructies...............................................................................15
1) Lange aanloop.................................................................................15
2) Passief.............................................................................................15
3) Toekomende tijd..............................................................................15
4) Samentrekking; woordniveau..........................................................16
Juridisch Nederlands sofia oefeningen
Woordniveau
1. Spelling
1.1. Aan elkaar, los, of met koppelteken?
Indien er een samenstelling is van een woordgroep en een woord,
zijn alle onderdelen aan elkaar vast
o Langeafstandsraket
o Eersteministerportefeuille
o Tweedekansonderwijs
o Socialezekerheidswetgeving
o kortgedingrechter
Samenstelling van een uitheemse woordgroep en een woord? Je
schrijft een koppelteken tussen de verschillende delen van de
uitheemse woordgroep
o Pro-deoadvocaat
2
, o A-capellakoor
o Ad-hocbeslissing
o Bonus-pater-familaiscriterium
Indien er klinkerbotsing is, bijvoorbeeld e en e, dan schrijf je een
koppelteken
o Cassatie-ervaring
Kort geding is een woordgroep, en de verschillende onderdelen van
een woordgroep schrijf je los van elkaar
Bij woorden met een ‘speciale’ voor of nabepaling, schrijf je een
koppelteken
o Collega-vrederechter
o Proces-verbaal
Indien 2e deel een naam is van een auteur of inspirator, schrijf je een
koppelteken
o Wet-Franchimont
Woorden die beginnen met ‘privé’ , schrijf je aan elkaar
o Privéleven
Uitzondering hierop is indien er klinkerbotsing kan zijn
o Privé-initiatief
Namen met een woord aan toegevoegd schrijf je zoals altijd
o Raad van Statearrest
o Tweede kamerleden
1.2 Hoofdletter of kleine letter? Punt of geen punt?
Unieke rechtscolleges schrijf je met hoofdletters
o X het Grondwettelijk Hof
o X het Rekenhof
o X de Raad van State
o Senaatsvoorzitter
Rechtscolleges waar er meerdere van zijn, schrijf je met een kleine
letter
o De politierechtbank van Leuven
o V het hof van beroep te Gent
Namen van wetboeken schrijf je in hoofdletters
o Het Burgerlijk Wetboek
Initiaalwoorden = afkortingen die letter voor letter wordt
uitgesproken
o Zonder punt schrijven
o X nv
Initiaalwoorden die staan voor een soortnaam, schrijf je met kleine
letters
3
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Tinever. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,46. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.