het begint met de indeling van materie van anorganische en organische stoffen. Dan ga je verder naar de elementen, hun uitzonderingen en ionladingen. Je leert dan alles over de anorganische stoffen (stofklassen, formule- en naamgeving op alle mogelijke manieren, hen gebruik en hen reactiepatronen)....
Hoofdstuk 1 (indeling van materie)
Organische en anorganische stoffen
Organische stoffen = producten uit de levende natuur (vet, eiwitten, suiker…),
maar ook aardolieproducten (andere naam = koolstofverbindingen)
Anorganische stoffen = producten uit de levenloze natuur
(mineralen, gesteenten…), (andere naam = minerale verbindingen)
Ionladingen van de elementen
Bij de normale elementen:
De gevormde
De groep De naam
ionlading
Ia Alkalimetalen 1+
IIa Aardalkalimetalen 2+
IIIa Aardmetalen 3+
IVa Koolstofgroep 4+
Va Stikstofgroep 3-
VIa Zuurstofgroep 2-
VIIa halogenen 1-
Bij de elementen met meerdere mogelijke ionladingen:
❖ Meestal hebben ze als ionlading 2+
❖ Maar er zijn ook elementen met meerdere mogelijke ionladingen
Element Mogelijke ionlading
IJzer (Fe) Fe2+
OF Fe3+
Lood Pb) Pb2+ OF Pb4+
Koper (Cu) Cu2+ OF Cu+
Tin (Sn) Sn2+ OF Sn4+
De indeling van de anorganische stoffen
De 4 stofklassen:
Oxiden (O)
Een oxide is altijd een metaaloxide of een niet-metaaloxide
→ MO of nMO
Bv:
De naam eindigt altijd op -oxide CaO = een metaaloxide
P2O5 = een niet-metaaloxide
Hydroxiden (OH)
Het is altijd een metaalhydroxide (MOH)
→ maar omdat het altijd een metaalhydroxide is schrijf je ‘metaal’ er niet bij
De naam eindigt altijd op -hydroxide Bv: Mg(OH)2 = een hydroxide
Zuren (H)
Een zuur is waterstof (H) met daarachter een zuurrest (Z) → zuur = HZ
→ bestaat het uit 2 elementen = een binair zuur
→ (bv: HCl = een binair zuur)
→ bestaat het uit 3 elementen = een ternair zuur
→ (bv: HNO3 = een ternair zuur)
De naam eindigt altijd op ide, aat of iet.
Zouten
Zouten zijn een mix van hydroxiden en zuren
→ ze hebben vooraan een metaal met daarachter een zuurrest (= MZ)
→ bestaat het uit 2 elementen = een binair zout
→ (bv: CaS= een binair zout)
→ bestaat het uit 3 elementen = een ternair zout
→ (bv: Mg(NO3)2 = een ternair zout)
De naam eindigt altijd op ide, aat of iet.
, De naamgeving van de anorganische stoffen
Groep 1 (ionverbindingen met maar 1 mogelijke ionlading)
− De naam wordt zo kort mogelijk geschreven
Bv: K₂O = kaliumoxide
NaOH = natriumhydroxide
MgCl₂ = magnesiumchloride
Groep 2 (ionverbindingen met meerdere mogelijke
ionladingen: zie p1)
Hier kan het metaal verschillende ionladingen aannemen
Er zijn 2 manieren om dit te noteren
Systematische naam Stocknotatie
Voorbeelden: Voorbeelden:
FeO = ijzermonoxide FeO = ijzer(II)oxide
(1 ijzer en 1 zuurstof) (ijzer heeft een lading van 2+)
Fe2O3 = diijzertrioxide Fe2O3 = ijzer(III)oxide
(2 ijzer en 3 zuurstof) (ijzer heeft een lading van 3+)
Groep 3 (de atoomverbinding tussen niet-metalen)
Bij een atoomverbinding tussen niet-metalen wordt altijd de systematische
naam gebruikt
Voorbeelden:
▪ CO = koolstofmonoxide
▪ CO2 = koolstofdioxide
▪ SO3 = zwaveltrioxide
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur hannevannoppen. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,06. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.