In dit bestand staan de volledige lesnotities inclusief alle afbeeldingen (en daarmee de samenvatting) van het vak "Inleiding tot de prehistorische archeologie" uit het schooljaar , gedoceerd door Prof. Dr. Marc de Bie.
Inleiding tot de prehistorische archeologie [F0BY0a]
Academiejaar 2024-2025
Prof. Dr. Marc de Bie
,Inhoud
Hoofdstuk 1 – Algemene inleiding ................................................................................................... 4
De termen pre- en protohistorie .................................................................................................. 4
Geschiedenis van de (prehistorische) archeologie .......................................................................... 4
De archeologische methode ........................................................................................................ 5
Overzicht van bronnenmateriaal en bewaringstoestanden ............................................................. 6
Archeologische sites ............................................................................................................... 6
Artefacten ............................................................................................................................. 7
Ecofacten .............................................................................................................................. 9
Datering ................................................................................................................................. 10
Hoofdstuk 2 – Natuur en Mens ..................................................................................................... 12
Evolutie van het natuurlijk milieu .............................................................................................. 12
Anatomische evolutie van de mens ............................................................................................ 17
Deel I: Steentijden Hoofdstuk 3 – Vroeg- en middenpaleolithicum (3.5mya – 40ka) ............................ 21
Vroegpaleolithicum in Afrika ................................................................................................. 21
Vroegpaleolithicum in Europa ................................................................................................ 22
Middenpaleolithicum ........................................................................................................... 24
Hoofdstuk 4 – laatpaleolithicum in NW-Europa (40ka – 12ka) ....................................................... 26
Context en algemene kenmerken ........................................................................................... 26
Laatpaleolithische culturen.................................................................................................... 30
Kunst en decoratie................................................................................................................ 34
Finaalpaleolithicum (12.000-10.000 v.C.) ................................................................................. 42
Hoofdstuk 5 – Mesolithicum in de Lage Landen (10.000-4500 v.C.) ................................................. 44
Context en algemene kenmerken ........................................................................................... 44
Materiële cultuur ................................................................................................................. 49
Het geestesleven van de mesolithische groepen....................................................................... 51
Ontstaan van landbouw en veeteelt ....................................................................................... 52
Verspreiding van vroeg-neolithicum in Europa ......................................................................... 54
Midden-neolithicum in de Lage Landen ................................................................................... 56
Laat-Neolithicum .................................................................................................................. 59
Deel II: Metaaltijden .................................................................................................................... 61
Hoofdstuk 7 – Vroege en midden bronstijd (2300 – 1100 v.C.) ....................................................... 61
Aanvang van de metaaltijden................................................................................................. 61
Vroege bronstijd in NW-Europa .............................................................................................. 62
Vroege bronstijd in de Lage Landen ........................................................................................ 63
, Midden bronstijd in de Lage Landen ....................................................................................... 64
Hoofdstuk 8 – late bronstijd – (1100 v.C – 750 v.C.) ...................................................................... 65
Algemene context ................................................................................................................ 65
Urnenvelden en deposities .................................................................................................... 66
Andere kenmerken ............................................................................................................... 67
Hoofdstuk 9 – Vroege IJzertijd (750 v.C. – 450 v.C.) ...................................................................... 68
Nieuwe ontwikkelingen in de Oude Wereld en Centraal-Europa ................................................. 68
Vroege IJzertijd in de lage landen ........................................................................................... 71
Hoofdstuk 10 – midden- en late ijzertijd: La Tène (450 v.C. – 50 v.C.) .............................................. 73
Kelten ................................................................................................................................. 73
Midden- en Late Ijzertijd in Lage Landen – Ook wel de La Tène-periode genoemd ........................ 79
Hoofdstuk 11 – Overgang naar de Gallo-Romeinse Tijd ................................................................. 86
Einde van de protohistorie? ................................................................................................... 86
Romeinse ‘verovering’ .......................................................................................................... 86
EXAMEN..................................................................................................................................... 90
Prehistorische Archeologie
o Einde van de laatste ijstijd → 11.700 jaar geleden, 10.000 voor Christus. Nu in een tussenijstijd =
de interglacialen of het holoceen. Vorige ijstijd was het pleistoceen.
o Vroegste mensachtigen → 3.5 miljoen jaar geleden
o Begin van de ijzertijd bij ons → 2000 voor christus
o Vroegste afbeeldingen zijn door Neanderthalers gemaakt → Onjuist, muurschilderingen. Niet
duidelijk of het neanderthalers waren of Homo Sapiens. +- 40.000 jaar geleden.
o Konijnen werden bij ons in het neolithicum gedomesticeerd → Onjuist. In het neolithicum werden
de dieren gedomesticeerd. Konijnen niet, die bestonden nog niet in dit
gebied. Veel dieren en planten waren nog niet hier in het Neolithicum.
o Dit is een vuistbijl → Onjuist, het is een gepolijste bijl, gebruikt om bomen te
kappen in het Neolithicum om daar nederzettingen te bouwen. Gepolijste bijl
is 6000 jaar geleden, de vuistbijl
600.000 jaar geleden.
Chronologie →
, Hoofdstuk 1 – Algemene inleiding
A) De termen pre- en protohistorie
B) Geschiedenis van de (prehistorische) archeologie
C) De archeologische methode
D) Overzicht van bronnenmateriaal en bewaringstoestanden
- Archeologische sites
- Artefacten
- Ecofacten
E) Datering
- Relatieve datering
- Kruisdatering
- Absolute datering
F) Korte schets van de cursus
De termen pre- en protohistorie
Gaat over de periodes, maar ook over de wetenschappelijke discipline.
Prehistorie = voor de geschiedenis, dus voor het schrift.
Protohistorie = De periode tussen de prehistorie en de geschreven geschiedenis, waarin een cultuur of
beschaving nog geen schrift heeft ontwikkeld. Andere culturen die wel schrift hebben ontwikkeld, hebben
het bestaan van deze pre-geletterde groepen in hun eigen geschriften vermeld.
Geschiedenis van de (prehistorische) archeologie
De prehistorische archeologie heeft een ander traject gekend dan de klassieke archeologie. De impulsen
om archeologie naar de prehistorie te doen:
- Nationale identiteit → ze wilden hun herkomst achterhalen, ze wilden een oorsprongsverhaal en
verantwoording van de eigen staat. → Opzoek gegaan naar prehistorische bronnen.
- Antediluviale mens: Gaat over de afstamming van de mens. Van voor of na de zondvloed waarbij
het leven over de aarde werd verspreid.
• Charles Lyell (geoloog) zag dat het ouder dan de bijbel moest zijn.
• Charles Darwin (bioloog) zag dat er meer dan de Antediluviale mens moest zijn → kreeg
inzicht in evolutionaire processen en de oudheid ervan.
In de 19e eeuw de eerste ontdekking van Neanderthalers in de grot van Spie, in associatie met uitgestorven
dieren die vóór de zondvloed zouden hebben geleefd.
Met name in Scandinavië een aantal pioniers die eigen methodes hebben ontwikkeld:
- Christian Thomsen: Conservator in het nationale Deense museum. Bedacht de
driedeling → Steen, brons en ijzeren materialen. Je kon op basis van het materiaal
een indeling maken.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur sem2210vanderhijden. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.