PSYCHOPATHOLOGIE EN PSYCHIATRIE: KINDEREN EN JONGEREN
INTRO
Developmental psychopathology: the study of developmental processes that contribute to or protect
against psychopathology gaat over processen en mechanismen
Verwante disciplines: ontwikkelingspsychologie en kinder- en jeugdpsychiatrie
Nadruk op: ontwikkelingsperspectief, transdiagnostische mechanismen, intergeneratieve modellen,
multipele niveaus v analyse (zoals op dia 4)
DUNEDIN STUDIE
SAMENVATTING
De studie volgt een cohort v 1.037 mensen die in 1972-1973 in Dunedin werden geboren.
Doel: het fysieke, sociale, psychologische en gezondheidsverloop v deze mensen te volgen gedurende
hun leven. Pp worden periodiek onderzocht en bevraagd, waardoor wetenschappers waardevolle
inzichten krijgen in de impact v genetische, omgevings- en gedragsfactoren op het leven v mensen.
Belangrijke bevindingen: de studie heeft bijgedragen aan baanbrekende ontdekkingen, zoals:
- Invloed v kindertijd op later leven: de ervaringen in de vroege kindertijd hebben een enorme
impact op de gezondheid, levensverwachting en sociaal gedrag in volwassenheid.
- PH en levensuitkomsten: PHkenmerken kinderen voorspellen volwassen gedrag en gezondheid.
- Gezondheidsfactoren: onderzoek naar de relatie tussen levensstijl, stress, genetica en
gezondheidstoestanden zoals depressie, hart- en vaatziekten en dementie.
- Criminaliteit en gedragsproblemen: de studie heeft ook aangetoond dat gedragsproblemen in de
jeugd een sterke voorspeller zijn v crimineel gedrag op volwassen leeftijd.
RELEVANTIE
Ander domein: exp pathologie klinische groepen, mensen met bep diagnose vergelijken met mensen
zonder die diagnose kijken naar verschillen tss klinische en niet-klinische groepen, maar zegt niks
over oorzaken vd problematieken
Dit kan je wel onderzoeken binnen dit domein
- Door pp levenslang op te volgen kan onderzoek gedaan worden naar processen en
mechanismen die een rol spelen in de ontwikkeling v problemen
- Dit vergt een ander type onderzoeksdesign dan onderzoek naar processen en mechanismen die
een rol spelen in het blijven bestaan v problemen
(niet-klinische) bevolkingsgroep (om confounding met klinische status te vermijden)
o De toestand ve persoon heeft invloed op hoe men vragenlijst invult bv mensen met
depressie zullen anders reageren op bep vragen dan mensen die geen depressie hebben
Groot # pp (sommige problemen hebben lage incidentie)
Veel factoren (sommige zullen onverwacht significant voorspellend zijn) en oog voor het
samenspel tss factoren
Focus op meerdere niveaus v analyse
- Unieke studie
Volledig geboortecohort
Zeer lange follow-up (nog steeds meer dan 90% vd levende pp doen mee)
Extreem lage drop-out
- Onderzoeksvragen evolueren mee met de steekproef afhankelijk v leeftijd pp
- 1 cohort (dus geen zicht op cohorteffecten)
1
☾ Luna Thijssen
,THEMA 1: CONCEPTUEEL REFERETIEKADER
INLEIDING
Definities:
- "Developmental psychopathology is an evolving interdisciplinary scientific field that seeks to
elucidate the interplay among the biological, psychological, and social-contextual aspects of
normal and abnormal development across the life course"
- "Developmental psychopathology is the study of developmental processes that contribute to, or
protect against psychopathology"
Brede focus
- Zowel typische als atypische ontwikkeling
- Biologische, psychologische en sociaal-contextuele invloeden
- Risicoverhogende en beschermende factoren
Daardoor noodzakelijkerwijze interdisciplinair
- Versch wetenschapsgebieden
- Versch theorieën binnen elk gebied
- Macroparadigma
Korte geschiedenis v ontwikkelingspsychopathologie (kunnen
eigenlijk nog veel verder terug (Freud…), maar vanaf
jaren 70 echt samengebracht)
1. Achenbach: assesement ontwikkelt, zelfrapportage
2. Rutter: klassiek handboek en hierin hoofdstuk
geschreven
3. Belangrijk tijdschrift
4. Oprichting belangrijk tijdschrift nog steeds
belangrijkste + zelfde editor
5. Publicatie boekenreeks
BASISPRINCIPES
TYPISCHE EN ATYPISCHE ONTWIKKELING IN ELKAARS VERLENGDE
The distress continuum
- Bv depressieve gevoelens hebben
- Meeste fenomenen situeren zich op continuüm, zijn dimensioneel
V heel weinig symptomen naar subklinische symptomen naar volledige diagnose
Betekent niet dat het niet zinvol is om te werken met classificatiesysteem
o Afbakening gebeurt vaak obv hoeveel last voor omgeving, hoeveel last persoon heeft,
functioneren zelf …
o Kan helpen met bepalen vanaf wanneer behandeling nodig is, attest af te leveren voor bv
speciaal onderwijs
AANDACHT VOOR CONTINUÏTEIT EN DISCONTINUÏTEIT
Absolute continuïteit: mean-level continuïteit
- Gem niveau v groep gelijk over de tijd
- In sommige ontwikkelingsfasen zijn er normatieve mean-level veranderingen
2
☾ Luna Thijssen
, Bv antisociaal gedrag meten op versch leeftijden en kijken naar gem score, dan zal het
absolute niveau ong gelijk blijven (hier niet het geval, zie grafiek)
o Maar antisociaal gedrag is normatief in adolescentie mean-level changes
o Bij meesten v deze was dit er nog niet in kindertijd en zal dit ook verdwijnen naarmate
men ouder wordt
Bv depressie
o Niveau v depressie rel laag in kindertijd en sterkere stijging richting
adolescentie en hierna verder piekte, maar later bij volwassenheid
vormt een plateau prevalentie v depressie in volwassenheid
o Vanaf moment v stijging ook geslachtsverschillen zichtbaar en dit
verdwijnt niet meer
Hier zijn versch redenen voor, bv hormonen, uitdagende periode …
- Mate v continuïteit kan verschillend zijn voor subgroepen
Bv gedragsproblemen tss 7 en 26j 4 groepen
o 2 hiervan absolute continuïteit: 45% geen/amper problemen en 10%
hoge niveaus (life course persistent)
o 2 groepen wisselen: adolescent onset (stijgt in adolescentie) en
childhood limited (problemen in kindertijd nemen af met de leeftijd)
o Dit onderscheid wordt ook gemaakt in bv DSM andere profielen, dus
mogelijks ook andere ontwikkelingselementen
Relatieve continuïteit: rangorde continuïteit
- Ind’en behouden over de tijd hun positie in de groep (denk PID1)
- Vaak ook zo bij bv lengte en gewicht v baby’s, angstniveaus (vanuit
temperament, leeftijd…) kan een reden tot zorg zijn als iemand
ineens fel zakt/stijgt in percentiel (bv kind dat nooit angstig is, is ineens
voor alles bang)
- Bij psychopathologie onderscheid tss
Homotypische continuïteit: rangorde en manifestatie (uiting) blijven
gelijk
Heterotypische continuïteit: rangorde gelijk, manifestatie verandert
o Bv separatieangst monsters onder bed meer cognitieve angst, piekeren sociale
angst
o Strikt vanuit diagnoses: andere problematieken die opgelost zijn na bep leeftijd maar
belangrijk om de hele ontwikkeling te bekijken en zien dat angst hier het probleem is met
andere manifestaties
Homotypisch/heterotypisch kan op versch niveaus bekeken worden
o Breder: niet strikt binnen bv angst blijven, maar ook voorspellend kijken
Bv angst in kindertijd is voorspellen voor depressie in adolescentie beide
internaliserende problemen
o Nog breder: in kindertijd ODD (opstandige kleuters) voorspellend risico op depressieve
symptomen in adolescentie significante predictor
Is vorm v heterotypische continuïteit
Sterk stemmingsgerelateerde kenmerken
Stabiele factoren in ontwikkeling ontdekken
o Stemmingsregulatie problemen in adolescentie en door onderzoek er achter komen dat er
sprake was v ODD in kleutertijd belangrijk om bij stil te staan in therapie
Heterotypische continuïteit is uitnodiging voor longitudinaal onderzoek
Vb studie: cohortstudie met > 6.000 kinderen
- Meting psychopathologische symptomen op 7.5 en 14j
Internaliseren/vrees: specifieke fobie, sociale fobie
Internaliseren/distress: posttraumatische stress, gegeneraliseerde angst, depressie
Externaliseren: ADHD, ODD, CD
- Vergelijking 3 modellen v mogelijke continuïteit
3
☾ Luna Thijssen
, Enkel homotypisch
Homotypisch en heterotypisch, maar enkel heterotyp binnen clusters
Homotypisch en heterotypisch en alles kan voorspellen, dus heterotyp binnen en tss clusters
- Bevindingen:
Voor alle soorten symptomen homotypische continuïteit
(groen) -> 8/56
Tss een # soorten symptomen ook heterotyp continuïteit
o Binnen clusters (licht rood) 11/56
o Tss clusters (donker rood) 9/56
ONTWIKKELING OP MEERDERE NIVEAUS VAN ANALYSE
Ontwikkeling gebeurt in een context, die meerdere niveaus heeft en die niveaus interageren met elkaar
op elk moment en over de tijd
Bio-ecologisch model v Bronfenbrenner (vooral op de context)
Ook binnen ind
versch niveaus v
analyse:
KERNCONCEPTEN
RISICOFACTOR, BEVORDERENDE FACTOR EN ONTWIKKELINGSUITKOMST
Risicofactor: voorspellend voor ongunstige ontwikkeling, bv stress si risicofactor voor depressie als
ontwikkelingsuitkomst
Bevorderende factor: voorspellend voor gunstige ontwikkeling, bv goede kind-ouder relatie is
bevorderende factor voor ontwikkelingsuitkomst goed zelfbeeld
Zie dia 21 voor vb’en
In de meeste studies gaat het om louter vaststellen ve statistische associatie tss de factor en de
ontwikkelingsuitkomst
- Uitspraak op groepsniveau (betekent niet dat bij elk ind in die groep deze associatie geldt)
- Geen conclusies over causaliteit mogelijk
- Indien tegelijk gemeten, ook geen uitspraken over tijdssequenties mogelijk
Bv neg mood moeder en frequente huilbuien gedragsproblemen bij kind (zou zomaar andersom
kunnen zijn)
Tabel 1 waarschijnlijk in beide
richtingen
RISICOPROCES
Indien vastgesteld dat een risicofactor voorspellend is voor een bep ontwikkelingsuitkomst, rijst de
vraag welk(e) mechanisme(n) daarvoor verantwoordelijk is/zijn risicoproces
4
☾ Luna Thijssen