Samenvatting: Penologie en penitentiair
recht
Inhoud
1 Inleiding ........................................................................................................................................... 2
2 Straffen: een penologische introductie ........................................................................................... 6
3 De doodstraf .................................................................................................................................. 10
4 Internering en TBS ......................................................................................................................... 18
4.1 Internering ............................................................................................................................. 18
4.2 Terbeschikkingstelling van de strafuitvoeringsrechtbank (TBS) ........................................... 25
5 Penologische doelstellingen, recidive en effectiviteit van straffen .............................................. 27
6 Maatschappelijke benadering van bestraffing .............................................................................. 35
7 Het Belgische penitentiaire beleid ................................................................................................ 44
8 Gevangenisbeleid (vervolg) gevangenisbevolking en enkele bijzondere problematieken ........... 60
9 Europese detentiestandaarden en monitoring ............................................................................. 67
10 De psychosociale gevolgen van detentie .................................................................................. 79
11 Basiswet gevangeniswezen en rechtspositie gedetineerden, 2005 .......................................... 87
12 Basiswet 2 .................................................................................................................................. 95
13 Van binnen naar buiten – Deel 1: de externe rechtspositie van veroordeelden ...................... 99
14 Van binnen naar buiten – Deel 2: De externe rechtspositie van veroordeelden .................... 110
15 Examen .................................................................................................................................... 122
1
,1 Inleiding
1.1 Wat is penologie?
- Penologie = de wetenschap van de bestraffing
o Wat kunnen we bereiken met een straf?
▪ Bv: beschermen van de maatschappij
- Juridisch begrip straf: Hof van Cassatie
o “Straf is een leed door de wet bepaald en door de rechterlijke macht opgelegd als
een sanctie wegens een gepleegd misdrijf”
▪ Niet zo maar elk leed kan bestraft worden → dit moet in een wet staan !
▪ Er moet een misdrijf gepleegd worden vooraleer er gestraft kan worden
▪ Opgelegd door de rechter
o Bewuste toevoeging van leed tov wie een inbreuk pleegt op de strafrechtelijke norm
▪ = Als de strafrechter een straf oplegt, wil hij effectief leed toebrengen
- Penologische vragen (de start)
o Wat is dat leed?
o Welk soort ‘leed’?/ Wanneer (bij misdrijf)/ Voor wie/door wie?
o Welke straffen? Quid maatregelen? → verschil tussen maatregel en straf !
▪ Voorbeeld maatgelen = internering
• Waarom is internering een maatregel?
o Van onbepaalde duur omdat deze mensen behandeld moten
worden. Zij worden als ziek beschouwd en men kan vooraf
niet zeggen hoelang die behandeling duurt vooraleer men
terug genezen is (zie verder)
• Hoe wordt de internering uitgevoerd, waar, verschil met straf,… wat
betekent dit in de praktijk?
o Waarom straffen? Welke doelstellingen? Wie straft?
▪ Bv bescherming van de maatschappij
o Hoe en waar worden de straffen uitgevoerd?
1.2 Welke vormen van leed kunnen er volgens jou als straf worden opgelegd?
- Mentaal leed = gevangenisstraf brengt mentaal leed mee want je wordt van veel dingen
afgesloten, geen vrijheid, weinig contact met familie
- Ontnemen van vrijheid → lijdt tot mentaal leed
- Fysiek leed door in gevangenis te zitten → verlies van spieren door te veel stilzitten,
gewichtsverlies door niet eten,…
- Ontnemen van bekwaamheid = bv bij verval tot het recht van sturen
- Contactverbod
- Financieel leed → geldboete wil zeggen dat mensen moeten betalen voor hun gepleegde
misdrijf
- Arbeid → werkstraf
- …
1.3 Welke straffen ken je?
- Gevangenisstraf
- Geldboete
- Werkstraf
- Elektronisch toezicht → vorm van vrijheidsstraf/ vrijheidsbeperking
2
, - Beroepsverbod → financiële nadelen, bv: geen contact mag hebben met kinderen
(leerkracht, redder)
- Verbeurdverklaring → financieel leed
- Terbeschikkingstelling → gaat in NA de straf (zowel in de gevangenis als buiten de
gevangenis)
- Probatie → uitstel of opschorting of autonome probatie
o = aan bepaalde voorwaarden voldoen voor een bepaalde periode → men wil een
probleem waar iemand mee worstelt aanpakken
▪ Bv:
• een job zoeken
• aantonen dat je drugvrij bent: regelmatige controles, laten opnemen
• gedragstrainingen: voor agressie
- …
1.4 Wat moet men volgens jou proberen te bereiken met het straffen?
- Recidive te voorkomen
o Bv door afschrikking
- Vergelding
o Idee: iemand heeft iets verkeerd gedaan en dat moet recht gezet worden. Dit kan
alleen recht gezet worden door iets terug te doen
o ‘oog om oog, tand om tand’
- Bescherming maatschappij
- Re-integratie / resocialisatie
- Bewustwording eigen fouten
Door de straffen probeert men de verschillende doelstellingen op verschillende manieren te bereiken
→ klassieke manieren = vergelding en afschrikking
1.5 Bestraffing als complex gegeven/instituutµ
→Bestraffing is veel breder dan enkel straffen opleggen
- Verschillende fasen
o Opsporing, vervolging
▪ Opsporing = politie
▪ Vervolging = OM
o Straftoemeting
▪ Strafrechter
o Strafuitvoering
▪ Hier ligt onze focus op
- Verschillende partijen
o Gestrafte/opgesloten personen
o Straffende / justitiële actoren
▪ De gevangenis/ directie/ personeel, strafuitvoeringsrechtbank
▪ Strafrechter, rechtbank…
o Slachtoffers
▪ Na zaak Dutroux is aandacht voor slachtoffers sterk toegenomen
o Media –publieke opinie
▪ In discussie over de gevangenissen + meer aandacht gekomen rond
bestraffing
3
, ▪ Zoals zaak Sanda Dia, zaak Bart De Pauw,..
! Bestraffing als organisatie/instituut waar justitiële actoren beslissingen nemen over complexe
zaken
➔ Instituut waar mensen beslissingen nemen over het gedrag van anderen
Penologie is breder dan het louter juridische ‘straffen’
- ! Sociologisch - criminologische visie: sociale realiteit van het straffen / wat is de impact van
het straffen ?
o Bestraffingsinstituten: rechtbank, gevangenis, justitiehuizen (betrokken in uitvoering
probatie, werkstraffen), Centra voor Elektronisch Toezicht
▪ Personeel, vervolgde/gestrafte personen, penale cultuur, ruimtelijke
aspecten
• Penale cultuur = welke visie leeft er bij mensen die betrokken zijn bij
heel dat bestraffingsgebeuren
Penaliteit (Garland, 1990)
- Penologie als ‘the study of the social processes of punishment and penal control, which is to
say of the whole complex of laws, ideas and institutions which regulate criminal conduct’
(Garland 1997: 181).
o Welke visies/ ideeën leven er bij mensen die straffen en hoe worden die veruiterlijkt
in de beslissingen die zij nemen?
Multidisciplinaire benadering van het straffen
- Juridisch, sociologisch, criminologisch, historisch,… !
Empirisch onderzoek : nationaal en internationaal
1.6 Empirisch onderzoek – verschillende vormen
- Onderzoek in de gevangenis, justitiehuis, rechtbank…
o Kwantitatief (survey) → vragenlijsten (gesloten) die je aan een grote groep stelt
o Kwalitatief: interviews (open, half open), observaties, etnografisch onderzoek (‘being
there’)
▪ ! Sensorische aspecten van het leven in de straffende instituten
- Ervaringen van justitiabelen, opgesloten personen, personen die werken in de strafinstituten
o Niet alleen in gevangenis, ook mensen onder ET (zowel de persoon die onder
toezicht staat, maar ook de familie)
- Beslissingsprocessen van justitiële actoren
o Dossieranalyse : kwantitatief - kwalitatief
▪ Hoe nemen justitiële actoren hun beslissingen? Hoe zijn de interacties?
o Interviews
o Observaties
- Innovatieve methoden :
o foto-voicing = hierbij wordt aan gedetineerden gevraagd of ze hun gevoel kunnen
vastleggen in foto’s die spreken over hoe mensen bepaalde situatie ervaren
o auto-etnografie = mensen die zelf in de gevangenis hebben gezeten daar over
getuigen
o …
4