HC 2 | Sociologie en rechtssociologie | 11/10/22 Karl Marx
3 Wegbereiders van de rechtssociologie - Geboren in Pruisen, studeerde rechten/filosofie/geschiedenis
- Beïnvloedt door ideeën van Hegel
- Sociologie ontstaat als discipline aan het einde 19de E
o Waarom heeft de maatschappij zich ontwikkeld zoals ze nu is?
- Sociologie als wetenschap
o Dialektische ontwikkeling van de geschiedenis
o Wetenschap heeft de opdracht om de sluier op te lichten die over de realiteit hangt
o Motor van de geschiedenis is de menselijke geest
o Er zijn allerlei processen die we direct kunnen waarnemen, achter de sluier hebben
- Schrijft Das Kapital
we de oorzaken, wetmatigheden, etc.
Zoeken naar de oorzaken, de onttovering van de werkelijkheid (Weber) Achtergrond Marxistische denken
Onttovering - The Great Enclosure of the Commons (1750-1860, Engeland)
- Enclosure Act; zorgt ervoor dat alle gronden privé-eigendom worden van
- 1514: Copernicus
grootgrondbezitters
- Newton
- Mensen/boeren trekken naar de grote steden
- Durkheim: samenleving (1893)
Industriële Revolutie bezig
o Samenleving wetenschappelijk verklaren
- Massaproductie begint door de overschakeling van handmatige arbeid naar machinaal
- Waarom duurde het zo lang om de samenleving te verklaren?
- Machines hebben arbeiders nodig => trekt mensen van het platteland aan
Vergelijken met vis, de vis is zich niet bewust van het water omdat het zo dichtbij staat
- Resultaat: grote en snelle maatschappelijke veranderingen gaan gepaard met nieuwe
en omdat het ons vormt (identiteit)
problemen
Maatschappij werd gezien als iets dat gegeven was door God, daarna geloofde men dat
o Vervuiling, levensomstandigheden, voedsel
de maatschappij is gemaakt door de mens
o Omstandigheden op de werkplaats zelf (Marx’ interesse)
Achtergrond achter de ontwikkeling: Verlichting (18de E) ▪ In het begin van de opkomst van de industrie => weinig regulering, WG
bepaalt zelf de omstandigheden
- Geloof in vooruitgang door middel van wetenschap
- Men moet de religie en vooroordelen van traditie overwinnen Houtdiefstallen
Steunen op feiten en het gebruik van de rede
- Marx richt zijn aandacht op dit probleem/fenomeen
- Vooruitgang op veel verschillende vlakken (cultuur, geleerdheid, etc.)
- Arme mensen hadden de gewoonte om gevallen hout te verzamelen
Sociaal contract theorie - Wet werd geïntroduceerd: gevallen hout oprapen wordt strafbaar (diefstal)
o Marx: deze wet is een voordeel voor de bosbezitters
- Thomas Hobbes’ Leviathan
- Natuurstaat, je moet voorzichtig zijn etc. => vrije individuen kiezen om een sociaal contract Industriële rol van het recht
op te stellen
- Marx gaat zelfde idee toepassen op industrie in steden
- De staat draagt de macht om ons te verdedigen => staat krijgt monopolie op geweld
- Arbeiders werken lange dagen => door de absolute contractvrijheid
- Staat wordt gevormd door alle individuen uit de samenleving, staat = vereniging van alle
o Fabriekseigenaar maakte zelf alle beslissingen omtrent de arbeidsomstandigheden
individuen (vrijwillig)
- Kritiek op de rol van het recht: recht is ten dienste van de groep die alle macht heeft
Karakter van de staat wordt gevormd door het karakter van de individuen
(heersende klasse), verdedigt hun belangen
- D
- Juridische constructen (eigendomsrecht en contractrecht) zijn een spiegeling van de
- Idealen vrijheid, gelijkheid en broederschap (Franse Revolutie)
belangen van de heersende klasse
Goya
Das Kapital
- “De Droom van de Rede creëert Monsters”
- Geïnspireerd door het sociologisch denken onderbouwd door filosofische reflectie over de
- Symboliseert de keerzijde van het Verlichtingsdenken
samenleving en de rol van arbeid in de maatschappij
- Arbeid is de eerste historische daad waarmee we de natuur bewerken
- Arbeid is ook de basis waarmee we de samenleving/sociale orde in stand houden
, Hoe werkt het arbeidsproces?
- Arbeid is het omvormen van natuur tot een product door menselijke arbeid met Maatschappelijke ordening
arbeidsmiddelen
- Benedenbouw is de motor van de samenleving en bepaalt dus hoe de samenleving evolueert
1. Voorwerp/natuur: grondstoffen
- Tegenover de benedenbouw => de bovenbouw/superstructuur
2. Arbeidsmiddelen/instrumenten: werktuigen, machines
- Wat arbeiders nodig hebben is bewustzijn van de situatie, maar er moeten dus ook mensen
1+2: productiemiddelen
zijn die de situatie verheerlijken/voordoen als iets onschuldig
3. Arbeid: menselijke energie
o Verhouding tussen arbeiders/fabrikant: in theorie/in het contract zijn beide gelijken
1+2+3: productiekrachten
en heeft de arbeider de vrijheid om een contract te sluiten
4. Product (resultaat): product met gebruikswaarde en ruilwaarde
o In werkelijk is er geen gelijkheid noch vrijheid: de arbeiders moet een contract
Probleem: meerwaarde sluiten om te overleven
- Gelijkheid en vrijheid zijn ideologieën die het idee in stand houden dat de samenleving
- In industriële samenleving hebben de mensen die arbeid verrichten geen controle
eerlijk is
Zijn geen eigenaar, hun arbeid is gecontracteerd
- De rol van de staat en het recht in de maatschappij: de status quo in stand houden, de
- Ontstaat verschil tussen de door arbeiders geproduceerde waarde en hun uitbetaalde loon
heersende positie van de machtige klasse in stand houden
(=meerwaarde)
- Meerwaarde is winst voor de kapitalist
- De kapitalist/eigenaar gaat de meerwaarde vergroten door het arbeidersloon te verlagen
(kosten verminderen)
Hier ontstaat het probleem
Productieverhoudingen
- Arbeid en productie moeten georganiseerd worden: technisch aspect
- In een maatschappij zijn er verhoudingen => verhoudingen tussen bezitters (fabrikanten),
productiemiddelen en producenten (arbeiders) in het productieproces
o Relatie verandert doorheen de geschiedenis
- Relatie tot productiemiddelen
o Feodale samenleving: heer-horige, meester-knecht
o Industriële/kapitalistische samenleving: kapitaalbezitter (kapitalist) en arbeider
(proletarier)
- De verhoudingen van
Bewustzijn en verlichting
- In de ogen van Marx heeft de fabrikant geen keuze om zich zo te gedragen, er is een
systeem in de samenleving die ervoor zorgt dat fabrikanten dit gedrag stellen - Waarom laat men (arbeiders) dit, uitbuiting, toe?
o Er zijn concurrenten, iedereen wil zijn prijs drukken Idee van vals bewustzijn
- Al zijn fabrikanten zich bewust van de wantoestanden, ze hebben de keuze niet om hun - De manier waarop we denken wordt beïnvloed door de condities waarin we ons bevinden
gedrag aan te passen (materiële condities)
o De verhoudingen tussen productie en productiemiddelen zijn maatschappelijke - Infrastructuur bepaalt de superstructuur (en maar deels omgekeerd)
posities, onafhankelijk van de wil van de betrokkenen - Verlichtingsidealen zijn betekenisloze, ideologische woordjes die het systeem alleen maar in
- Productiekrachten, middelen en wijze vormen de benedenbouw/infrastructuur van de stand houden
samenleving
Rol van het recht
- Marx: het is niet de rede die bepaalt hoe de samenleving zich ontwikkelt, in tegendeel het
zijn de economische processen (benedenbouw) Hegel - Recht is drieledig
- Steeds meer productiemiddelen komen in handen van een kleine groep - Recht is een weerspiegeling van de economische machtsverhoudingen
mensen(kapitalisten), arbeiders hebben steeds minder bezit - Recht is een instrument in de handen van de bezittende klasse om de arbeidersklasse te
Creëert klassen, die bepalen je sociale macht domineren/onderdrukken
Creëert frustraties en contradicties tussen klassen => zal zorgen voor een revolutie en - Recht is een ideologie en geeft vals bewustzijn van de werkelijkheid als diende zij algemeen
uiteindelijk een omwenteling naar een nieuw systeem belang