Ondernemingsrecht in hoofdlijnen: enkel H2 nodig, boek van vorig
jaar, geen nuttige aankoop (zegt Vanhees zelf)
Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen (WVV):
o Heel handig
o Mag je gebruiken bij examen (zeker doen!!)
o Wel aanduiden/markeren maar NIET in schrijven (ook geen
symbolen)
o Best voor iedere vennootschap een andere kleur gebruiken
o Structuur: ingedeeld in verschillende boeken en ieder boek
behandelt een ander onderwerp met dezelfde structuur
(eerste boeken zijn algemeen, daarna vanaf boek 4 worden
vennootschappen 1-voor-1 behandelt)
Colleges
Geen pauze
Halfuur vroeger stoppen
Komen naar de les helpt verwerken
Leerstof
Alles uit de colleges
Zaken die we niet zien in het college zijn NIET te kennen
Vaak verwijzingen naar beursgenoteerde vennootschappen (zoals NV
Colruyt), maar dit zijn maar 0,001% van de vennootschappen
Examen
MPC met 40 vragen met 3 antwoordmogelijkheden (1 juist antwoord)
Geen giscorrectie, wel hoge cesuur (27/40)
2 mogelijke examenvragen => zie laatste pagina
Opnames
Voor iedereen beschikbaar
Blijven beschikbaar tot volgend jaar september
Vragen
, Alleen fysiek stellen & na het laatste college geen vragen meer
stellen
H1: VENNOOTSCHAPSRECHT
Redenen om een vennootschap op te richten
Fiscale redenen (bv zelf loon uitkeren)
Doorgeven van vermogens (bv aan volgende generatie) om het
als geheel over te dragen (niet gesplitst voor erfgenamen)
Samenwerken (bv iemand heeft idee en andere heeft geld)
Juridische redenen:
o Vorm van samenwerken op voet van gelijkheid: mogelijkheid
om met anderen samen te werken waarbij iedereen
evenveel gezag heeft (niemand hoeft iemand anders te
bevelen of bevelen te aanhoren)
o Beperken van aansprakelijkheid: bij faillissement kan uw
vermogen NOOIT volledig in beslag genomen worden
Alleen hetgeen dat je in je vennootschap steekt, kan in
beslag genomen worden
Bij fysiek persoon: volledig vermogen aansprakelijk
Bronnen van het vennootschapsrecht
Regels komen vanuit 3 ingangen
Nationale bronnen:
o WVV: totstandkoming in 2019 door Minister van Justitie Koen
Geens à doelstellingen:
Minder regels van dwingend recht (waar u niet van kan
afwijken)
Minder vennootschapstypes (voor 2019: 15
verschillende types)
BV oprichten met heel weinig/geen kapitaal (voor
2019: minstens €18.550 kapitaal verplicht in BV
steken)
Iedere vennootschap is een onderneming
Verplichtingen zoals inschrijving in
Kruispuntbank van Ondernemingen
Ook al drijf je met vennootschap geen handel, je
moet de verplichtingen volgen die gelden voor
ondernemingen
o Overeenkomstrecht:
Vroeger geen eenpersoonsvennootschappen
, In 2019: afstappen van idee dat vennootschap een
overeenkomst is
Na 2019: “vennootschap is een rechtshandeling”
(artikel 1.1) => eenzijdige handeling is mogelijk
Overeenkomstrecht blijft nog steeds belangrijke bron
Europese bronnen:
o Vrije vestiging = vennootschap kan verplaatst worden naar
andere lidstaat of u kan filialen oprichten in een ander land
o Richtlijnen
o Verordeningen = Europese wet die onmiddellijk toepasselijk
is
Internationale bronnen:
o Verdragen tot erkenning van vennootschappen
Mogelijkheden om een vennootschap op te richten
Minstens 2 vennoten (geen maximum) à uitzonderingen:
1 vennoot kan ook bij NV en BV
Minstens 3 vennoten bij CV
Definitie vennootschap
Definitie in artikel 1.1 (WVV: boek 1, artikel 1) à niet vanbuiten leren
(ieder woord telt!)
Vennootschap vs vereniging:
o Vereniging (VZW) is geen vennootschap, want geen
winstuitkering (WVV artikel 1.2)
o VZW (leden) moeten geen inbreng leveren, bij vennootschap
(vennoten) wel
Vennootschap vs stichting:
o In stichting geen leden/vennoten & geen winstuitkering
(WVV artikel 1.3)
Vennootschap vs onverdeeldheid:
o Onverdeeldheid = een goed waar meerdere personen
aanspraak op maken
Geen vennootschap, want geen welbepaald doel
Enige doel: een goed delen (daarom heb je geen
vennootschap)
Kan uitgroeien tot een vennootschap (bv goed
verhuren wordt het doel)
Vennootschap vs overeenkomst:
, o Overeenkomst: (meestal) geen inbreng of winstoogmerk en
–verdeling
o Vennootschap: altijd een inbreng nodig + winstoogmerk en –
verdeling
Overeenkomst is geen vennootschap (maar kan wel uitgroeien tot
één)
Soorten vennootschappen
4 basistypes sinds hervorming 2019:
Maatschap à varianten:
o Zuivere maatschap
o Besloten maatschap
o Tijdelijke maatschap
o Vennootschap Onder Firma (VOF)
o Commanditaire Vennootschap (CommV)
Besloten Vennootschap (BV)
o Vroeger BVBA
Naamloze Vennootschap (NV)
Coöperatieve Vennootschap (CV)
Bij het oprichten kan je kiezen welke vennootschap, maar wetgever wilt
zoveel mogelijk BV’s (zo gemaakt zodat iedereen het gemakkelijk kan
oprichten)
Hiernaast hebben we ook nog EESV, Europese NV en Europese CV
Indeling basistypes
WVV artikel 1.5 à 3 paragrafen met onderverdeling:
1. Zonder rechtspersoonlijkheid
2. Met rechtspersoonlijkheid
3. Europees economisch samenwerkingsverband (EESV) als
rechtspersoon
Kenmerken vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid
Zie ook WVV artikel 1.5
Geen onderscheid tussen het vermogen van de vennootschap en
het eigen vermogen (gemeenschappelijk bezit tussen de
vennoten)
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lucaekkart. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,76. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.