PSYCHOPATHOLOGIE
PSYCHIATRIE EN MAATSCHAPPIJ
PSYCHOPATHOLOGIE – PSYCHIATRIE
- Psychopathologie = de leer der geestesziekten (psychiatrische ziekteleer of
nosologie zijn synoniem)
- Verzamelbegrip voor het geheel van psychische stoornissen < Engelstalige
literatuur (van Deth, 2019)
- Zuiverste betekenis: studie/wetenschap van het geestelijk of psychisch lijden (van
Deth, 2019)
- Psychiatrie = de leer van de behandeling der geestesziekten
PSYCHIATRISCHE STOORNIS
- Opvattingen over ‘gek’ of ‘gestoord’ gedrag zijn sterk tijds- en cultuur gebonden.
- Om te spreken van een psychiatrische stoornis moet aan 3 voorwaarden voldaan
zijn:
1. Het betreft een abnormaal verschijnsel of gedrag dat afwijkt van een sociale norm of
van wat in de betreffende cultuur als normaal geldt.
2. Dit abnormale verschijnsel wordt een teken van een stoornis als het bovendien
ongemak of lijden teweegbrengt bij de betrokkene en/of omgeving.
3. Het gaat om een psychiatrische stoornis als het verschijnsel/gedrag ook bij andere
personen is vastgesteld en binnen het gangbare begrippenkader van de psychiatrie kan
worden beschreven.
ZIEKTE: LICHAMELIJK (BIOLOGISCH), PSYCHOLOGISCH, SOCIOLOGISCH
- In strikt medische zin: verwijst de term ziekte naar een lichamelijke afwijking,
aandoening of stoornis met een specifieke oorzaak, een duidelijk beloop, en zo
mogelijk een aangepaste therapie aantoonbaar is.
-> Zelden het geval bij psychiatrische stoornissen
-> Uitzondering: beperkte groep stoornissen waarvan een organische oorzaak gekend is
(zie later)
-> Dit betekent niet dat psychiatrische patiënten in de beleving of erkenning van hun
ziek-zijn minder ernstig moeten worden genomen dan in het geval van lichamelijke
ziekte!
- Psychologische inhoud van ziekte:
o Beleving van ziek-zijn:
o -> de subjectieve ervaring van onwelzijn, lijden of beperking in het
lichamelijk, psychisch en/of sociaal functioneren.
- Sociologische inhoud van ziekte
o De rol van ziek-zijn:
o -> Behoefte aan erkenning als zieke/patiënt (aannemen van een
maatschappelijk bepaalde en erkende patiëntrol)
o -> Verwachting te zoeken naar genezing door raadpleging van een
deskundige (de rol van hulpvrager)
- Psychologisch en sociologisch: psychiatrische patiënt < patiens (Latijn): geduldig,
verdragend, lijdend (van Deth, 2015).
,WETENSCHAP EN PRAKTIJK
Het psychisch lijden is moeilijker objectief, wetenschappelijk te benaderen.
1. Het persoonlijke en onvermijdelijk subjectieve aanvoelen door de hulpverlener speelt
een grote rol.
2. Deskundig onderzoek en behandeling van psychiatrische patiënten vereisen echter ook
wetenschappelijk onderbouwde kennis van psychiatrische stoornissen.
-> Combinatie van 1. & 2.
MEDISCH MODEL:
A) Diagnose
- Kenmerken/symptomen
- Beschrijvend /descriptief (zie later: 2. Diagnose)
B) Verklaring
- Oorzaken /etiologie
C) Prognose
- Beloop / verloop (natuurlijk versus onder invloed van een behandeling)
D) Therapie /behandeling: interventie op basis van A), B) en C)
- Doel: stoornis doen verdwijnen of minstens te verbeteren
E) Preventie: actieplan op basis van A), B), C) en D)
- Primair: voorkomen van stoornissen
- Secundair: zo snel en effectief mogelijk stoornissen behandelen om
resttoestanden te voorkomen
- Tertiair: nadelige gevolgen van stoornissen beperken
Netwerk van voorzieningen
- Intramurale of klinische zorg
o PC, PZ, PAAZ
- Extramurale of ambulante zorg
o CGGZ, CAW, JAC, Tejo
o Outreachend werken: artikel 107 over zorgcircuits en zorgnetwerken
(vermaatschappelijking van de zorg)
- Semimurale zorg of tussenvoorzieningen
- Syllabus, voetnoot 4, p. 2: is geen verplichte literatuur!
DOELGROEPEN, PROBLEMATIEK EN BERIEPSGROEPEN
Doelgroep
- Infantpsychiatrie
- Kinder- en jeugdpsychiatrie
- Volwassenpsychiatrie
- Psychogeriatrie
- Gerontopsychiatrie
- Forensische psychiatrie
Problematiek
- Verslaafdenzorg
- Psychosenzorg
- Dubbeldiagnose (psychose en toxicomanie)
- Depressiekliniek
Beroepsgroepen
- Interdisciplinair en multidisciplinair werken
DIAGNOSE
Diagnosen zijn constructen die de klinische werkelijkheid descriptief (beschrijvend)
benaderen. Ze vallen met andere woorden nooit samen met die werkelijkheid. Psychische
,symptomen zijn altijd meervoudig bepaald en de levensgeschiedenis, familiegeschiedenis
en context van de patiënt spelen daar een cruciale rol in. Diagnosen hebben altijd een
hypothetisch karakter.
INLEIDING
- Als wetenschap kan de psychiatrie niet zonder een algemeen aanvaarde indeling
en omschrijving van psychiatrische stoornissen.
- Dit vormt de basis van een descriptieve (= beschrijvende) diagnose of
syndroomdiagnose: het vaststellen en onderscheiden van stoornissen zonder een
uitspraak te doen over de oorzaak ervan.
- De betrouwbaarheid van de diagnostiek, dat wil zeggen de werkwijze om een
diagnose te bereiken, hangt af van de gehanteerde classificatie en de gebruikte
diagnostische methode.
- Interbeoordelaarsbetrouwbaarheid (= verschillende beoordelaars komen
onafhankelijk van elkaar tot dezelfde diagnose) of test-hertestbetrouwbaarheid (=
bij een herbeoordeling komt men opnieuw tot dezelfde diagnose)
- De vraag naar de bruikbaarheid van een classificatiesysteem verwijst naar de
validiteit
o Beoordeelt men effectief wat men beweert te beoordelen? (van Deth,
2015)
CLASSIFICATIE VAN STOORNISSEN
- Classificatie -> Systematische ordening van verworven kennis
- Hier: classificeren van stoornissen
- Naamgeven en ordenen -> nood aan een gemeenschappelijke taal
o Communicatie vergemakkelijken
o Erkende wetenschapstaal // wetenschappelijk onderzoek
- Middel (geen doel op zich!) om kennis te verwerven over vóórkomen, ontstaan,
ontwikkeling, beloop en behandeling van psychische stoornissen
- Systeem niet hanteren als een catalogus!
- Gebaseerd op medisch model
- Stoornissen worden geordend in syndromen
- Syndroom = een cluster/groep of samenhangend geheel van symptomen in puur
beschrijvende vorm
- Symptoom = een uiting, signaal, kenmerk van een syndroom
o Hoofdsymptomen (kernsymptomen, basissymptomen of
sleutelsymptomen): verwijzen met grote waarschijnlijkheid naar een
specifieke stoornis
o Bijsymptomen (facultatieve symptomen): zijn bijkomstig, maken het beeld
van de stoornis volledig, maar zijn niet bepalend voor de diagnose
o Vb Anorexia nervosa
o Hoofdsymptoom: allesoverheersende wens om mager te zijn
o Bijsymptoom: uitblijven van menstruatie
- Eenzelfde symptoom kan voorkomen bij verschillende syndromen (van Deth,
2015).
DSM (DIAGNOSTIC AND STATISTICAL MANUAL OF MENTAL DISORDERS)
DSM:
< APA (American Psychiatric Association)
Sinds maart 2022: DSM-5-TR (DSM-5-Text Revision)
Ter info: er bestaat ook nog een ander classificatiesysteem
ICD
, < WHO (World Health Organisation)
Sinds februari 2022: ICD-11 (International Classification of Diseases 11th
Revision, The global standard for diagnostic health information)
CLASSIFICATIE VAN STOORNISSEN: VERSCHILLENDE EDITIES DSM
DSM-I (1952): gebaseerd op etiologische theorieën (etiologie = oorzakenleer)
Psychiatrische stoornissen zijn ofwel psychogeen (= door de geest veroorzaakt)
ofwel het gevolg van de ‘verslechtering van de functie van het hersenweefsel’
DSM-II (1968): enerzijds psychoanalytisch, anderzijds op de psychobiologie van Adolf
Meyer gebaseerd
Geen ordening op basis van symptomen.
Psychoanalyse: symptomen worden beschouwd als gevolgen van onderliggende
conflicten die optreden binnen een bepaalde psychische structuur + grote nadruk
op de context en ervaringen in de kindertijd
Psychobiologie: psychiatrische stoornissen zijn reacties op gebeurtenissen in de
omgeving
1974 oprichting Task Force
Volledige herwerking DSM-II naar DSM-III (1980)
DSM-IIII (1980)
Vanaf dan radicale keuze voor:
een atheoretisch model
het gebruik van het 5 assenstelsel
DSM-III-R(evised) (1987) (cf. DSM-III)
DSM-IV (1994) en DSM-IV-T(ext)R(evised) (2000) (cf. DSM-III)
DSM-5 (2013) en DSM-5-T(ext)Revision (2022)
TER INFO: CLASSIFICATIE VAN STOORNISSEN: DSM-III T.E.M. DSM-IV-TR:
BEOORDELING OP VIJS ASSEN
As I: Klinische stoornissen. Andere aandoeningen en problemen die een reden voor zorg
kunnen zijn.
Gebaseerd op twee fundamentele principes:
spaarzaamheid (zoveel mogelijk streven naar één diagnose waarin alle
verschijnselen zijn onder te brengen)
rangorde (voorrang geven aan diagnose van hogere rangorde: hiërachie van
belangrijkheid)
As II: Persoonlijkheidsstoornissen. Verstandelijke beperking.
As III: Somatische aandoeningen.
As IV: Psychosociale en omgevingsproblemen.
As V: Algehele/globale beoordeling van het functioneren (GAF-score).
Comorbiditeit = het samen voorkomen van meerdere stoornissen bij dezelfde patiënt (as
I)
en/of
bijzondere samenhang tussen een stoornis op as I en as II
DSM-IV VERSUS DSM-5
DSM-IV
- Indeling in hoofdcategorieën (hiërarchische functie) -> volgorde van diagnostische
groepen (voor volwassenen) lijkt niet toevallig
- 5 assenstelsel
- Probleem van afbakening