STRAFRECHT EN STRAFPROCESRECHT
DEEL 1. ALGEMENE ORIËNTATIE
HOOFDSTUK 1: WAT IS STRAFRECHT?
HET VERSCHIJNSEL STRAFRECHT
• Een van de meeste bekende rechtsgebieden
• Media-aandacht – heel populair
o Terroristische aanslagen, drugs, tv-series, gevangenis, Sanda Dia
WAT IS STRAFRECHT VOOR JULLIE?
• Iets stigmatiserend? Je hebt iets verkeerd gedaan, iets fout gedaan, slechte reputatie
• Iets pedagogisch? Je kan wel beter, dat doe je niet, je kan iets anders
• Iets praktisch (““kanaliseren vergeldingsbehoftes”)
o We hebben nood aan strafrecht om vergeldingsbehoeftes te kalaniseren, om te vermijden dat mensen eigen richting gaan
doen, justitie in handen nemen
o Efficiëntie is belangrijk, maar we moeten niet vergeten dat het gata om mensen
• Waarover gaat het?
o Wat is strafbaar? Wat is een misdrijf?
o Schending van de fundamentele waarden van onze samenleving? Hoe kunnen we die waarden vaststellen?
▪ Vroeger was abortus een misdrijf, nu niet meer, die waarden veranderen
o LEGALITEITSBEGINSEL!!!
▪ Lex = wet (latijns)
• Gebruik van strafrecht als uitoefening van macht.
• Bv. Putin, Navalni
• Werd strafrechtelijk veroordeeld en is doodgevallen is strafkolonie
STRAFRECHT GAAT OM…
• … MISDRIJVEN EN MISDADIGERS:
o Misdrijven: gedragingen die worden bestraft, strafrechtelijk gesanctioneerd (wat maakt een misdrijf?
o Misdadigers: degenen die de gedraging hebben gesteld (Wie is een misdadiger?
• … POLITIE, PROCUREURS, RECHTERS, RECHTBANKEN EN HOVEN (advocaten) (Wat mogen zij doen om misdrijven en misdadigers op
te sporen, te ontdekken en te veroordelen?)
• En SLACHTOFFERS (meningen van slachtoffers worden steeds belangrijker en dat is ook een onderwerp van discussie)
OORSPRONKELIJKE ZIN V/H STRAFRECHT
= werktuig om buitensporige + contraproductieve wraakprocessen onder controle te brengen
= werktuig om normconform gedrag af te dwingen
Bestaat uit 2 dimensies:
1. Instrumentele dimensie: maatschappelijke ordeningen en sociale controle
2. Rechtsbeschermingsdimensie: rechtsnormen leggen de ordenings- en controlebevoegdheid aan banden
1
,HET BEGRIP ‘STRAFRECHT’
DEFINITIEPROBELEEM
• Definitieprobleem strafrecht: moeilijk om grenzen te trekken rond het begrip, het is meerduidig
• Naargelang de invalshoek kan het verschillende betekenissen dekken
STRAFRECHT IN DE RUIME ZIN
(Positief) strafrecht in de ruime zin is het geheel van de rechtsregels die
• Bepalen onder welke voorwaarden de overheid voor specifieke gedragingen (misdrijven), specifieke sancties (strafrechtelijke
sancties) kan opleggen en uitvoeren
• Omschrijven waaruit deze gedragingen en sancties bestaan
• Voorschrijven op welke wijze de daartoe bevoegde instanties hun recht om voor deze gedragingen sancties op te leggen en uit te
voeren voor deze gedragingen moeten uitoefenen
Strafrecht in ruime zin omvat zowel het materieel als formeel strafrecht
• Materieel strafrecht = de rechtsnormen die bepalen wie, waarvoor, wanneer strafbaar is en waarom welke sancties opgelegd
kunnen worden
o Gaat over badboys, en de straffen voor de badboys
▪ “Wat men niet mag” (let op: soms wat men niet mag weigeren te doen)
• Bv. je mag niet stelen, doden
• Beperken onze vrijheid, in welke mate kan onze vrijheid beperkt worden
o Strafwetboek = één v/d belangrijkste bronnen v/h materieel strafrecht
o Bestaat uit 3 elementen:
▪ Wat moet strafbaar zijn? (misdrijven)
▪ Wie moet gestraft worden? (misdadigers (alleen mensen?))
▪ Wanneer moet iemand gestraft worden voor iets wat strafbaar is? (Voorwaarden voor individuele
aansprakelijkheid en strafrechtelijke sancties)
o Moeilijkste vraag: Wat zou strafrecht moeten doen?
• Formeel strafrecht = de regels over het verloop van het strafproces
o = strafprocedure (vaststellen, opsporing, vervolging, berechting), strafvordering, strafrechtspleging, tenuitvoerlegging,
rechtshulp
o De goodboys: politie, procureurs, rechters, advocaten, degene die justitie uitoefenen
o Regels mbt organisatie, bevoegdheid en werking vd. Instellingen en organen die daarmee belast zijn
o Wetboek van Strafvordering = belangrijkste bron v/h formeel strafrecht
▪ “Wat er moet gedaan worden als er een misdrijf is gepleegd”
• Geven een positieve instructie: je moet zo en zo handelen
• Van andere aard dan materieel strafrecht
Materieel en formeel strafrecht nauw met elkaar verbonden, beide:
• Beschermende functie: vermijden van ongerechtvaardigd strafrechtelijk overheidsingrijpen
• Toelating: legitimering van overheidsoptreden tegen criminaliteit
IDEOLOGIEËN
• Waarom Strafrecht? Nuttig?
• Wat is het doel van Strafrecht?
o Straffen (?!) -> Geen duidelijk antwoord
• Wat is het doel van straffen?
o Reactie tegen/vergelding voor laakbare gedragingen
▪ Bv. taliowet: ‘oog om oog, tand om tand’ (Twaalftafelenwet)
• Als vergelding, dat was in het begin het idee van strafrecht
o Preventie van laakbare gedragingen (later, andere ideeën gekregen)
▪ Positieve: voorkomen dat daders/criminelen wederom in de fout gaan
▪ Negatieve: voorkomen dat mensen (alle burgers) in de fout gaan
2
, o Resocialisatie van misdadigers (een crimineel die bijgestuurd kan worden)
o Andere?: maatschappij reguleren, moraliteit beschermen …
Enkele van deze vragen worden voor een deel behandeld in het wetboek, maar niet alles, het kan een ideologie zijn
3
, HOOFDSTUK 2: CODIFICATIE
HET BELGISCH STRAFWETBOEK (MATERIEEL STRAFRECHT)
WORTELS VAN HUIDIG MATERIEEL STRAFRECHT
• Modern Strafrecht – Verlichting
o Montesquieu, Voltaire, Bentham, Feuerbach, Beccaria …
o Rationaliseren (wat is de grondslag v/h recht op straffen?), humaniseren (menselijker maken) en willekeur vermijden
• Oorsprong van ‘klassieke school’ van strafrechtsdenken:
o Homo economicus met vrije wil
▪ Een persoon is iemand die rationeel denkt, op een rationele manier keuzes kan maken, vrije wil
• Bv. Ik neem een paraplu als ik het gevoel heb dat het gaat regenen – rationeel denken
▪ Dezelfde rationaliteit moeten we gebruiken voor strafrecht
▪ Als mensen rationeel denken dan kunnen mensen keuzes maken
▪ Als wij in een wet schrijven wat men niet mag doen en wat de gevolgen zijn, geven we mensen de keuze om een
rationele keuze te kunnen maken. (vroeger was dit niet, en was er soms zelfs geen wet)
▪ Hier begint legaliteit.
o Strafrecht als ultima ratio (het laatste middel) – utilitarisme
▪ Het heeft zo’n zware gevolgen dat strafrecht gebruikt moet worden als laatste middel, als er geen andere manier
is om iets te controleren, het moet extreem zijn.
▪ Repressieve functie - beperkt tot schending van essentiële goederen (vb. leven, eigendom …)
• Als strafrecht overal is zou strafrecht zijn repressieve functie verliezen
o Aandacht voor “criminele feiten” (meer dan voor daders)
▪ Gevaar van discriminaite van mensen verminderd
• Niet omwille van het feit dat iemand Italiaans is dat die gestraft kan worden
DÉCLARATION DES DROITS DE L’HOMME ET DU CITOYEN - VERKLARING VAN DE RECHTEN VAN DE MENS EN DE BURGER (26
AUGUSTUS 1789)
• Artikel 5 – Schade: De wet heeft slechts het recht handelingen te verbieden, die schadelijk zijn voor de maatschappij
Schade: de dood van iemand, de diefstal van goederen
• Artikel 7 – Legaliteit I: Niemand kan beschuldigd, aangehouden of gevangen worden dan in bij de wet bepaalde gevallen en in de
vormen, die zij heeft voorgeschreven (+ verbod op willekeur)
• Artikel 8 – Legaliteit II & proport. Straf: De wet kan slechts strikte en weliswaar noodzakelijke straffen opleggen, en niemand kan
gestraft worden dan door een wet die is vastgesteld en uitgevaardigd voorafgaand aan het delict en op wettige wijze toegepast
• Artikel 9 - Vermoeden van onschuld
FRANSE WETBOEKEN TIJDENS EN NA DE REVOLUTIE
• Verklaringen ideeën en beginselen van Verlichting
o Franse code révolutionair 1791
o Franse code révolutionair 1795 (“Code Merlin”)
• Napoleontische tijd
o Frans wetboek 1810
▪ Blijft trouw aan sommige beginselen van de Verlichting (vb. legaliteit)
▪ maar uitbreiding van misdrijven tegen de veiligheid en het politieke regime (absoluut regime)
• Die Napoleon gaan beschermen, de staat beschermen
BELGIË - STRAFWETBOEK GESCHIEDENIS
• Belgische onafhankelijkheid (1830): Franse Code pénal 1810 van toepassing (napoleonistische strafwetboeken)
o Art. 139 G.W. 1831 “binnen de kortst mogelijke tijd”
o Nieuw Strafwetboek 1867
▪ op basis van Franse wetboek
▪ bedoeling afstand te nemen v/h Napoleonistische strafwetboek
▪ uitvloeisel v/h heersende klassieke strafrechtsdenken: mens als homo economicus, die rationeel kan afwegen en
vrij zijn gedrag kiest
4