OVERHEID EN SOCIAL PROFIT COMMUNICATIE
INLEIDING: OVERHEIDSCOMMUNICATIE
DEFINITIE OVERHEIDSCOMMUNICATIE
- Communicatie door overheid = top down
- Communicatie met overheid = bottom up
àVroeger vooral top down, nu door digitalisering drempel verlaagd en meer en meer bottom up: mensen die hun wensen
communiceren met de overheid
OVERHEID
Kenmerken:
1) Organisatorisch of institutioneel criterium: instellingen onder verantwoordelijkheid van vertegenwoordigers die
door burgers gekozen zijn
2) Financieel criterium: de werking met gemeenschapsgelden
3) Functioneel criterium: behartigen van algemeen belang (opkomen voor alle burgers, niemand uitsluiten)
4) Juridisch criterium: onder specifieke regels voor de organisatie en werking van de diensten (ook wetten en regels
voor overheden)
Problemen met de afbakening:
• Particuliere organisatie (bv: social profit) die ook taken opnemen die het algemeen belang kunnen dienen en deze
kunnen uitvoeren door subsidies van de overheid en daarom vooraf opgestelde doelen van de overheid gaan halen
• Steeds meer publieke-private samenwerkingen omdat de overheid alleen dit niet aankan: privépartners zijn
noodzakelijk want zij hebben de expertise om het werk uit te voeren met belastinggeld (bv: grote
infrastructuurwerken, sensibilisering campagnes zoals bob-campagne, Childfocus campagnes, …)
Overheid = een openbaar bestuur, een samenhangend systeem dat zich richt op de besturing van de maatschappij, een
geheel aan structuren en processen waarbinnen bindende beslissingen voor en namens de samenwerkingen worden
genomen
De verschillende lagen van de overheid:
- Politiek bestuur: wetgevende en uitvoerende macht
• Politieke bestuurders
• Leidinggeven
• Verantwoording afleggen
- Ambtelijk bestuur: de administraties die verantwoordelijke politici bijstaan
• Dagdagelijkse bestuurders (management)
• Ambtenaren (inspireren + uitvoeren)
- De 4de macht: naast de uitvoerende, wetgevende en rechterlijke macht, groeiende rol van overheidsoptreden in de
maatschappij
1
,Overheidsniveaus:
- Micro-niveau: gemeentebestuur, OCMW, politie, onderwijs, ziekenhuizen
- Meso-niveau: Vlaamse regering, Vlaams parlement, provinciaal bestuur
- Macro-niveau: federale regering, federaal parlement, federale ministers
Kerntaken:
1) Handhaving van de rechtsorde: opstellen normen, informeren over sancties →Bv: campagne bij boete kind
tekening voor sensibilisering
2) Rechtvaardige verdelingen van beschikbare middelen & ruimte: herverdeling financiële middelen, sociale
woningen
3) Voorkomen van negatieve effecten: milieuvervuiling, bevorderen volksgezondheid →Bv: communicatie rond
griepvaccin
4) Instaan voor diensten die het ‘algemeen belang’ dienen: wegen, onderwijs, zorg, defensie
5) Stimuleren van samenwerking en vernieuwing: stimuleren van innovatie, diffusie van technologie (erbij gekomen
door de opkomst van technologische innovaties), bedrijven rond de tafel brengen om technologische innovaties uit
te werken en bij het publiek te brengen
Verschil overheid & bedrijf:
1) Missie
o Overheid: vooral positieve maatschappelijke effecten nastreven
o Bedrijf: gericht op winst
2) Markt
o Overheid: welzijn van de burger goedstellen, algemeen belang dienen
o Bedrijven: kiezen doelgroepen, segmenteren de populatie, maken keuzes welke doelgroep ze willen bedienen
3) Producten en diensten
o Overheid: houdt zich bezig met wat particuliere sector niet wil/kan doen (defensie, wegeninfrastructuur,
openbaar vervoer
o Bedrijven: economische rendabele goederen en diensten
4) Marketing
o Overheid: draagvlak creëren, informeren/beïnvloeden met voorlichtingscampagnes, sanctioneren
o Bedrijven: attitudes/koopgedrag beïnvloeden, maar ook meer begrip creëren voeling krijgen met wat er leeft bij
de consument
5) Communicatie
o Overheden: vaak over complexe thema’s communiceren (bv: vaccinaties, maatschappelijke issues, …) volledig
waarheidsgetrouw communiceren, transparant zijn, vaak nieuws dat niet welkom zijn (bv: nieuwe taxen)
o Bedrijven: positieve boodschappen (behalve in crisissituaties), gedeeltelijk informeren, burger/consument kan
de informatie negeren
COMMUNICATIE
Twee modellen als situering van typen en evolutie van overheidscommunicatie:
1) TYPOLOGIE INFORMATIEVERKEER (BORDEWIJK & VAN KRAAM)
- Dimensie 1: controle over de informatiebron → wie heeft er controle over de communicatiebron overheid of burger?
- Dimensie 2: controle over de tijd en onderwerpkeuze → wie beslist over het tijdstip en specifieke informatie die uit die
bron wordt gehaald?
2
,Kruising van de 2 dimensies geeft 4 grote type communicatiepatronen:
- Allocutie: controle over de opgeslagen info berust bij centrale organisatie (overheid) en deze beslist ook wanneer
deze wordt vrijgegeven → Bv: tv-uitzendingen over maatregelen tijdens corona, bob-campagnes
ð Dominante type van overheidscommunicatie → éénrichtingsverkeer, top-down
- Conversatie: individu heeft controle over welke informatie en wanneer en op welke manier de informatie wordt
weergegeven àRecente vorm van communicatiestroom binnen overheidscommunicatie, het dialoog tussen burgers
→Bv: Volksraadplegingen, debatten
- Consultatie: centraal wordt de info opgeslagen en beheerd, maar het individu beslist of/wanneer hij/zij de info wil
consulteren/raadplegen àOffline maar ook online →Bv: Mijn Burgerprofiel, Student@work, MyPension
- Registratie: centrale overheid bepaalt welke en op welk moment informatie geregistreerd moet worden maar het
individu vult het in →Bv: belastingaangifte
Controle over tijd &
keuze van object
Controle over opgeslagen informatie
Centraal Individueel
Centraal Allocutie Registratie
Individueel Consultatie Conversatie
2) PUBLIC RELATIONS MODELLEN (GRUNIG & GRUNIG)
5 modellen om de evolutie van PR te beschrijven:
- Press agentry/publicity model: éénrichtingscommunicatie, alle middelen inzetten voor positieve media aandacht te
krijgen, zonder inlevingsvermogen, informatie die men top-down meedeelt is niet altijd de waarheid
Bv: propaganda
- Public information model: éénrichtingscommunicatie, top-down, verdedigen het bedrijf bij crissisen, informatie is
waarheidsgetrouw maar niet altijd volledig: enkel communiceren wat positief kan uitdraaien, niet nagaan wat er leeft
bij het publiek
Bv: informatieve voorlichting (persconferentie corona, nieuw decreet, …)
- Two-way asymmetrical model: tweerichtingscommunicatie de verhouding tussen zender en ontvanger is
asymmetrisch (niet op dezelfde hoogte), top-down toespreken maar er gebeurt eerst onderzoek over publieke opinie
en imago, maar onderzoeksresultaten worden gebruikt om mensen te beïnvloeden/overtuigen van de doelstelling die
de organisatie wil halen
Bv: persuasieve voorlichting; overheid werkt campagnes uit waarbij ze riskante gedragingen proberen te
verminderen, campagne griep-vaccin
- Two-way symmetrical model: overheid en burger op dezelfde lijn (geen hierarchie), symmetrische relatie,
onderzoeksresultaten doen ons nadenken over hoe wij moeten veranderen of is er een misverstand bij het publiek?
Bv: social media, beleidsvoorbereidend debat, referenda
Richting communicatieproces
One-way Two-way
Doel
Symmetrisch Public Information Two-way sym
Asymmetrisch Press Agentry Two-way asym
3
, Kritiek op modellen: two way symmetrical niet realistisch
• Organisaties zoeken verdediging van hun belangen dus ‘het publiek’ bestaat niet, het zijn verschillende groepen met
verschillende meningen, belangen, … je spreekt niet tegen een uniforme eenheid van burgers.
• Binnen de burgers zijn er verschillen in macht, financiële middelen om te onderhandelen met de overheid
• Sommige publieksgroepen willen niet onderhandelen
Soms starten met two way symmetrical en dan overschakelen op two way asymmetrical model om controverse te
beëindigen. Hierdoor 5de model:
- Mixed-motive model: Men haalt inspiratie en gaat in dialoog (symmetrisch) tot een bepaald moment ze zelf beslissen
wat ze wel/niet overnemen (asymmetrisch)
Evolutie van overheidscommunicatie: van eenzijdigheid naar tweezijdigheid, van hiërarchisch naar interactief, van top-
down informatie naar communicatie
• Minder allocutie, meer conversatie
• Minder public information, meer two-ways symmetrical
Overlap tussen de verschillende domeinen:
1) Overheidscommunicatie & politieke communicatie
o Bv: reclame over ‘het feest van de burgermeester’, persoonlijk logo gebruiken
o Politieke communicatie = communicatie die inhoudelijk over politiek gaat en alle communicatie met een
politieke functie → meer persuasieve communicatie, persoonlijke of partijpolitieke profilering met electorale of
imagebuilding doelen
o Overheidscommunicatie: neutraal, algemeen belang, zakelijkheid
2) Overheidscommunicatie & commerciële communicatie
o Als bedrijf steeds meer via initiatieven van overheden communiceren. Maar overheden ook steeds meer geld
nodig van profitorganisaties, daarom soms samenwerkingen (koeporganisaties, sponsors, …)
3) Overheidscommunicatie & social profit
o Streven maatschappelijke doeleinden na en moeten inkomsten genereren, dit komt van subsidies (overheid),
werken samen met de overheid rond maatschappelijke thema’s omdat overheid de expertise niet heeft en via de
social profit organisatie zo de doelgroep kan bereiken
ACTOREN
Verschillende actoren waarmee de overheid rekening moet houden:
- Burgers
- Media
- Drukkingsgroepen
- Politieke partijen
4