Inleiding
p1-6
1. Criminologie van de Strafrechtsbedeling: wat?
- Strafrechtsketen/ strafrechtelijk beleid in de enge zin/ sensu stricto
- Strafrechtsketen/ strafrechtelijk beleid in de brede zin/ sensu lato
Ook tewerkstelling, gezondheidszorg, onderwijs, … zijn belangrijk
Inzicht in de keten van de strafrechtsbedeling
- Opsporing -> strafuitvoering
- Inzicht in de verschillende echelons, actoren en functies
- Instroom, doorstroom en uitstroom
Voorbeelden dia 6&7
2. Algemeen overzicht strafrechtsbedeling/ helikopterperspectief
a) Hoe denken we over misdrijf en straf?
De slingerbeweging vh strafrecht
- De ene moment stellen we de daad centraal, andere moment de dader en weer
terug
Ancien Régime (tot aan de 18de E) (= middeleeuwen)
- Willekeur, recht op bestraffing was alleenrecht koning, bekentenis afdwingen,
voorbeeldstraffen (meestal publiek) “wrede Middeleeuwen” versus recent
onderzoek
In nieuwe bronnen werden de ‘wrede middeleeuwen’ een beetje gereduceerd,
er werd ontdekt dat ze ook soms geld betalen om hun straf af te lossen
- Voornamelijk focus op vergelding en afschrikking (algemene preventie)
,Verlichting en Klassiek Strafrecht (18-19e E)
- De mens is een rationeel wezen (mensd heeft vrije wil en kiest tussen goed en
slecht, als die rationeel nadenkt gaat hij geen crimi plegen want dat mag niet),
sociaal contract (deeltje vrijheid afstaan aan OH zodat zij je veiligheid bieden),
Magna Charta van het strafrecht (legaliteit-proportionaliteit- subsidiariteit), vaste
straffen, geen individualisering, schuldnotie centraal
Legaliteit: iedereen wordt geacht de wet te kennen)
Proportionaliteit: straf in proportie met daad
Subsidiariteit: SR als laatste optie
- Voornamelijk focus op vergelding (maar ifv sociaal contract, dat je gebroken hebt),
algemene preventie (afschrikking), bijzondere preventie (als geboorte vd
gevangenisstraf)
Positivisme (2de helft 19e E)
- Misdrijf gevolg causale factoren, de mens heeft geen vrije keuze, gedetermineerd,
sociaal gevaarlijkheid, Magna Charta op de helling (geen rationele keuzes maar
voortbedtemdheid), verschuiving van daad naar dader, sanctie
- Vergelding = zinloos? Focus op bijzondere preventie en resocialisatie (sanctie)
- Determinatie en sociale gevaarlijkheid staan centraal
Sociaal Verweer (2de helft 19e E)
- De maatschappij beschermen (‘verweren’), de mens heeft een ‘zekere vrijheid’, het
eclecticisme van Prins
Eclecticisme = tweesporenbeleid -> mensen ùet psychische kwetsbaarheid, en
dus gee vrije wil, uit SR houden
- ‘Normale’ delinquenten versus andere delinquenten, straffen versus maatregelen
(“geestesgestoorden en jeugdigen”)
Na WO2
- Overgangsfase, bloei, welvaartstaat en verzorgingsstaat
- Uitbouw sociale vangnetten
Nieuw Sociaal Verweer (na WO II)
- Aandacht voor persoonlijkheid & sociaal milieu (cfr. ‘oud’ sociaal verweer),
individualisering, mét aandacht voor de rechtspositie van de dader (legaliteit)
Resocialisatie centraal
- Neemt prinvipes oude sociaal verweer (tweesporen) maar ook mensenrechten &
legaliteit meebrengen -> de excessen vh oude sociale verweer mogen niet meer in
rekening worden gebracht
Vandaag -> diverse stromingen
- Straf = diverse straffen. Streven naar evenwicht tussen vergelding, afschrikking,
resocialisatie en herstel.
Resocialisatie als functie van een (gevangenis)straf: wat vinden jullie daar van?
- Rechter als koorddanser - publieke opinie
- Voormalig Minister van Justitie Koen Geens: 3 fases hervormingen strafrecht,
strafprocesrecht, strafuitvoeringsrecht
- Vandaag hebben we een nieuw strafwetboek
2. De strafrechtsketen
a) De ‘logica’ van de strafrechtsketen- de echelons
- Er komt veel binnen maar weinig zaken eindigen het einde vd keten
- Vervolging ‘zuigt’ alles op en laat slechts een aantal dingen vrij
,b) De strafrechtsketen- een trechter
- Misdrijf: door de wet omschreven gedrag waarop een straf is gesteld die in de wet
is bepaald
- Dark number versus misdrijven die in de trechter terecht komen
- Weetjes
700 000 - 750 000 misdrijven/jaar bezorgd aan OM
Slechts een klein deel ervan (35 000-55 000/jaar, 5%-7%) worden door de
strafrechter behandeld
Een klein deel daarvan (18 000/jaar) leidt tot hechtenis/gevangenisstraf
De strafrechtsketen en de verregaande juridisering
Overreglementering, uitbreiding strafrecht maar investeringen voor justitie volgden
niet
- “We hebben het strafrecht verwaarloosd”
- Gevangenissen zitten overvol, coördinatie tussen diverse actoren loopt soms mank
Overlopen/opstroppen trechter: onbeheersbare hoeveelheid straffen en het
onvermogen om die uitgesproken straffen adequaat uit te voeren
Tast efficiëntie van het strafrecht aan en zorgt voor uitholling
De strafrechtsketen en de ruimte voor beleid
- Heel belangrijk, als we het niet doen volgen we de logica vd strafrechtsketen -> elk
feit zorgt voor vervolging -> daarom moeten we keuzes maken & nieuwe zaken
invoeren = “beleid voeren”
- Klassieke strafrecht: geen ruimte voor beleid (magna charta)
- Oud sociaal verweer: creatie beleidsruimte op echelon SU en deels ST
Bvb voorwaardelijke invrijheidsstelling, verzachtende omstandigheden
- Nieuw sociaal verweer: creatie beleidsruimte op elk echelon
Bvb praetoriaanse probatie, Bemiddeling en Maatregelen, probatie, penitentiair
verlof
Op elk echelon is er nu beleid
3. Keuzes maken in de keten
a) Keuzes maken bij de opsporing (vanaf 1/10)
- (Lokale en federale) politie, bijzondere inspectiediensten, douane,..
- Politie legt schriftelijk vast in processen-verbaal
- Wettelijk geen autonomie (geen politiesepot*): alles verbaliseren en doorgeven aan
OM
- Opsporingsonderzoek onder leiding van het Openbaar Ministerie (OM) (90%)
- Dwangmaatregelen: vordering tot onderzoek, onder leiding van de
onderzoeksrechter (gerechtelijk onderzoek, 10%)
Quid: staat dit op de helling?
b) Keuzes maken bij de vervolging (vanaf 29/10)
- Logica van de strafrechtelijke reactie op misdrijven:
- “Eens een misdrijf is opgespoord en vastgesteld, wordt het aan de strafrechter
voorgelegd met het oog op beoordeling en eventuele bestraffing”
Realiteit: eerder uitzondering dan regel!
Sepot = zondergevolgstelling (dit is de nieuwe term)
- Opsporings- en vervolgingsbeleid: richtlijnen minister van Justitie en
omzendbrieven College PG’s (COLs)= bindend voor alle leden OM
, MAAR binnen de grenzen bepaald door de minister van Justitie/College PG’s kan
het OM eigen accenten leggen:
= Opportuniteitsbeginsel: het OM kan beslissen om wel/niet tot vervolging over
te gaan
OM als spilfiguur! -> belangrijkste … dat feiten opneemt en slechts enkele
teeug loslaat
Zondergevolgstellingen, wanneer?
- Technische zondergevolgstellingen: dader is gestorven
- Zondergevolgstellingen wegens opportuniteitsredenen
- Buitenrechtelijke afhandeling op parketniveau (bvb MS, B&M)
- Beslissen tot vervolgen
c) Keuzes maken bij de straftoemeting (vanaf 07/11)
- Straffen kunnen enkel worden uitgesproken door een rezchter, het komt daar
terecht via het OM
- Een strafrechtelijke reactie op een misdrijf is de uitzondering
- Instellen strafvordering via:
OM (OM/PdK heeft vervolgingsmonopolie)
- Uitzonderingen, zoals:
Via Raadkamer (na vordering OM) na afsluiting gerechtelijk onderzoek door
onderzoeksrechter
Door het slachtoffer
De rechter als koorddanser
- Straftoemeting: geen automatisme
Is best een moeilijke oefening
Legaliteitsbeginsel
Breed straffenarsenaal, geen straftoemetingsrichtlijnen
Recht om te straffen werd vanaf het positivisme/sociaal verweer verlegd van de
objectieve zwaarwichtigheid van de daad (klassieke leer, vaste straffen, “la
bouche de la loi”) naar de persoonlijkheid van de dader
Misdrijf in wet, maar concrete straf moet niet op voorhand in de wet worden
bepaald
Op het ogenblik van de straftoemeting: aanpassen aan de persoonlijkheid van
de beklaagde
- Rechter moet balanceren tussen bestraffen daad & bestraffen van de dader:
balanceren op een koord tussen gelijkheidsbeginsel en het beginsel van de
individualisering van de bestraffing
Dispariteit
- Dispariteit, ongelijkheden door discretionaire ruimte van de rechter
- Straffen voor eenzelfde misdrijf: kunnen sterk verschillen
Wettelijke factoren: ernst misdrijf
Verschillende straffen
Min-maximumruimte
Niet-wettelijke factoren: persoonlijkheid of sociaal-economische achtergrond
dader, figuur van de rechter