H1: Wat is Ergonomie
Definitie “ergonomie”:
wetenschap die de relatie van de mens tot zijn omgeving onderzoekt “ergo” en “nomos”
Mens, product, interactie en omgeving
“ergonomische” producten zijn producten met een bepaald nut, die effectief, efficiënt, veilig en comfortabel zijn in het
gebruik door de bedoelde groep gebruikers
Een ergonomisch product wordt door de gebruiker positief gewaardeerd omdat:
- Het is prettig in gebruik
- Wekt geen irritatie op
- Heeft geen vertraging
- Kost weinig moeite bij het bedienen
- Geeft een beter resultaat
- Schaadt de gezondheid niet
“onergonomische” producten zijn producten die op minstens één van bovenstaande gebieden schromelijk tekort schieten
- Een bioscoop waar een deel van de bezoekers het scherm niet goed kan zien
- Kantoorstoelen waarvan de zithoogte niet op de juiste maat is in te stellen
Consument waardeert het product herhaalaankopen = goede reden om ergonomie vanaf het begin van het
ontwerpproces serieus te nemen
geen klachten over de ergonomische aspecten v.e. product zegt niet dat het product genoeg gebruiksvriendelijk is
- Gebruikers zullen de klachten niet snel aan de maker v.h. product laten weten
- Ze zullen eerder een ander product kopen
Mens, product, interactie en omgeving
Er zijn een aantal actoren en factoren aanwezig bij ieder product dat gebruikt wordt
1. Mens/gebruiker
2 hoofdgroepen:
- Professionele gebruikers
- Consumenten
Een ergonoom houdt rekening met alle gebruikers die het product zouden kunnen gebruiken
- Een ontwerper die ergonomie kent zal
o Nooit voor de gemiddelde mens ontwerpen
o alle leden van de gebruikersgroep moeten het product kunnen gebruiken, zelf de extreemste, bv:
=> Kleinste - grootste
=> Snelste – traagste
=> Andere culturele achtergrond
=> Fysiek of geestelijk gehandicapte gebruikers
=> Analfabeten
=> Dyslecten
=> Meest ervaren / totaal onervaren
=> Onderzoekende gebruiker en de voorzichtigste
o Welke type extreme gebruiker moet worden meegenomen naar de ergonomische beschouwing
hangt af van:
=> Het soort product
=> Te verwachten gebruikersgroepen
- Vaak meer dan 1 gebruiker betrokken bij productgebruik
o Babyfoon: baby’s en volwassen verzorgers
- Verwachte gebruikers ≠ doelgroep
- Groep daadwerkelijke gebruikers is groter dan de duidelijk gedefinieerde, dus beperktere
marketingdoelgroep, bv:
o Huis- tuin- en keukenproducten worden zelden in de markt gezet voor gehandicapten
2. Product
, - We bespreken hier enkel de producten met fysieke verschijningsvorm:
o Gebruiksgoederen
o Bepaalde verbruiksgoederen
- Bv verpakking en sommige medische wegwerp producten
- Artefact: verplaatsbaar object dat door de mens is vervaardigd, bewerkt en/of gebruikt
3. De interactie
Interactie = wisselwerking= alle acties die ontstaan als twee of meer objecten een effect (in twee richtingen) hebben op
elkaar.
Interactie in de ergonomie = al datgene wat gebeurt in een relatie tussen een mens/mensen en een product/producten.
‘gebruik’ is overkoepelende term voor de interacties met een product.
Een gebruiker kan meerdere producten tegelijkertijd gebruiken, hier moet altijd rekening mee worden gehouden.
2 soorten interacties:
- Fysieke handeling
o De gebruiker drukt op een knop van een product
- Perceptie (waarneming)
o Een product produceert een geluid
4. De omgeving
Een interactie vindt altijd plaats in een bepaalde omgeving of situatie. Deze omgeving kan invloed uitoefenen op interactie,
mens of product.
2 soorten omgevingen
- Fysieke omgeving
- Niet-fysieke omgeving
o Bv: in een donkere omgeving is het product niet goed zichtbaar
o In een supermarkt hebben sommige klanten hun leesbril niet bij
Dit kans stressvol zijn.
Het is belangrijk dat men bij het ontwerpen rekening houd met mogelijke omgevingsinvloeden, omgeving speelt een
belangrijke rol bij mens-product interactie.
- Bv: een product dat in schemerduister niet goed kan worden gebruikt en daardoor een ongeluk veroorzaakt
Nut, effectiviteit, effeciënt, veiligheid en comfort
Nut
Een product moet een zeker nut hebben om als ‘ergonomisch’ beoordeeld te kunnen worden, dat nut zit in het bevredigen
van een bepaalde behoefte.
Een product zonder nut heeft geen gebruiksfunctie geen sprake van een soort interactie (van de ergonomie).
Plezier en vermaak kan soms als nuttig beschouwd worden
- Een nintendo DS is bedoeld voor vermaak en kent complexe interacties waarbij ergonomie een
belangrijke bijdrage kan leveren aan het speelplezier.
- Een kunstwerk is ook bedoeld voor vermaak, maar levert geen ergonomische interacties, en heeft dus
niets met ergonomie te maken.
Effectiviteit
Effectiviteit is de mate waarin het tevoren beoogde gebruiksdoel wordt bereikt. Een product dat zijn doel niet of
onvoldoende bereikt is niet effectief en dus ook niet ergonomisch.
Effectiviteit ≠ efficiëntie !
Efficiëntie
Efficiëntie geeft aan hoeveel inspanning (tijd, geld, energie, moeite) nodig is om het gestelde doel te bereiken.
Hoe minder inspanning nodig, des te groter de efficiëntie, dat wil zeggen bij gelijke effectiviteit.
Veiligheid
,De ontwerper heeft een morele en professionele verantwoordelijkheid om het product zo veilig mogelijk te maken.
De ontwerper is ook wettelijk aansprakelijk voor de gevolgen.
Comfort
Een veilig product is niet per sé een prettig product, Comfort klinkt als een luxe maar is wel essentieel voor:
- Een positieve productbeleving
- En vaak een gezond gebruik
Oncomfortabele producten:
- zullen zoveel mogelijk gemeden worden
- kunnen in sommige gevallen ook schadelijk zijn voor de gebruikers
- Herhalingsaankopen zullen schaars zijn
Optimum: Combinatie
Hoe nuttiger, effectiever, efficiënter, veiliger en comfortabeler, des te ergonomischer.
Waar ligt dit optimum?
- Meestal niet één optimum maar verschillende optima, bv.
o Zo kan een bepaalde lichtsterkte optimaal zijn qua comfort, maar niet optimaal om in een werksituatie
een maximale productie te bewerkstelligen
o Een optimaal werktempo voor maximale productie is hoger dan een optimaal werktempo voor zo min
mogelijke productiefouten
De uitdaging: Voor iedere situatie de meest passende oplossing vinden
Drie soorten ergonomie
- Sensorische ergonomie:
waarnemen en de werking van de zintuigen bv: zien, horen en voelen
- Cognitieve ergonomie:
begrijpen, onthouden en beslissen bv: alle functies die zich alleen in de hersenen afspelen
- Fysieke ergonomie:
lichamelijke aspecten en reacties bv: lichaamsafmetingen, bewegingen, krachten, etc
Deze 3 soorten hangen vaak samen en kunnen niet los van elkaar worden gezien
Evolutie van Mens, Product en Productgebruik
Eerste producten
Elke moderne mens gebruikt producten. Oude mensachtigen begonnen met het gebruik van werktuigen in de oude
steentijd.
Het is waarschijnlijk dat voor die tijd ook al stenen werden gebruikt, die niet of nauwelijks waren bewerkt en daardoor
onherkenbaar zijn als artefact.
Van vuistbijl naar moderne tijd
De door de mensen gemaakte artefacten waren voornamelijk fysiek ondersteunende producten, ofwel verlengstukken voor
het uitoefenen van een bepaalde kracht of het op afstand doden van dieren.
- geen ingewikkelde bediening
- vereiste weinig cognitieve inspanning
Productgebruik: biologisch - evolutionair
Evolutionair gezien is het pas zeer kort geleden dat onze producten deze ontwikkeling doormaken van fysiek
ondersteunende naar cognitief complexe producten.
Fabricage en gebruik van producten is geen kenmerk dat mensen van dieren onderscheidt.
, Categoriseren van producten
Vier typen producten en hun afstand tot de gebruiker
Op grond van afstand tot de gebruiker kunnen producten worden opgedeeld in 4 groepen. (gerangschikt van groot naar
klein en van veraf naar dichtbij de mens)
Infrastructuur
- Een nog grotere schaal dan kapitaalgoederen
- Van wegen tot dorpen, steden en groter
Kapitaalgoed
- Grotere producten die een grotere afstand hebben tot de gebruiker
Gebruiksgoed
- Producten die in direct contact komen met de gebruiker
Verbruiksgoed
- Het product wordt eenmalig gebruikt en daarna weggegooid
Geschiedenis en Definities
1949: definitie van ergonomie
Voorgeschiedenis
Bepaalde termen, technieken en methoden van lang geleden worden nog steeds gebruikt.
Machines nemen zware taken over maar de bediening vraagt steeds meer geestelijke inspanning. Voorbeeld
- Vroeger moest de koetsier paarden mennen
- De eerste auto’s hadden minimale besturingsteken
- later auto’s hadden iets ingewikkeldere besturingsteken
- tegenwoordig moet de bestuurder tijdens het autorijden interacteren met vele interfaces
Definitie van ergonomie in 1949
Vanaf 1949 werd het woord ‘ergonomie’ gebruikt voor het vakgebied.
Ergonomie is het vakgebied dat er naar streeft om producten of technische systemen die een bepaald nut hebben zodanig
aan te passen of te ontwerpen dat de beoogde gebruikers ze effectief, veilig en comfortabel kunnen gebruiken
De tweede helft van de 20ste eeuw
meer aandacht voor interactie tussen producten en gebruikers die niet de gemiddelde Nederlandse jongeman zijn.
Huidige trends
- Fysieke producten, software en websites worden steeds internationaler sinds 2005. dit geeft het gevolg dat cross-
cultural ergonomics een trend is geworden
- Men realiseert sinds kort dat interactie met producten niet overal in de wereld hetzelfde is, zowel op fysiek vlak
als cognitief vlak.
- Culturele aspecten beïnvloeden het productgebruik
Ergonomie in relatie tot andere vakgebieden
Ergonomie als discipline verbindt wetenschap en technologie. Als element van industrieel ontwerpen heeft ergonomie veel
raakvlakken met techniek, vormgeving, marketing en consumentenonderzoek.
Als verbindende discipline kijkt ergonomie over de grenzen van de individuele disciplines, waardoor:
- nieuwe inzichten opgedaan kunnen worden
- en een goed klimaat voor innovaties ontstaan
industriële productontwikkeling steunt globaal op 4 disciplines (zie slide 12)
- productergonomie
- bedrijfskunde
- vormgeving
- constructie