federale staat: glijdende schaal tussen eenheidsstaat en confederatie
- deconcentratie: toewijzen van bevoegdheden aan bepaalde diensten (onder
hiërarchisch toezciht van centrale overheid)
- decentralisatie: territoriaal (gemeentes en provincies) en functioneel (onderdeel van
overheid aan instelling, geen hiërarchisch toezicht wel administratief zoals
vernietigingsbevoegdheid op wettigheid en opportuniteit)
rechter mag nooit maatregel van opportuniteit beoordelen, enkel wettigheid!
- confederatie: bond van staten die samenwerken maar elk hun eigen autonomie en
soevereiniteit behouden
wetten van federalisme:
1) autonomie van de deelstaten: het zijn rechtsorganen met eigen bevoegdheden
(residuaire, concurrerende en exclusieve)
2) participatie van de deelstaten: tweekamerstelsel (1e kamer vertegenwoordigt hele
staat, 2e kamer vertegenwoordigt de deelstaten)
3) coörperatie: bevoegdheden kunnen niet strict van elkaar gescheiden worden,
samenwerking/coörperatie is nodig (gevolg bevoegdheidsconflicten exclusieve)
parlementaire monarchie: de koning wordt erfelijk overgedragen -> erfelijk dus hij is
onverantwoordelijk, moet door minister goedgekeurd worden dus samenwerking der
machten
presidentieel stelsel: president verkozen door het volk, heeft macht om dingen te doen
zonder toestemming van minister, strikte scheiding der machten want ministers zijn
verantwoording aan president verschuldigd
Montesqieu = grondlegger scheiding der machten (voorkomen machtsmisbruik)
Rousseau = volkssoevereiniteit, volk heeft parlement gekozen en zij heeft alle soevereiniteit
Sieyès = nationale soevereiniteit, soevereiniteit rust bij de natie (bevolking in verleden,
heden en toekomst)
Scheiding der machten is een grondwettelijk beginsel, geen bepaling in grondwet!
,scheiding der machten = samenwerking der machten: wederzijdse controle (besluiten en
verordeningen alleen toegepast in zoverre zij met wetten overeenstemmen) + algemeen
rechtsbeginsel
Versterkt Wettigheidsbeginsel Verzwakt
Strafzaken art12 + 14 GW Fiscaal Eco, sociale en culturele
Onderwijs art24, §5 GW Art170 + 172 GW rechten art23 GW
Geen delegatie mogelijk van WM kan machtiging Delegatie mogelijk van
essentiële elementen verlenen aan UM onder essentiële elementen
strenge voorwaarden
WM kan geen machtiging 3 voorwaarden: Voorwaarden:
verlenen aan UM - uitzonderlijke - onderwerp wordt
omstandigheden zelf bepaald door
moeten machtiging WM
verantwoorden - prejudiciële vraag?
- machtiging moet
uitdrukkelijk en
ondubbelzinnig zijn
- maatregelen moeten
worden bekrachtigd
bij wet binnen
bepaalde korte
termijn door WM
(KB’s worden geacht
nooit uitwerking te
hebben gehad)
UM: zowel in residuaire als in voorbehouden aangelegenheden:
- wettelijke grondslag nodig
uitvoeren op grond van art108 GW
bijkomend regelgevend optreden op grond van wetgevende machtiging art105 GW
- optreden in overeenstemming met hogere rechtsnormen art108 GW
feitelijke verschuiving van WM: overwich van regeringsmacht
juridische verschuiving van WM: voorrang van wet neemt af
1) residuaire macht verschuift: van federaal naar deelstaten overgeheven maar nog niet
uitgevoerd in GW
2) authentieke interpretatie van decreten: decreet in GW verwijst enkel naar decreten
van gemeenschappen, niet van gewesten
3) rechterlijke toetsing van wetten: begint bij Hof van Cassatie, wat in wetgeving staat is
niet te betwisten en ze toetst geen wetten aan grondwet
Toetsing van wetten aan GW:
niet volgens Hof van Cassatie
wel grondwetsconforme interpretatie (smeerkaasarrest)
oprichting Grondwettelijk Hof – 1980 (onaantastbaarheid van wet verdween)
, Bevoegdheden van arbitragehof uitgebreid tot bepaalde grondwetsartikelen (art10, 11, 24,
170, 172, 191 en titel 2 GW), specifieke deze want onderwijs werd
gemeenschapsbevoegdheid en vrees voor niet-naleving ervan + art10 en 11 is
gelijkheidsbeginsel en verbod van discriminatie
Toetsing volgens Grondwettelijk recht:
rechter moet prejudiciële vraag stellen aan Grondwettelijk Hof over vernigbaarheid
met titel 2 GW -> ze moet ambtshalve nagaan of titel 2 GW geheel of gedeeltelijk
analoge bepaling bevat
uitzonderingen:
- de rechter oordeelt dat de bepaling uit titel 2 GW niet is geschonden (acte clair)
- de rechter oordeelt dat de bepaling uit titel 2 GW of de verdragsbepaling wel is
geschonden, maar dat moet blijken uit een arrest van het GwH of van een
internationaal rechtscollege (acte éclairé)
Toetsing bij Europees Unierecht: (melki-arrest)!!!
voorrang gaat naar het Unierecht
4 voorwaarden van prejudiciële vraag in overeenstemming met Unierecht:
- de rechter kan tegelijkertijd of op een ander tijdstip een prejucidiële vraag stellen aan
het Hof van Justitie (terwijl die bij GwH ook lopende is)
- de rechter kan ambtshalve de vereiste voorlopige maatregelen nemen om de
bescherming te verzekeren van de rechten die door de rechtsorde van de Europese
Unie zijn toegekend
- de rechter moet na een procedure van grondwettigheidstoetsing, een norm buiten
toepassing kunnen laten wanneer hij die in strijd acht met het Unierecht
- als de wetgevende norm een dwingende richtlijnbepaling omzet, moet eerst aan het
Hof van Justitie een prejudiciële vraag gesteld worden over de geldigheid van de
richtlijn, voor het GwH tot de grondwettigheidstoetsing kan overgaan
Rechtsstaat – Rule of law – l’Etat de droit
Materiële pijler Formele pijler
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur marievangrieken. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €20,96. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.