MIDDELENMISBRUIK
,Inhoud
Hoofdstuk 0: Inleiding en situering
Hoofdstuk 1: Neuropsychologie van verslaving
Hoofdstuk 2: Enkele inzichten uit verslaving, herstel en de rol van hulpverlening
Hoofdstuk 3: Verslaving en herstel
Hoofdstuk 4: Residentiele hulpverlening en behandeling in therapeutische gemeenschappen
Hoofdstuk 5: Harm reduction – spuitenruil
Hoofdstuk 6: Substitutiebehandeling
Hoofdstuk 7: Ambulante drughulpverlening
Hoofdstuk 8: Verslaving, herstel en familie
Hoofdstuk 9: Zelfhulpgroepen
Hoofdstuk 10: Probleemgebruik en herstelkapitaal bij personen met een migratieachtergrond
Hoofdstuk 11: Ouderschap en verslaving
Hoofdstuk 12: Drughulpverlening in de gevangenis
Hoofdstuk 13: Personen met complexe ondersteuningsnoden
Examen
- Schriftelijk met open vragen
- Mondeling gedeelte
- Oefeningen
o EuropASI afname: paper
o MI en TVP: toepassingsvraag op examen adhv casus
2
,Hoofdstuk 0: Inleiding en situering
Verslaving aan middelen maar ook gedragsverslaving (zoals gokken)
Misbruik: vroegere DSM, schadelijke vorm van gedrag
- Meest schadelijke: afhankelijkheid en dus verslaving
- Niet zo goede term vandaag de dag
Wat is verslaving? Waarom is stoppen moeilijk? Wat maakt dat mensen hervallen? Welke onbelangrijke
details wekken een trigger op om terug te gebruiken?
Stereotype beelden van het fenomeen ‘verslaving’ en ‘middelengebruik’
- Gemarginaliseerd, op straat leven, gebruik van klassieke drugs
➔ We moeten dit in zijn groot beeld zien! Het gaat over veel meer dan klassieke middelen
Zie Flakka
Nummer 1: alcohol, maar ook sigaretten en medicatie zoals benzo’s en opiaten
Maar ook smart drugs, die niet meer legaal zijn maar wel aantonen dat je tot nieuwe drugs kan komen
door moleculen te manipuleren
- Moeilijk tegen te houden, wel legaal in sommige andere landen zoals Nederland
EXAMEN: Missing link tussen 4 bekende mensen (acteurs) in Vlaanderen
- Alcohol- en drugsverslaving
- Ze zijn momenteel in herstel, ze hebben de verslaving overwonnen en maakten dit publiek
- Idee: ‘eens verslaafd, altijd verslaafd’ is te relativeren
o Levensloopperspectief: iets meer dan de helft slaagt erin het probleem te overwinnen
1 Multi perspectivisme
- Bio-psycho-sociaal-ecologisch perspectief
- Onderzoek, praktijk en beleid
o Altijd combinatie van deze drie
- Multidisciplinaire benadering: orthopedagogisch, psychologisch, medisch-psychiatrisch, sociologisch
- Ervaringsdeskundigen, ex-gebruikers, praktijkwerkers, wetenschappers, beleidsmensen
- Ervaringskennis als zeer belangrijk element
1.1 Internationaal, intercultureel perspectief
- Laagdrempelige verkoop van alcohol
- Integratie van theorie, onderzoek en praktijk
3
, Hoofdstuk 1: Neuropsychologie van verslaving
Neurobiologie: gaf antwoorden, maar dit ook vertalen naar gesprekken met mensen
- Niet direct medicatie of deep brain stimulatie, maar ook gespreksvoering
Geassocieerde kenmerken met verslaving
- Afhankelijkheid, types drugs, hunkering, onbewust, triggers, copingmechanismen, context, tolerantie
- Deze associaties hebben te maken met producten, mechanismen, verklaringen, maar de wetenschap
gaat klasseren
1 Beschrijvingen verslaving
1.1 Beschrijvende diagnose DSM 5
Middelengerelateerde stoornis of verslaving
Patroon van onaangepast gebruik van een middel dat significante beperkingen of lijden veroorzaakt, zoals in een
periode van twaalf maanden blijkt uit twee of meer van de volgende 11 criteria:
- Tolerantie of onthoudingsverschijnselen
o Fysieke uitingen van regelmatig middelengebruik
- Controleverlies of weinig succesvolle stoppogingen
o Gedrag proberen controleren
- Groot deel van de tijd gaat op aan inspanningen om middel te bekomen, te gebruiken of te recupereren
van het gebruik
- Belangrijke bezigheden zoals sociaal, werk gerelateerd, vrije tijd worden opgegeven of verminderd of
verantwoordelijkheden op dat vlak miskend
- Gebruik wordt voortgezet ondanks wetenschap dat er een belangrijk lichamelijk of psychisch probleem
is of dat het relatieproblemen veroorzaakt
o Bv: arts zegt dat je moet stoppen met roken omdat je iets hebt aan je longen, maar je blijft dit
verder zetten
- Gebruiken in situaties die je in gevaar kunnen brengen
- Hunkering (Craving) of een sterke wens of drang naar het middel
1.2 Screeningtest CAGE questionnaire
Op basis van 4 vragen kan men screenen
Meer dan 1 van deze vragen als positief is kans op alcoholgebruiksstoornis
Heb je ooit
- De nood gevoeld om je gedrag te verminderen of stoppen
- Vervelend gevonden dat anderen over jouw drinken opmerkingen maken
o Gelogen over je drankgebruik, gokken, gamen
- Je schuldig gevoeld over je drinken, gedrag tijdens drinken
- Eye opener: je kan niet op gang komen ’s ochtends, tenzij je terug drinkt
Debat: de criteria die gaan over negatieve gevolgen van gedrag; hebben een aantal nadelen
Wat is heavy use? Maar je moet niet wachten tot er al problemen zijn, vooraleer je over een stoornis kan spreken
dus het wordt minder cultureel beïnvloedt en over lange tijd veel gebruiken is het vehikel dat zorgt voor
neurobiologische veranderen die herval makkelijk maken. Als mensen vaak en veel gebruiken van een middel,
leidt dit tot moeilijkheden.
1.3 NIDA vs WHO definitie
NIDA: verslaving is gedefinieerd als
- Een chronische, recidiverende aandoening
- Gekenmerkt door dwangmatig zoeken naar drugs
- Langdurige veranderingen in de hersenen
- Vooral verslaving als een hersenziekte definiëren
4