Deel 2: het vierluik praktische
uitwerking per luik
Hoofdstuk 4: Luik A – bewegen in de klas
Pagina 57 tot pagina 71
Beweging inbouwen en integreren in ‘gewone’ lessen werkt motiverend,
vaak vinden de kinderen dat leuk. Maar je streeft er ook verschillende
eindtermen mee na.
Positief zelfbeeld, controle op bewegingsgedrag tijdens de les dus
betrokkenheid en welbevinden verhogen
Kinderen die laag scoren op functies als inhibitie, werkgeheugen en
cognitieve flexibiliteit halen het meeste voordeel bij een toename van
lichamelijke activiteit
Als je beweegt, memoriseer je sneller omdat je heel erg ritmisch werkt.
Ook kleine bewegingsmomentjes in de klas hebben effect.
4.1 Bewegingstussendoortjes
Bewegen tussen de lessen door, dus, of zoals ze ook vaak heten: de
energizers. Soms om even helemaal total loss te gaan en al je energie
kwijt te kunnen. Op andere momenten, echter, hebben de kinderen net
behoefte aan rust, even helemaal zen worden voor de volgende toets.
,Classificatiesysteem voor tussendoortjes op basis van het dynamisch ei
schema. Ook leerdomeinen vormen een bron van inspiratie.
Praktische tips bij het classificeren van bewegingstussendoortjes
- Let op dat systeem niet te veel tijd in beslag neemt – totale duur van
een tussendoortje is 5min
- Let op dat je zelf in de hand hebt of het een rustig of wild spelletje
wordt
- Denk aan een snel beurtrolsysteem of beloningsysteem om te
bepalen wie mag komen trekken of kiezen. Het systeem bepaalt niet
of er al dan niet een tussendoortje gedaan zal worden, kinderen
hebben recht op beweging
4.2 Bewegingshoeken
Een hoekenwerk is bij uitstek een ideale werkvorm om te differentiëren.
Bewegingshoek voorzien een plek waar bewegen als doel en of als
middel in verwerkt kan zitten. Enerzijds geef je extra kansen tot beweging,
anderzijds kunnen de kinderen ook leerstof verwerken in de hoek.
Troeven bewegingshoek voor leerkracht:
- Extra observatiekansen voor individuele kinderen, ook op het vlak
van motoriek.
- Handen vrij om kinderen bij te werken indien nodig
- Zeer veel mogelijke inhoudelijke invullingen
- Variatie in manieren van verwerken en vastzetten van de leerstof
- Herhaalbaarheid/standaardisatie
- Mogelijkheid tot differentiatie, op het vlak van niveau en/of tempo
Troeven bewegingshoek voor kinderen:
- Zelfstandigheid en zelfsturing (ze moeten de opdrachten zelf lezen,
uitvoeren en verbeteren)
, - De mogelijkheid tot communicatie en interactie (overleg met
samenwerken zijn nodig)
- Differentiatiekansen tussen kinderen, ook op basis van interesses
- Extra aanbod bewegingsprikkels en tijd om even energie kwijt te
geraken
- Grotere betrokkenheid en motivatie
- Leerstof wordt op een meer speelse manier ingeoefend
- Ergonomisch voordeel (even uit de stoel)
In een bewegingshoek kan je aan heel veel verschillende doelen werken:
- Taalcompetenties: een opdracht verwerken en komen tot overleg en
samenwerking
- Persoonsgebonden doelen: zelfsturing, zelfbeeld, samenwerking,
zorg voor elkaar…
- Bewegingsdoelen: lichaamsbesef, relaxatie, ritmische vaardigheid,
ruimteperceptie, fijne motoriek, evenwicht
- Wiskunde: getallenkennis, cijferen, meetkunde, meten, ruimtelijk
inzicht…
- Taal: rijmen, klanken herkennen, spelling, schrift, luisteren, spreken,
woordenschat,…
- W.O. : techniek, ruimte, natuur,…
- Muvo: drama, muziek,..
4.3 Dynamisch zitten en bewegen
Wiebelen op stoel mag en voelt soms noodzakelijk houdingsbewustzijn
van de lln en maak je klas bewegingsvriendelijk
Verbeteracties:
- Zorg voor een schuin hellend werkblad, plaats eventueel blokken
onder de voorste poten voor een hellingsgraad van 16° (vermijden
te sterk voorgebogen houding)
- Zorg voor een tafel op maat zodat de elleboogpunten net onder de
tafelrand komen in schrijfhouding, nog beter is voorzien in hogere
tafels (en aangepaste stoel)
- Denk goed na wat je de kinderen in een boekentas mee naar huis
laat dragen. Die mag maximaal 10% van het eigen lichaamsgewicht
wegen, controleer dat ook maandelijks.
- Zorg ervoor dat je zelf correct heft en lasten draagt, en leer dat ook
zo de kinderen aan.