Dit document omvat een volledige samenvatting van de hoorcolleges van het vak Algemene Dierkunde, gegeven door prof. Bram Vanschoenwinkel op de VUB. Er werd gebruik gemaakt van de ppt slides en eigen notities. Het boek is een handige tool voor extra informatie.
1. Inleiding tot de oorsprong van dieren
Waarom dieren bestuderen?
Mensen zijn sterk a ankelijk van dierlijke grondstoffen.
Dieren zijn modellen voor de werking van het menselijk lichaam.
Het begrijpen van de evolu e van dieren leert ons waar wij vandaan komen.
Biologisch erfgoed kan zo beter beschermd worden.
Gebeurtenissen:
3,5 miljard jaar geleden - stromatolieten: bestaan uit cyanobacteriën en produceerden O2
2,4 miljard jaar geleden - banded iron forma ons: O2 gebonden aan Fe (rode kleur)
→ fotosynthese pompte atmosfeer vol zuurstof
650 mya - snowball earth: CO2 en CH4 verdwijnt uit atmosfeer agv fotosynthese
→ aarde koelt af (daarna: CO2 cyclus in oceaan stopt, CO2 van vulkanen bouwt op en aarde
“smelt”, fotosynthese kan weer starten)
580-540 mya - ediacara fauna: eerste goede fossielen (waarschijnlijk neteldieren uit zee)
542 mya - cambrische explosie: opeens veel biodiversiteit, O2 verhoogt (dieren bewegelijk ipv
sessiel)
Oorsprong van dieren
Dierlijk leven = ontstaan in de zeeën jdens 2e deel van het Precambrium (580-540 mya) samen met de
ontwikkeling van mul cellulaire organismen (heterotroof) → ediacara fauna (vernoemd naar plaats)
Nieuwe levenswijze = succesvol: ontstaan van meerdeligheid liet toe dat cellen zich organiseerden tot
weefsel met verschillende func es en later tot verschillende orgaanstelsels → gereflecteerd in enorme
radia e (= snelle evolu e van verschillende evolu onaire takken) van het dierlijk leven
3 domeinen: Bacteria, Archaea en Eukarya → parafyle sch! → 2 domeinen waarbij Eukarya en Archaea
samen: Archaea hebben geen celkern, maar wel een vergelijkbare genexpressie en gene sche
structuur als Eukarya
Enorme diversiteit binnen Eukarya: één tak zijn dieren en deze zijn het meest verwant aan fungi want
beide zijn heterotroof
Oorsprong van dieren, planten en fungi is hetzelfde (700 à 800 mya): één cel → kolonievorming →
meercellig individu (kolonie = cellen kleven aan elkaar, nog geen specifieke taakverdeling)
Alle dieren hebben één gemeenschappelijke voorouder: kolonies van
choanoflagelaten (= organismen met flagel en kraag)
Flagel: individueel (voortbeweging) en in kolonie (waterstroom creëren
om voedsel aan te voeren en op te nemen via fagocytose)
Elena Crommen | 1
, Hypothese: kolonie van flagellaten
evolueerden tot holle bol → cellen
specialiseren → stellen 2 of meer
lagen op (structuur ook aanwezig in
dierlijke embryo’s)
Basiskenmerken van dieren
1. Een dier is eukaryo sch, meercellig en heterotroof.
- Ontstaan uit prokaryoot (endosymbiose theorie)
- Evolu e van kolonie van individuen tot meercellig organisme + ontstaan van taakverdeling
- Nemen organische moleculen op die geproduceerd zijn door andere organismen op te
eten of door ontbindend organisch materiaal op te nemen = voedselopname
2. Een dier hee geen celwand.
- Cellen plakken aan elkaar adhv verbindingselementen ( ght junc on, gap - en desmose)
- Mul cellulaire lichamen van dieren worden samengehouden door extracellulaire
proteïnen: voornamelijk collageen
3. Een dier hee unieke weefsels.
- Spieren en zenuwen zorgen beweging en reac e op s muli
4. Een dier plant zich meestal geslachtelijk voort (diploïde fase = langste fase in levenscyclus).
- Meestal onbeweeglijke eicel en bewegelijke spermatozoïden
- Er zijn ook (cyclisch) parthenogen sche dieren
5. Een dier hee een typische embryonale ontwikkeling.
- Diploïde zygote ondergaat een klievingsproces: zygote → morula → blastula → gastrula
- Twee of drie kiembladen (= “oerweefsels”) → diploblas sch (Porifera, Cnidaria en
Ctenophora en triploblas sch (hogere dieren):
Ectoderm: opperhuid, nagels, ooglens, tandglazuur, centraal zenuwstelsel, …
Endoderm: darmen, maag, longen, …
Mesoderm: spieren, skelet, hart, nieren, tandbeen, …
*mesoderm ontstaat in coeloomholte tussen ectoderm (blauw) en endoderm (geel)
- Soms geleidelijk overgangsstadia tot volwassene organisme, soms duidelijke larvale stadia
6. Hox genen sturen de ontwikkeling van dieren
- Reguleren expressie van andere genen
- Bepalen bouwplan van organisme en segmenta e
- Meer hox-genen = grotere complexiteit
Elena Crommen | 2
, Grote lijnen van de evolu onaire stamboom
Carl Linnaeus (Zweeds botanicus) = “vader” van de systema ek
→ tweeledige binomiale benaming van soorten (genusnaam + soortnaam) = wetenschappelijke naam
Indelen van dierenrijk:
Classifica e - soorten in groepen indelen
Taxonomie - beschrijven en benoemen van soorten en definiëren van hiërarchische
categorieën (= taxa)
Systema ek - classifica e + taxonomie
Fylogenie - studie van de evolu onaire geschiedenis van taxa en opstellen van evolu onaire
stambomen
Cladis ek - fylogene sche analysemethode obv gemeenschappelijk afgeleide kenmerken
(= synapomorfieën)
Monofyle sche groep: omvat alle levende afstammelingen van één bepaalde gemeenschappelijke
voorouder → systema sch waardevol
Parafyle sche groep: omvat enkele afstammelingen van één bepaalde gemeenschappelijke voorouder
(onvolledige monofyle sche groep) → weinig waardevol
Polyfyle sche groep: groepering obv gelijkenissen die geen basis hebben in een gemeenschappelijke
voorouder → niet waardevol, misleidend
Taxonomische niveaus met mens als voorbeeld:
Rijk Animalia
Fylum Chordata
Klasse Mammalia
Orde Primates
Familie Hominidae
Geslacht Homo
Soort Homo sapiens
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur elenabio13. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €13,13. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.