SAMENVATTING UROLOGIE – PROF. VAN DER AA EN EVERAERTS
Introductie in de urologie en algemene urologische begrippen
1. Wat is urologie?
Urologie = specialisatie die zich bezighoudt met aandoeningen van de nieren, urinewegen en
mannelijke geslachtsorganen.
- Mannen en vrouwen
- Snijdend, medisch en endoscopisch beroep
- EBM: we baseren ons klinisch redeneren waar mogelijk op de aanwezige wetenschappelijke
kennis.
2. Urologische urgenties
= toestand die een onmiddelijke interventie vereist.
- Acute onbeheersbare pijnklachten (bv. nierkoliek, acute urinaire retentie) die onmiddelijke
medische aandacht vraagt → comfort, welzijn van de pt
- Orgaanbedreigende situaties (bv. torsio testis, parafimosis): snelle interventie noodzakelijk →
orgaanfunctie behouden, permanente schade voorkomen
- Levensbedreigende situaties (bv. urosepsis, trauma, gangreen van Fourier, acute postrenale
nierinsufficiëntie)
3. Urologische alarmsymptomen
= uiting van urologische urgentie en /of andere pathologieën die tijdige interventies vereisen
- Pijn
- Hematurie
- koorts
→ altijd actief navragen. Als deze symptomen aanwezig zijn, moet je aanvullend onderzoek doen!
4. Urologische interventies
Drainage van lagere urinewegen: blaassonde
- juiste techniek, juiste sondekeuze, juiste toegangsweg
o intermittent vs verblijfssonde
▪ > 3dagen – siliconenkatheter
▪ > 6 weken – suprapubische sonde
o transurethraal vs suprapubisch
o juiste aseptische techniek!
- Verblijfssonde = belangrijke oorzaak van nosocomiale infecties (CAUTI)
o Goede indicatie (+ duur en plaatsing bepalen)
o Tijdig verwijderen
o Na 48u: : bijna altijd kolonisatie van de blaas (≠ infectie – geen AB nodig)
o Kan leiden tot bloeding, verstopping, opstijgende infectie
→ bij nood aan langdurige sondage: intermittente sondage overwegen, (minder complicaties dan
verblijfssonde) !
Drainage van hogere urinewegen
= belangrijke urologische interventie! Kan levensreddend/levensverlengend zijn!
- Drainage van pyelonefrose
- Drainage van chronisch gestuwde nier met post-renaal nierfalen
,Methode: DJ stent of nefrostomie
- DJ stent: dunne, hydrofiele katheter die endoscopische geplaatst wordt tussen de nier en de
blaas
o Algemene anesthesie
o DJ stent = geleider om urine langs obstructie naar de blaas te doen stromen
- Nefrostomie: percutane punctie van nierbekken onder echo/CT-geleide
o Lokale verdoving
LUTS
1. Inleiding LUTS
= Lagere Urinaire Tractus Symptomen
= Lower Urinairy Tract Symptoms
= frequente aanmeldingsklacht in de urologie (vooral bij
vrouwen: cystitis)
Lage urinewegen = blaas, prostaat (man), urethra.
Hoge urinewegen = ureters, nierbekkens, nierkelken
2. Semeiologie van LUTS
LUTS behandelen we adhv symtoomgerichte behandeling:
- Eerstelijn
- Behandeling + herevaluatie
- Niet bij alarmtekens/ (hoge kans op) complicaties
Bij alarmtekens/complicaties sturen we de pt door naar de specialist (uroloog) voor een
diagnosegerichte benadering.
2.1. Anamnese
We onderscheiden vullingssymptomen, ledigingssymptomen
en postmictiesymptomen → deze 3 aspecten van LUTS apart
bevragen tijdens anamnese. De verschillende klassen hebben
ook een andere behandeling.
Vullingsymptomen, ledigingsymptomen en post-mictie symptomen
,Verdieping van de anamnese
- LUTS volledig navragen (zie hierboven)
o Incontinentie?
o Pollakisurie? Urgency? Mictievolumes?
o Straal? Hesitasie? Intermittentie?
o Alarmtekens navragen: Pijn? Hematurie?*
- Hoofdklacht uitdiepen
o Hoofdklacht = Wat is de meest storende klacht/ reden van consult?
▪ Incontinentie: aandrang vs stress vs continu
▪ Pollakisurie: dag/nacht, drinkgedrag, oedemen, medicatie
▪ Pijn: locatie, aard, uitstraling, tijdsverloop
o Duur van de klacht
o Impact op dagelijks leven? Werk/familie/hobby/sociaal/…
o Is de klacht van die aard dat je er medicatie voor wil nemen/ingreep wil ondergaan?
o ICE niet vergeten!
- Geassocieerde klachten
o GI/darmklachten, seksueel, gynaecologisch, neurologisch, …
*alarmtekens aanwezig → kan wijzen op potentieel levensbedreigende aandoeningen (bv. TCC,
urineweginfectie, nierkoliek door uretersteen, blaassteen) . Altijd bevragen!
Types van urinaire incontinentie
1. urgency incontinentie (“aandrang”)
o bij mannen en vrouwen
o onbeheersbare mictiedrang → ongecontroleerd urineverlies
o gepaard met symptomen van overreactieve blaas
2. stress/inspanningsgebonden incontinentie
o vaker bij vrouwen
o urineverlies bij hoesten, niezen, lachen, springen, …
o geen urineverlies bij stilzitten of slapen
o risicofactoren: obesitas, obstetrisch trauma of radicale prostatectomie
3. gemengde incontinentie
o zowel kenmerken van stressincontinentie als aandrangsincontinentie
o dominante vorm achterhalen en deze primair behandelen
4. continue incontinentie (“overloop”)
o bij chronische retentie of vesicovaginale fistel
Onderscheid tussen types van urinaire incontientie kan je achterhalen via anamense.
Stress urgency
, Symptoomscores
= symptomen van de pt kwantificeren. Deze symptoomscores kunnen we ook afnemen
voor/tijdens/na behandeling om de therapie op te volgen. Aangeraden door specialistische
guidelines: www.iciq.net
2.2. Klinisch onderzoek
Bij een man met LUTS
= evaluatie abdomen, externe genitalia, perineum, OL en prostaat.
- Suprapubisch palperen + percussie (globus vesicalis?)
- Externe genitalia inspecteren (liesbreuk?, pinpoint fimosis? Hydrocoele?...)
- Sensibiliteit en motoriek perineum/onderste ledematen → neurologisch probleem?
- PPA
o Tonus en contractiekracht sluitspier
o Prostaat afmeting? Consistentie (mals/diffuus verhard)? Zachte/harde noduli?
Bij een vrouw met LUTS:
- Suprapubisch palperen + percussie
- Gynaecologische houding:
o Externe genitalia, mucosale atrofie? Littekens van episotomie of obstetrisch trauma?
o Persen/hoesten: urineverlies,urethrale hypermobiliteit, verzakking, …
o Gebruik van speculum om evt verzakking tegen te houden
o Bekkenbodemkracht/ proprioceptie (Modified Oxford grading scale 0-5)
- Perineum/onderste ledematen: sensibiliteit, mobiliteit, neurologisch
Urethrale hypermobiliteit:
Het os pubis vormt het ophangpunt van ligamenten (grijs). De spuitspier is een hoefijzervormige
spier, die op de uretra anterior ligt (rood). Wanneer iemand hoest, zal de blaas naar beneden zakken
en zal de sluitspier contraheren om de urine tegen te houden. Bij hypermobiliteit heeft de sluitspier
geen ruggensteun meer en krijg je urineverlies. Bij KO: urethra kantelt naar boven bij
Valsalva/hoesten + evt urineverlies.